31 765 Kwaliteit van zorg

Nr. 166 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 oktober 2015

Hierbij bied ik u de tussenrapportage aan inzake het toezicht van de Inspectie voor de Gezondheidszorg op 150 verpleegzorginstellingen1. Bij deze instellingen was extra aanleiding om toezicht in te zetten omdat zij onvoldoende verbeterkracht toonden om de zorg voor kwetsbare bewoners op een goed niveau te brengen en voortdurend verder te verbeteren.

U ontvangt deze tussenrapportage conform mijn toezegging in het debat over de kwaliteit van de verpleeghuizen d.d. 30 juni 2015 (Kamerstuk 31 765, nr. 163). Deze tussenrapportage laat zien een verbeterslag zien die is gemaakt in de bezochte instellingen die bereikt zijn naar aanleiding zeer frequent bezoek en intensieve betrokkenheid van de inspectie. Ondanks deze verbeterslag ben ik nog niet tevreden zolang de kwaliteit van zorg nog niet op het door mij gewenste niveau ligt. Er is zichtbaar gewerkt door de zorgverleners en bestuurders om vanuit het bewonersperspectief veilige zorg te bieden. Er blijven ook aandachtspunten, zoals het afstemmen van scholing op de zorgvraag van cliënten, medicatieveiligheid en het structureel borgen van verbeteringen. In het voorjaar van 2016 volgt het definitieve rapport, waarbij de inspectie meer kan zeggen over de verbeteringen op de lange termijn van de getoetste instellingen. Uiteraard zal ik dat rapport ook aan uw Kamer toesturen, voorzien van een beleidsreactie.

De komende jaren gaat de inspectie haar toezicht meer richten op de eigen verbeterkracht van zorginstellingen, met een grote rol voor bestuurders van deze instellingen. Dit past bij de beweging die ik in de verpleeghuiszorg wil maken met mijn plan Waardigheid en Trots, waarbij juist ook op structurele wijze wordt gewerkt aan de hierboven genoemde aandachtspunten. Dit past bij de beweging die ik in de verpleeghuiszorg wil maken met mijn plan Waardigheid en Trots, waarbij juist ook op structurele wijze wordt gewerkt aan de hierboven genoemde aandachtspunten. Hiertoe worden ook de extra middelen die structureel toegevoegd zijn in de begroting ten behoeve van de verpleeghuiszorg aangewend.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.J. van Rijn


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven