31 765 Kwaliteit van zorg

Nr. 359 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 januari 2019

In mijn brief van 19 december jl.1 heb ik uw Kamer toegezegd om u medio januari nader te informeren over de kwaliteitsbudgetten die verpleeghuizen hebben aangevraagd en het aantal extra fte dat in de bijbehorende plannen is opgenomen. Met deze brief voldoe ik aan dat verzoek.

Zoals ik heb aangegeven in de voortgangsrapportage van het programma Thuis in het Verpleeghuis2, zijn er heldere termijnen afgesproken voor de zorginkoop ten aanzien van de extra middelen voor het kwaliteitskader. De termijn voor het indienen van een kwaliteitsplan 2019 is daarin vastgesteld op 31 december 2018.

Per 31 december hebben alle verpleeghuizen een kwaliteitsplan ingediend bij de zorgkantoren, vergezeld van een meerjarenbegroting voor het kwaliteitsbudget. Op basis van een eerste inventarisatie door Zorgverzekeraars Nederland, namens de zorgkantoren, blijkt dat de verpleeghuizen een kwaliteitsbudget van 660 miljoen euro hebben aangevraagd, waarbij ten opzichte van 2018 de inzet van ruim 10 duizend extra fte aan zorgpersoneel is opgenomen.

Ik ben verheugd dat uit de plannen van de verpleeghuizen een grote ambitie blijkt om in 2019 een belangrijke vervolgstap te zetten bij de implementatie van het kwaliteitskader en het aannemen van extra personeel om de zorg en aandacht voor kwetsbare ouderen te versterken. Gezien de krapte op de arbeidsmarkt zal het voor alle partijen een flinke uitdaging zijn om de ambitie te realiseren.

De plannen worden de komende weken in dialoog met de zorgaanbieder door de zorgkantoren beoordeeld. Belangrijke vraag daarbij is of de ingediende plannen (daadwerkelijk) een kwaliteitsverbetering mogelijk maken die in lijn is met het kwaliteitskader. Deze toetsende rol van het zorgkantoor is een belangrijke pijler in het programma Thuis in het verpleeghuis.

Zorgkantoren streven er naar deze beoordeling binnen zes weken af te ronden. Medio februari 2019 zijn naar verwachting de meeste plannen door het zorgkantoor beoordeeld. Dit betekent dat als het gesprek tussen zorgaanbieder en zorgkantoor over het ingediende plan aanleiding geeft om de financiële onderbouwing aan te passen, dit nog mogelijk is. De tweezijdige aanvragen moeten immers uiterlijk 1 april 2019 bij de NZa worden ingediend. Op dat moment is ook bekend wat het financiële beslag van alle gemaakte afspraken is. De NZa toetst of deze afspraken passen binnen het beschikbare macrobudget.

Zoals reeds aangegeven in de voortgangsrapportage zal ik de Kamer vanaf april 2019 periodiek informeren over de gemaakte afspraken en de realisatie daarvan. Daarvoor geldt onderstaand schema.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge


X Noot
1

Kamerstuk 31 765, nr. 356.

X Noot
2

Bijlage bij Kamerstuk 31 765, nr. 345.

Naar boven