31 839 Jeugdzorg

Nr. 988 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Ontvangen ter Griffie op 11 december 2023.

De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur is aan de Kamer overgelegd tot en met 26 januari 2024.

De voordracht voor de vast te stellen algemene maatregel van bestuur kan niet eerder worden gedaan dan op 27 januari 2024.

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 december 2023

Hierbij bied ik u het bovengenoemde ontwerpbesluit aan. Voor de inhoud van het ontwerpbesluit verwijs ik u naar de ontwerp-nota van toelichting.

De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure (artikel 4.1.5, derde lid, van de Jeugdwet) en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Afdeling advisering van de Raad van State zal worden voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld.

Gelet op artikel 4.1.5, derde lid, van de Jeugdwet is het ontwerpbesluit tevens in de Staatscourant bekend gemaakt om een ieder de gelegenheid te geven om binnen vier weken wensen en bedenkingen kenbaar te maken.

Op grond van de aangehaalde bepaling geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerpbesluit niet eerder dan 4 weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal is overgelegd. Op grond van artikel 2.38 van de Aanwijzingen voor de regelgeving wordt deze termijn in verband met het Kerstreces van uw Kamer verlengd tot 27 januari 2024.

Er wordt gestreefd naar inwerkingtreding van het ontwerpbesluit met ingang van 1 juli 2024.

Een gelijkluidende brief heb ik gezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M. van Ooijen

Naar boven