Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2008-2009 | 31760 nr. 3 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2008-2009 | 31760 nr. 3 |
Vastgesteld 16 december 2008
De commissie voor de Rijksuitgaven1 en de vaste commissies voor Economische Zaken2 en voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer3 hebben een aantal vragen voorgelegd aan de minister van Economische Zaken over het rapport van de Algemene Rekenkamer «Herstructurering van bedrijventerreinen» (Kamerstuk 31 760, nr. 2).
De minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 16 december 2008. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.
De voorzitter van de commissie voor de Rijksuitgaven,
Aptroot
De voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken,
Tichelaar
De voorzitter van de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
Koopmans
De griffier van de commissie voor de Rijksuitgaven,
Groen
Kan er iets gedaan worden aan de onzekerheid die het investeren door private partijen met zich meebrengt?
In de kabinetsreactie op de aanbevelingen van de Taskforce Noordanus (Kamerstuk II 2008–2009, 21 253, nr. 8) geeft het kabinet aan langs welke lijnen de nieuwe aanpak voor de planning, uitgifte, herstructurering en beheer invulling moet krijgen. Daarbij wordt een onderscheid gemaakt naar lange termijn, middellange termijn en korte termijn strategie. De langetermijnstrategie is gericht op de verzakelijking van de bedrijventerreinenmarkt. Voor de verzakelijking van de bedrijventerreinenmarkt is een grotere betrokkenheid van vastgoedpartijen bij (her)ontwikkeling, exploitatie en beheer van bedrijventerreinen noodzakelijk. Uit gesprekken met marktpartijen uit de professionele vastgoedsector blijkt dat de markt mogelijkheden ziet om een actieve rol op te pakken. Hier en daar zijn daarvan al praktijkvoorbeelden aan te geven, zoals terreinen die zich richten op logistieke dienstverlening. Bij uitwerking van de genoemde beleidslijnen geven we tegelijkertijd aan dat de overheden verantwoordelijkheid blijven houden voor de economische en ruimtelijke basiskwaliteit. Een concrete aanpak voor de verzakelijking van de bedrijven-terreinenmarkt verwachten we eind 2009 aan de Tweede Kamer aan te kunnen bieden.
Wat kan er gedaan worden om de informatie over bedrijventerreinenveroudering in het IBIS-systeem representatiever en beter van kwaliteit te maken?
De betrouwbaarheid van de gegevens in het IBIS-systeem is op de meeste onderdelen redelijk tot hoog. Veroudering en herstructurering worden pas sinds enkele jaren gemonitord. De betrouwbaarheid hiervan blijft nog achter, onder meer door lastig vergelijkbare basisgegevens. Om in de toekomst te komen tot consistente en betrouwbare informatie over veroudering en herstructurering wordt door het rijk samen met de provincies en opdrachtnemende IBIS-partijen nagedacht hoe een kwaliteitsslag gemaakt kan worden. In eerste instantie zal een verkenning uitgevoerd worden naar de stand van zaken per provincie, vervolgens zal bezien worden hoe via een eenmalige inhaalslag de verbetering gestalte moet krijgen.
Wat is de reden van het uitblijven van een gemeentelijke toolkit (voor het afwegen van kosten/baten met betrekking tot het inrichten van nieuwe terreinen ten opzichte van het opknappen van oudere terreinen) zoals beloofd door de minister van Economische Zaken in 2002?
De bedoelde gemeentelijke gereedschapskist was opgenomen in het Actieplan Herstructurering Bedrijventerreinen (Kamerstuk II, 2001–2002, 28 324, nr. 1), dat op 2 april 2002 door het toenmalige kabinet Kok-II aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal aangeboden is. In verband met de val van het kabinet Kok-II is aan dit Actieplan geen gevolg gegeven. Het daaropvolgende kabinet heeft bij brief van 30 augustus 2002 (niet-dossierstuk 2001–2002, ez02000395) aangegeven dat het evenmin aan het bedoelde Actieplan gevolg zou geven en is daarna overgegaan tot opstelling van het Actieplan Bedrijventerreinen 2004–2008 (Kamerstuk II, 2003–2004, 29 200 XIII, nr. 46), waar de genoemde gereedschapskist niet in opgenomen is.
Wat kan er gedaan worden om de discrepantie tussen provinciale en landelijke ramingen wat betreft de behoefte aan bedrijventerreinen te doen slinken?
In de kabinetsbrief van 7 december 2007 (Kamerstuk II, 2007–2008, 29 435 nr. 73) heeft het kabinet aangegeven dat het met de provincies afspraken wil maken over behoefteramingen aan bedrijventerreinen voor de komende periode. Daarbij zal uitgegaan worden van het zogeheten Transatlantic Market Scenario.
Als eerste stap is het kabinet op 24 oktober 2008 met IPO en VNG een Bestuurlijk Afsprakenkader 2010–2020 overeengekomen. Hierin zijn de hoofdlijnen van behoefteraming en planning, kwaliteit op bedrijventerreinen, herstructurering en regionale afstemming opgenomen. In dit afsprakenkader hebben provincies en rijk afgesproken dat het totaal aan provinciale behoefteramingen moet passen binnen de landelijke behoefteraming. In de periode tot juni 2009 zal dit verder met IPO en VNG worden uitgewerkt in een convenant.
Wie neemt uiteindelijk het besluit over de versie van de SER-Ladder, die door alle Nederlandse Gemeenten gebruikt zal moeten worden?
Het uiteindelijke besluit over de SER-ladder voor bedrijventerreinen wordt genomen door het rijk. Dat zal geschieden in de Algemene maatregel van Bestuur (AmvB) Ruimte. Het rijk is hierover in overleg met IPO en VNG getreden: in een bestuurlijk overleg van 24 oktober jl. over bedrijventerreinen is over de opzet van de SER-ladder al overeenstemming bereikt. Op dit moment wordt die opzet van de SER-ladder dan ook vastgelegd in de genoemde AmvB.
Samenstelling:
Leden: Van der Vlies (SGP), Kant (SP), Blok (VVD), Ten Hoopen (CDA), Weekers (VVD), van Haersma Buma (CDA), De Nerée tot Babberich (CDA), Aptroot (VVD), voorzitter, Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD), Omtzigt (CDA), Koşer Kaya (D66), Luijben (SP), Van der Veen (PvdA), Kalma (PvdA), Van Gerven (SP), Blanksma-van den Heuvel (CDA), Cramer (CU), Van Dijck (PVV), Gesthuizen (SP), Ouwehand (PvdD), Heijnen (PvdA), Tang (PvdA), Vos (PvdA), ondervoorzitter, Sap (GL) en Vacature (CDA).
Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Roemer (SP), Van der Burg (VVD), Jonker (CDA), Snijder-Hazelhoff (VVD), De Vries (CDA), Van Hijum (CDA), Van Beek (VVD), Boekestijn (VVD), De Pater-van der Meer (CDA), Van der Ham (D66), Gerkens (SP), Vermeij (PvdA), Kuiken (PvdA), Vacature (SP), Vacature (CDA), Anker (CU), De Roon (PVV), Irrgang (SP), Thieme (PvdD), Heerts (PvdA), Besselink (PvdA), Depla (PvdA), Vendrik (GL) en Mastwijk (CDA).
Samenstelling:
Leden: Van der Vlies (SGP), Schreijer-Pierik (CDA), Vendrik (GL), Ten Hoopen (CDA), Tichelaar (PvdA), voorzitter, Hessels (CDA), ondervoorzitter, Van der Ham (D66), Van Velzen (SP), Aptroot (VVD), Smeets (PvdA), Samsom (PvdA), Irrgang (SP), Jansen (SP), Biskop (CDA), Ortega-Martijn (CU), Blanksma-van den Heuvel (CDA), Van der Burg (VVD), Graus (PVV), Zijlstra (VVD), Besselink (PvdA), Gesthuizen (SP), Ouwehand (PvdD), Vos (PvdA), De Rouwe (CDA) en Elias (VVD).
Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Van Dijk (CDA), Sap (GL), Van Vroonhoven-Kok (CDA), Blom (PvdA), Aasted Madsen-van Stiphout (CDA), Koşer Kaya (D66), Ulenbelt (SP), Blok (VVD), Boelhouwer (PvdA), Kalma (PvdA), Karabulut (SP), Luijben (SP), De Nerée tot Babberich (CDA), Cramer (CU), Atsma (CDA), Dezentjé Hamming-Bluemink (VVD), Madlener (PVV), Vacature (VVD), Van Dam (PvdA), Gerkens (SP), Thieme (PvdD), Heerts (PvdA), Uitslag (CDA) en Weekers (VVD).
Samenstelling:
Leden: Van Gent (GL), Van der Staaij (SGP), Poppe (SP), Snijder-Hazelhoff (VVD), ondervoorzitter, Depla (PvdA), Van Bochove (CDA), Koopmans (CDA), voorzitter, Spies (CDA), Van der Ham (D66), Van Velzen (SP), Vietsch (CDA), Aptroot (VVD), Samsom (PvdA), Boelhouwer (PvdA), Roefs (PvdA), Neppérus (VVD), Van Leeuwen (SP), Jansen (SP), Van der Burg (VVD), Van Heugten (CDA), Vermeij (PvdA), Madlener (PVV), Ouwehand (PvdD), Bilder (CDA) en Wiegman-van Meppelen Scheppink (CU).
Plv. leden: Vendrik (GL), Van der Vlies (SGP), Polderman (SP), Remkes (VVD), Jacobi (PvdA), Hessels (CDA), Koppejan (CDA), Ormel (CDA), Koşer Kaya (D66), Leijten (SP), Schreijer-Pierik (CDA), De Krom (VVD), Timmer (PvdA), Waalkens (PvdA), Vos (PvdA), Zijlstra (VVD), Langkamp (SP), Gerkens (SP), Van Beek (VVD), Schermers (CDA), Besselink (PvdA), Agema (PVV), Thieme (PvdD), Vietsch (CDA) en Ortega-Martijn (CU).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31760-3.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.