31 789 Staatsdeelnemingen Fortis en ABN AMRO

Nr. 42 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 19 maart 2013

De vaste commissie voor Financiën heeft een aantal vragen voorgelegd aan de minister van Financiën over Deutsche Bank.

De minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 18 maart 2013. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De voorzitter van de commissie, Van Nieuwenhuizen-Wijbenga

De griffier van de commissie, Berck

Vraag 1

Heeft Deutsche Bank aan zijn zorgplicht voldaan richting de ondernemers?

Antwoord op vraag 1

Zoals eerder aangegeven in het antwoord op Kamervraag 6 van het lid Dijkgraaf (SGP)(Aanhangsel Handelingen II, 2012/13, nr. 1531) en Kamervraag 8 van de leden Van Hijum en Geurts (beiden CDA)(Aanhangsel Handelingen II, 2012/13, nr. 1532), is de Autoriteit Financiële Markten (AFM) belast met het gedragstoezicht op de financiële markten, waaronder de zorgvuldige behandeling van klanten bij de verschillende vormen van dienstverlening. Het is aan de toezichthouder om te onderzoeken en vast te stellen of een financiële onderneming zich aan de Wet op het financieel toezicht heeft gehouden. Ik, noch de AFM, kan echter mededelingen doen over onderzoeken naar individuele instellingen.

Vraag 2

Valt het MKB onder hetzelfde beschermingsniveau van de zorgplicht als ondernemers?

Antwoord op vraag 2

De eisen in de Wet op het financieel toezicht omtrent zorgvuldige dienstverlening zijn er op gericht om consumenten (en beleggers) te beschermen. Kredietverlening aan zakelijke partijen valt hier, zoals eerder aangegeven in het antwoord op Kamervraag 6 van het lid Dijkgraaf (SGP)(Aanhangsel Handelingen II, 2012/13, nr. 1531) en Kamervraag 8 van de leden Van Hijum en Geurts (beiden CDA) (Aanhangsel Handelingen II, 2012/13, nr. 1532), derhalve niet onder. Ook het MKB wordt voor toepassing van de Wft aangemerkt als een zakelijke klant en geniet dientengevolge hetzelfde beschermingsniveau als andere zakelijke partijen.

Vraag 3

Welke afspraken zijn er bij de overname van de klanten van ABN AMRO naar Deutsche Bank gemaakt over de continuering van de dienstverlening?

Antwoord op vraag 3

Verkoop van HBU (voorheen onderdeel van ABN Amro, nu onderdeel van Deutsche Bank) was, vanuit staatssteun- en mededingingsperspectief, een voorwaarde voor goedkeuring door de Europese Commissie van de fusie van ABN Amro met Fortis. Over eventuele wijzigingen van de financieringsvoorwaarden voor klanten zijn geen afspraken gemaakt als onderdeel van de EC-remedy.

Vraag 4

Waarom kunnen banken eenzijdig de voorwaarden veranderen terwijl in dit geval ondernemers gebonden blijven aan het financieringsaanbod dat deze ondernemers destijds hebben geaccepteerd?

Vraag 5

Op basis van welke juridische grondslag kunnen banken dat doen?

Antwoord op de vragen 4 en 5

Zoals eerder aangegeven bij antwoorden op Kamervragen zijn de financierings-voorwaarden voor bestaande klanten bij de overname door Deutsche Bank in materiële zin dezelfde gebleven als die destijds met ABN Amro zijn afgesproken. Wel is het mogelijk dat Deutsche Bank, wanneer vervolgens de looptijd van (een van) de financieringsdelen van een klant afloopt, de voorwaarden aanpast, bijvoorbeeld als onderdeel van een wijziging van haar strategie. Dit betreft een nieuwe afspraak die Deutsche Bank vrij is aan te gaan met de klant op basis van het beginsel van contractsvrijheid. Wel is het zo dat, door deze strategiewijziging, bepaalde klanten in een lastige situatie terecht kunnen komen. Samen met deze klanten zal Deutsche Bank naar een passende oplossing zoeken. Bij oplossingen kan worden gedacht aan het eenmalig verlengen van de financiering van één van de leningdelen, het aanpassen van de gevraagde zekerheden of een vorm van ondersteuning bij overstap naar een andere partij, waarbij ook kan worden gekeken naar de boeteclausule.

Naar boven