31 857
Wijziging van de Wet luchtvaart en enkele andere wetten, houdende diverse wijzigingen met betrekking tot de luchtvaart

nr. 4
NADER RAPPORT1

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend luidt (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State).

Hieronder is opgenomen het nader rapport d.d. 3 februari 2009, aangeboden aan de Koningin door de minister van Verkeer en Waterstaat.

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend luidt (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State)

Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 17 juni 2008, nr. 08001772, machtigde Uwe Majesteit de Raad van State zijn advies inzake het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd 17 juli 2008, nr. W09.080223/IV, bied ik U hierbij aan.

Het voorstel van wet geeft de Raad van State geen aanleiding tot het maken van inhoudelijke opmerkingen.

Van de gelegenheid is gebruik gemaakt om het voorstel te actualiseren en aan te vullen met enkele juridisch-technische correcties. De actualisering betreft de samenvoeging van de artikelen I, III en IV (zie artikel I nieuw), en van de artikelen V, VI en VII (zie artikel II nieuw). Deze samenvoegingen zijn mogelijk geworden door de inwerkingtreding van de Invoeringswet Wet ruimtelijke ordening op 1 juli 2008 en doordat wetsvoorstel 30 452 inmiddels tot wet is verheven (Wet van 18 december 2008, Stb. 561).

De aanvulling met juridisch-technische correcties betreft de artikelen 1.1, 8.1b, 8.26, 8a.51 en 11.16 van de Wet luchtvaart (zie de artikelen I, onder A, H, L, O en U) en de artikelen V, VII, VIIIA (nieuw), XIV en XV van de Wet van 18 december 2008 (zie artikel II, onder A, B, C, E en F).

Het voorstel zoals dat aan de Raad is voorgelegd, bevatte een wijziging van artikel XVIA van (inmiddels) de Wet van 18 december 2008 (artikel VII oud). Die wijziging is geschrapt, evenals een vergelijkbare wijziging in artikel XVII. Het ging om een terminologische aanpassing aan de nieuwe Wet ruimtelijke ordening. Bij nader inzien is deze aanpassing overbodig. Gehandhaafd is de wijziging van de eerste volzin van artikel XVII (zie artikel II, onder H).

Aan het voorstel is de intrekking toegevoegd van achterhaalde bepalingen van drie wijzigingswetten (zie artikel III). Artikel III bevat tevens de inhoud van het oude artikel II.

De memorie van toelichting is aan bovenstaande wijzigingen aangepast.

Ik moge U verzoeken het hierbij gevoegde gewijzigde voorstel van wet en de gewijzigde memorie van toelichting aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.

De minister van Verkeer en Waterstaat,

C. M. P. S. Eurlings


XNoot
1

De oorspronkelijke tekst van het voorstel van wet en van de memorie van toelichting zoals voorgelegd aan de Raad van State is ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven