31 839 Jeugdzorg

Nr. 452 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARISSEN VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT EN VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 januari 2015

Hierbij bieden wij u het Jaarwerkprogramma Toezicht Jeugd 2015 van de inspectie Jeugdzorg, de Inspectie voor de Gezondheidszorg en de Inspectie Veiligheid en Justitie aan1.

Binnen het nieuwe jeugdstelsel zijn de genoemde drie inspecties verantwoordelijk voor het landelijk toezicht op de naleving van de Jeugdwet en het onderzoek naar de kwaliteit van de jeugdhulp. De drie toezichthouders treden bij het toezicht op de Jeugdwet gezamenlijk op. Met dit gezamenlijke jaarwerkprogramma laten zij zien dat de integraliteit die met de nieuwe Jeugdwet wordt nagestreefd niet ophoudt bij beleid maar ook zijn weerslag vindt in het toezicht.

Op het jeugddomein werken de drie inspecties tevens samen in het Samenwerkend Toezicht Jeugd. Daarvan maken ook de Inspectie van het Onderwijs en de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid deel uit.

Ook de gemeenten zijn betrokken bij de uitvoering van het toezicht in het nieuwe stelsel. De inspecties in het jeugddomein hebben met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) afspraken gemaakt over de uitvoering van het landelijk toezicht in het jeugddomein. Zie factsheet afsprakenkader: http://www.voordejeugd.nl/attachments/article/1411/Afsprakenkader.pdf

In dit jaarwerkprogramma zijn een aantal taken opgenomen die nu het nieuwe stelsel in werking is getreden, door de inspecties worden uitgevoerd. Er is onder meer afgesproken dat de inspectie, minimaal een half jaar nadat een nieuwe jeugdhulpverlener is gestart, onderzoek doet naar de kwaliteit van deze nieuw toetredende aanbieder of instelling. Ook is er voor de gemeenten één gezamenlijk loket opgezet: het Inspectieloket Jeugd, waar zij vragen kunnen stellen, signalen kunnen doorgeven en nieuwe zorgaanbieders kunnen melden.

Daarnaast blijft zoals voorheen ook het geval was, geprogrammeerd en het niet-geprogrammeerd toezicht bestaan. Bij het geprogrammeerd toezicht wordt op basis van een inschatting van de risico’s bij individuele instellingen of bij meerdere instellingen, op basis van een bepaald thema, onderzoek gedaan. Niet-geprogrammeerd toezicht betreft het onderzoek naar aanleiding van calamiteiten en geweld en naar aanleiding van signalen van burgers, professionals en gemeenten. In dit jaarwerkprogramma is een overzicht opgenomen van alle onderzoeken die de inspecties willen uitvoeren.

Op deze wijze blijven de inspecties ook in het nieuwe stelsel toezien dat de kwaliteit van de jeugdhulp en meer in het bijzonder de zorg voor de veiligheid van de kinderen en gezinnen, gewaarborgd blijft.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven