31 753 Rechtsbijstand

Nr. 40 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 november 2011

Op 19 september 2011 heb ik het verzoek van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid ontvangen, waarin een reactie wordt gevraagd op de meest recente cijfers van de Raad voor de Rechtsbijstand. De cijfers worden genoemd in het bericht van nu.nl «Steeds minder «gratis» advocaten bij ontslag». Uit die cijfers blijkt dat de vraag naar gesubsidieerde rechtsbijstand bij de afwikkeling van ontslag daalt.

Het behoort niet tot de taak van de Raad voor de Rechtsbijstand om onderzoek te doen naar de reden van een vermindering van aanvragen om een toevoeging. Daarom kan ik enkel ingaan op mogelijke verklaringen. Een voor de hand liggende verklaring is dat de vraag naar gesubsidieerde rechtsbijstand bij ontslag samenhangt met het aantal ontslagzaken.

Uit het bericht op nu.nl blijkt dat in de eerste helft van 2011 minder mensen (bijna 3 600 mensen ) een beroep hebben gedaan op gesubsidieerde rechtsbijstand voor hulp bij gedwongen ontslag dan in de eerste helft van vorig jaar (ruim 4 300 mensen). Over het jaar 2010 was ook al sprake van een daling ten opzichte van 2009. In 2009 was er sprake van een stijging in de cijfers.

Onderstaande tabel laat zien dat het aantal ontslagaanvragen en het aantal ontbindingsverzoeken in 2010 gedaald is ten opzichte van 2009. In 2009 was sprake van een stijging. Verder is ook in de eerste acht maanden van 2011 sprake van een daling van het aantal ontslagaanvragen volgens kwantitatieve informatie van het UWV.

De daling in het aantal ontslagzaken is naar verwachting enerzijds een reflectie van de economische ontwikkeling en anderzijds van het aantal beëindigingsovereenkomsten dat is toegenomen na de wijziging van de verwijtbaarheidstoets in de WW¹. Bij de wijziging van de WW per 1 oktober 2006 is de toets op verwijtbare werkloosheid beperkt. Het doel van deze maatregel was om het aantal pro forma ontslagprocedures terug te dringen.

Gelet op het bovenstaande kom ik tot de conclusie dat een mogelijke verklaring van de daling van de vraag naar gesubsidieerde rechtsbijstand bij de afwikkeling van ontslag samenhangt met het aantal ontslagzaken. De cijfers van de Raad voor de Rechtsbijstand over deze vraag laten in feite dezelfde ontwikkeling zien als de cijfers over het aantal ontslagaanvragen en ontbindingsverzoeken.

De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

H. G. J. Kamp

---

1 Dit blijkt ook uit het artikel Statistiek Ontbindingsvergoeding 2010: the year after, ArbeidsRecht 2011/25.