31 757 Stedenbeleid

Nr. 75 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 augustus 2015

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken heeft mij verzocht de twee aan uw commissie gerichte brieven van de G4 en de G32 aangaande Agenda Stad van een reactie te voorzien. De brieven van de G4 en G32 zijn gericht aan uw commissie als reactie op de brief «Voortgang Agenda Stad» (Kamerstuk 31 757, nr. 73) welke het kabinet op 26 juni aan de Tweede Kamer heeft verstuurd.

Zowel de G4 als de G32 delen de analyse van het kabinet dat steden in toenemende mate een motor van de economie vormen, en dat door samenwerking in het stedennetwerk en het benutten van elkaars kwaliteiten veel winst te behalen is. Uit de voorstellen van de G4 (resp. G5, inclusief Eindhoven) en de G32 spreekt veel energie welke in Agenda Stad, Nederland als stedelijk netwerk, goed benut zal worden.

De G4 en G32 richten zich tot de Tweede Kamer om de voorstellen die zij hebben ingebracht in Agenda Stad nader toe te lichten. Het Rijk zal op basis van de ingediende proposities in gesprek gaan met steden om te komen tot een gericht aantal city deals die als voorbeeld kunnen dienen om de internationale concurrentiekracht van steden te versterken. De samenwerking met bedrijfsleven en maatschappelijke partners zal daarvoor worden opgezocht.

In het door uw commissie aangekondigde AO Agenda Stad op 23 september zal ik de voortgang van deze gesprekken gaarne verder toelichten.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

Naar boven