31 839 Jeugdzorg

36 546 Wijziging van de Jeugdwet, de Wet marktordening gezondheidszorg en enige andere wetten teneinde te bevorderen dat jeugdhulp en gecertificeerde instellingen voor de uitvoering van kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering steeds voldoende beschikbaar zijn (Wet verbetering beschikbaarheid jeugdzorg)

AN1 BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Staatssecretaris Jeugd, Preventie en Sport

Den Haag, 23 januari 2025

De vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft in haar vergadering van 21 januari 2025 kennisgenomen van uw brief van 20 december 20242 waarmee u, mede namens de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid en de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Kamer het ontwerpbesluit houdende wijziging van het Besluit Jeugdwet teneinde te bevorderen dat jeugdhulp en gecertificeerde instellingen voor de uitvoering van kinderbeschermingsmaatregelen en jeugdreclassering steeds voldoende beschikbaar zijn (Besluit verbetering beschikbaarheid jeugdzorg) heeft aangeboden. Met betrekking tot de voorhangprocedure brengt zij het volgende onder uw aandacht.

De voorlegging van het ontwerpbesluit is gebaseerd op de voorhangprocedure opgenomen in het artikel 2.22 van de Jeugdwet, zoals opgenomen in het momenteel nog bij de Tweede Kamer in behandeling zijnde wetsvoorstel Verbetering beschikbaarheid jeugdzorg (36 546). Voorts is de inhoud van het voorgelegde ontwerpbesluit gebaseerd op een reeks bepalingen zoals deze komen te luiden na aanvaarding van genoemd wetsvoorstel.

De commissie heeft kennisgenomen van uw besluit om er, vanwege de inhoudelijke samenhang tussen de vragen die in het verslag3 van de Tweede Kamer zijn gesteld over het ontwerpbesluit, voor te kiezen de voorhangprocedure te laten starten gelijktijdig met de verzending van de nota naar aanleiding van het verslag4 aan de Tweede Kamer. Tevens heeft zij kennisgenomen van uw verwijzing naar aanwijzing 7.9 van de Aanwijzingen voor de regelgeving.

Gelet op het voorgaande is de commissie evenwel van mening dat de gekozen voorhangprocedure, met name bezien vanuit de positie van de Eerste Kamer, prematuur is en zij behoudt zich dan ook het recht voor op het voorgelegde ontwerpbesluit te reageren tot het moment waarop de Eerste Kamer de finale besluitvorming over het wetsvoorstel heeft afgerond. De commissie verzoekt u in de tussenliggende periode geen onomkeerbare stappen te zetten.

Voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, G. Prins


X Noot
1

De letters AN hebben alleen betrekking op 31 839.

X Noot
2

Kamerstukken I 31 839/36 546, AM.

X Noot
3

Kamerstukken II 36 546, nr. 6.

X Noot
4

Kamerstukken II 36 546, nr. 7.

Naar boven