31 822
Wijziging van de Wet rechtspositie rechterlijke ambtenaren, de Wet op de rechterlijke organisatie en enige andere wetten in verband met de herziening van de functie- en bezoldigingstructuur voor rechterlijke ambtenaren

nr. 8
MOTIE VAN DE LEDEN TEEVEN EN DE ROON

Voorgesteld 7 oktober 2009

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat het wenselijk is dat rechterlijke ambtenaren, zowel de leden van het Openbaar Ministerie als de leden van de zittende magistratuur, binnen hun beroepsgroep eenmaal per jaar transparant en inzichtelijk worden beoordeeld op hun functioneren en dat die beoordelingen schriftelijk worden vastgelegd;

verzoekt de regering ervoor zorg te dragen dat het College van procureurs-generaal erop toeziet dat dit elk jaar plaatsvindt bij de leden van de staande magistratuur en in overleg met de Raad voor de rechtspraak te bewerkstelligen dat dit elk jaar plaatsvindt bij de leden van de zittende magistratuur;

verzoekt de regering de Kamer te informeren over de reactie van het College van procureurs-generaal en de Raad voor de rechtspraak,

en gaat over tot de orde van de dag.

Teeven

De Roon

Naar boven