31 795
Wijziging van de Wet maatschappelijke ondersteuning, wat betreft de wijze waarop een aanspraak bestaat op een individuele voorziening en enige andere wijzigingen

nr. 31
AMENDEMENT VAN HET LID VAN MILTENBURG C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 19¹

Ontvangen 14 april 2009

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

In de considerans wordt «dat het wenselijk is de Wet maatschappelijke ondersteuning te wijzigen, wat betreft de wijze waarop een aanspraak op een individuele voorziening bestaat, daarin een verplichting voor het college van burgemeester en wethouders op te nemen om op begrijpelijke wijze inlichtingen te verstrekken over de keuze tussen de verschillende wijzen waarop een aanspraak tot gelding kan worden gebracht,» vervangen door: dat het wenselijk is de Wet maatschappelijke ondersteuning te wijzigen in verband met het opnemen van een verplichting voor het college van burgemeester en wethouders om op begrijpelijke wijze inlichtingen te verstrekken over de keuze tussen de verschillende wijzen waarop een aanspraak tot gelding kan worden gebracht,.

II

In artikel I, onderdeel A, komt artikel 5, eerste lid, te luiden:

1. De gemeenteraad stelt bij verordening en met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens deze wet regels over de door het college van burgemeester en wethouders te verlenen individuele voorzieningen en over de voorwaarden waaronder personen die een aanspraak hebben op dergelijke voorzieningen recht hebben op het ontvangen van die voorziening in natura, het ontvangen van een financiële tegemoetkoming of een persoonsgebonden budget, waaronder de vergoeding voor een arbeidsverhouding als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet op de loonbelasting 1964.

III

In artikel I, onderdeel B, komt artikel 6, eerste lid, te luiden:

1. Het college van burgemeester en wethouders biedt personen die aanspraak hebben op een individuele voorziening de keuze tussen het ontvangen van een voorziening in natura of het ontvangen van een hiermee vergelijkbaar en toereikend persoonsgebonden budget, waaronder de vergoeding voor een arbeidsverhouding als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet op de loonbelasting 1964, tenzij hiertegen overwegende bezwaren bestaan.

IV

In artikel I, onderdeel B, komt artikel 6, derde lid, te luiden:

3. Het persoonsgebonden budget, waaronder de vergoeding voor een arbeidsverhouding als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet op de loonbelasting 1964, wordt door het college van burgemeester en wethouders als bedrag aan de persoon die aanspraak heeft op een individuele voorziening verstrekt.

V

In artikel I, onderdeel C, komt artikel 6a te luiden:

Artikel 6a

Het college van burgemeester en wethouders licht de personen, bedoeld in artikel 6, eerste lid, en de personen die een aanspraak hebben op een financiële tegemoetkoming op begrijpelijke wijze in over de keuze tussen de verschillende wijzen waarop een aanspraak op een individuele voorziening tot gelding kan worden gebracht en de gevolgen van die keuze.

VI

In artikel I, onderdeel D, komt artikel 7, eerste lid, te luiden:

1. Op het persoonsgebonden budget waaronder de vergoeding voor een arbeidsverhouding als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet op de loonbelasting 1964 en de financiële tegemoetkomingen is titel 4.2 van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing.

VII

In artikel I, onderdeel F, komt artikel 15, eerste lid, te luiden:

1. De gemeenteraad kan bij verordening bepalen dat een persoon van 18 jaren of ouder aan wie maatschappelijke ondersteuning is verleend, voor zover die ondersteuning bestaat uit het verlenen van een individuele voorziening in natura of een persoonsgebonden budget waaronder de vergoeding voor een arbeidsverhouding als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Wet op de loonbelasting 1964 en niet bestaat uit een aan hem verleende financiële tegemoetkoming, een eigen bijdrage is verschuldigd.

Toelichting

Op deze wijze wordt het persoonsgebonden budget, waaronder de vergoeding voor alfahulp zoals genoemd in artikel 5 van de Wet op de loonbelasting 1964, in de WMO onverkort in de wet overeind gehouden. Zowel voor mensen in het land als voor de gemeenten is het op deze wijze duidelijk dat het persoonsgebonden budget in de WMO onverkort open blijft staan om een beroep op te kunnen doen.

Indien dit amendement wordt aangenomen komt het opschrift te luiden: Wijziging van de Wet maatschappelijke ondersteuning in verband met een verplichting voor het college van burgemeester en wethouders om op begrijpelijke wijze inlichtingen te verstrekken over de keuze tussen de verschillende wijzen waarop een aanspraak tot gelding kan worden gebracht en enige andere wijzigingen.

Van Miltenburg

Van der Vlies

Wiegman-van Meppelen Scheppink

---

1 Vervanging in verband met wijziging van de ondertekening.