31 789 Staatsdeelnemingen Fortis en ABN AMRO

Nr. 47 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 december 2013

Zoals toegezegd in mijn brief van 12 september 20131 informeer ik uw Kamer bij deze over de stand van zaken wat betreft de afbouw van het klantenbestand bij Deutsche Bank.

Deutsche Bank heeft in april 2013 aan 18.000 van haar 23.000 klanten aangegeven dat zij voor hen in de toekomst niet meer de juiste bank is. Van deze 18.000 klanten, hebben 4.000 klanten een langlopende lening. Zolang deze leningen lopen, kunnen zij bij de bank blijven. Daarnaast heeft Deutsche Bank op 29 november jl. in een persbericht aangegeven dat de verwachting is dat aan het eind van dit jaar 97 procent van de overige 14.000 klanten is overgestapt naar een andere bank of in goed overleg een regeling heeft getroffen over de beëindiging van de relatie op langere termijn. Deutsche Bank geeft aan dat zij verwacht dat met de resterende groep van ongeveer 400 klanten volgend jaar tot een passende oplossing wordt gekomen.2

Ten aanzien van de beslissing van Deutsche Bank om van een grote groep klanten in Nederland afscheid te nemen is mijn uitgangpunt altijd geweest dat geen enkele individuele ondernemer daardoor in de kou gezet mag worden. Daarom hecht ik er belang aan dat ook voor de resterende groep van ongeveer 400 klanten een passende oplossing wordt gevonden.

Ik ga er vanuit dat Deutsche Bank zich inspant om in gezamenlijk overleg en met inachtneming van haar zorgplicht tot een passende oplossing met deze resterende groep klanten te komen. Deze boodschap heb ik onlangs weer aan Deutsche Bank overgebracht. Uiteraard zal ik dat proces nauwlettend blijven volgen.

Mochten mij in de loop van volgend jaar toch signalen bereiken – via de Kamer of bijvoorbeeld via ondernemersorganisaties LTO Nederland en MKB Nederland – van ondernemers die van mening zijn dat Deutsche Bank niet zorgvuldig met hun belangen omgaat, dan zal ik deze in ieder geval rechtstreeks onder de aandacht van de Raad van Bestuur van Deutsche Bank brengen, zoals ik dat ook in enkele voorgaande gevallen heb gedaan.

De Minister van Financiën, J.R.V.A. Dijsselbloem

Naar boven