Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 juni 2024
Hierbij zend ik u mijn reactie op het bericht «Neem vrouwen serieus. Verbeter de pijnbestrijding
bij het plaatsen van een spiraal», dit op verzoek van het lid Hermans (VVD) (2024Z07448).
In het bericht wordt aandacht gevraagd voor passende pijnbestrijding bij het plaatsen
van een spiraal. Ik vind het belangrijk dat iedereen in Nederland goede zorg ontvangt
gebaseerd op professionele richtlijnen en kwaliteitsstandaarden. Dit geldt ook voor
de zorg rondom het plaatsen van een spiraal. Ook vind ik het belangrijk dat er aandacht
is voor vrouwspecifieke aandoeningen, gezien de impact die deze aandoeningen kunnen
hebben op het leven van vrouwen.
Ik wil benadrukken dat ik het belangrijk vind dat deze patiënten zich gehoord en gezien
voelen in de spreekkamer. Als Minister voor Medische Zorg ga ik echter niet over de
manier waarop zorgverleners zorg verlenen voor zover het medisch-inhoudelijke overwegingen
betreft. In het huidige zorgstelsel zijn de beroepsgroepen zelf verantwoordelijk voor
de inhoud van zorg. Huisartsen verlenen hun zorg op basis van professionele richtlijnen
en kwaliteitsstandaarden. In de Standaard Anticonceptie van het Nederlands Huisartsen
genootschap (NHG) wordt voor en na de plaatsing pijnbestrijding met paracetamol of
een NSAID geadviseerd. Het NHG heeft mij laten weten dat ten tijde van de laatste
herziening (april 2023) van de NHG-Standaard Anticonceptie er onvoldoende bewijs was
over de voordelen en de nadelen van lokale pijnstillingsmethodes tijdens de plaatsing,
zoals lidocaïne en/of prilocaïne. Er is ook te weinig bekend over de bijwerkingen
bij deze toepassingen. Het is belangrijk om te realiseren dat alle methodes voor pijnstilling
ook nadelen en risico’s kunnen hebben. Het NHG weegt deze zorgvuldig af tegen de mogelijke
voordelen. Het NHG heeft mij laten weten dat zij de wetenschappelijke ontwikkelingen
op het gebied van pijnbestrijding bij het plaatsen van een spiraal blijven volgen.
Wanneer daartoe aanleiding is, zullen zij de NHG-richtlijn op dit punt aanpassen.
Ik zal Stichting Ava, schrijver van het opiniebericht «Neem vrouwen serieus. Verbeter
de pijnbestrijding bij het plaatsen van een spiraal», in contact brengen met het NHG
zodat zij in gesprek kunnen over goede zorg bij het plaatsen van een spiraal.
Ik vind dit bericht namelijk een belangrijk signaal. Door kennisachterstand, onvoldoende
aandacht, gebrek aan samenwerken in netwerken rondom vrouwspecifieke aandoeningen
en gebrekkige informatie en voorlichting, ervaren veel vrouwen onbegrepen klachten,
misdiagnoses en onbehandelde aandoeningen. Deze aandoeningen hebben een grote sociale
en maatschappelijke impact (verhoogd ziekteverzuim, verminderde participatie in het
arbeidsproces, minder kwaliteit van leven). Zoals ik u al eerder heb bericht1is daarom mijn bredere inzet als demissionair Minister om nog dit jaar (laatste kwartaal)
te kunnen starten met het kennisprogramma bij ZonMw rondom vrouwspecifieke aandoeningen.
Het is essentieel dat de aandacht voor, en kennis over behandelingen van, vrouwspecifieke
aandoeningen vergroot wordt, zodat vrouwen eerder de benodigde hulp zullen zoeken
en eerder passende zorg krijgen. Het is tevens van belang dat deze kennis zo snel
mogelijk in de spreekkamer beschikbaar is. In het nieuwe kennisprogramma rondom vrouwspecifieke
aandoeningen dat bij ZonMw uitgezet wordt, zal hier dan ook expliciet op ingezet worden.
Voor nadere informatie verwijs ik u naar mijn reactie op de vragen van het lid Dobbe
over het bericht «Neem vrouwen serieus. Verbeter de pijnbestrijding bij het plaatsen
van een spiraal» (2024Z07003).
De Minister voor Medische Zorg,
P.A. Dijkstra