31 722
Wijziging van de Woningwet (vereenvoudiging en herschikking grondslagen lagere regelgeving)

nr. 5
VERSLAG

Vastgesteld 21 november 2008

De algemene commissie voor Wonen Wijken en Integratie1, belast met het voorbereidend onderzoek van dit wetsvoorstel, heeft de eer als volgt verslag uit te brengen. Onder het voorbehoud dat de hierin gestelde vragen en gemaakte opmerkingen tijdig zullen zijn beantwoord, acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

Inhoudsopgave

1. Algemeen 1

2. Inhoud van een aanleiding tot het wetsvoorstel 2

3. Artikelsgewijs 2

1. Algemeen

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel voor vereenvoudiging en herschikking grondslagen lagere regelgeving.

De leden van de SP-fractie hebben met interesse kennis genomen van het voorliggende wetsvoorstel. Deze leden onderschrijven dat regelgeving indien mogelijk vereenvoudigd moet worden. Wel vinden zij dat dit aantoonbare voordelen moet hebben voor burgers en lagere overheden. Deze leden van de SP-fractie hebben in dit kader nog een aantal vragen, opmerkingen en suggesties bij het voorliggende wetsvoorstel.

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorliggende wetsvoorstel. Deze leden achten deze vereenvoudiging en herschikking in principe een goede zaak. Graag willen zij de regering nog een paar vragen voorleggen.

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het voorliggende genoemd wetsvoorstel. Deze leden ondersteunen de ambities van de regering om te komen tot vereenvoudiging van regelgeving. Deze leden hebben de volgende vragen over het voorstel.

2. Inhoud van een aanleiding tot het wetsvoorstel

De leden van de CDA-fractie onderschrijven het belang van een geïntegreerd Bouw- en Gebruiksbesluit waardoor verwarring en misverstanden worden weggenomen. De regering wil dit besluit in de vorm van een Algemene maatregel van bestuur (AMvB) met nahang vaststellen. De leden van de CDA-fractie gaan ervan uit, zoals eerder is toegezegd door de minister voor Wonen, Wijken en Integratie, dat de nieuwe AMvB 25% minder regels zal hebben waardoor er tegemoet gekomen wordt aan de doelstelling van de regering voor 25% minder regels. Wel vragen deze leden zich af waarom deze nieuwe AMvB een nahang- in plaats van een voorhangprocedure kent.

Volgens de huidige wetgeving mag de gemeenteraad geen hogere eisen stellen dan in het Bouw- en Gebruiksbesluit, maar mag zij wel akkoord gaan met een lager niveau. Kan de regering uiteenzetten of dit na de wetswijziging nog steeds mogelijk is?

Een nieuwe mogelijkheid in het wetsvoorstel is dat er regels worden gesteld aan het gebruik van erven en terreinen en de staat waarin de open erven en terreinen zich moeten bevinden. Kan de regering concretiseren waarom deze regels gesteld zouden moeten worden? Zijn dit extra nieuwe regels?

De leden van de SP-fractie constateren dat met dit wetsvoorstel procedurele en technische voorschriften uit de gemeentelijke bouwverordeningen worden overgeheveld naar de Woningwet. Kan de regering uiteenzetten welke gevolgen dit heeft voor gemeenten die op het gebied van bouwregelgeving een lokale kop willen toepassen, bijvoorbeeld als het gaat om het stimuleren van de realisatie van een duurzame woonwijk?

Verder vragen de leden van de SP-fractie zich af of de wetswijziging gevolgen heeft voor het aantal gebouwen dat onder het gebruiksbesluit valt. Indien dit het geval is, welke categorieën vallen hierdoor buiten het gebruiksbesluit?

Daarnaast wijzen de leden van de SP-fractie erop dat het wetsvoorstel een einde wil maken aan de verbrokkeling van voorschriften omtrent installaties in bouwwerken. Deze leden maken de regering er graag opmerkzaam op dat de minister voor Wonen, Wijken en Integratie heeft aangegeven1 onderzoek te gaan doen naar de juridische mogelijkheden om ervoor te zorgen dat afvoerloze geisers en open cv-installaties niet meer voorkomen in Nederland. Deze leden vragen zich af welke resultaten dit onderzoek heeft opgeleverd en suggereren dat het voorliggende wetsvoorstel een uitgelezen mogelijkheid biedt om dit verbod meteen in de wet vast te leggen. Deze leden horen graag wat de regering van deze suggestie vindt en wijzen hierbij nogmaals op het voorstel van de SP-fractie om een periodieke, landelijk verplichte APK-keuring voor gasinstallaties in te voeren.

De leden van de VVD-fractie vragen of kan worden uiteengezet welke voorschriften door het wetsvoorstel inhoudelijk worden gewijzigd dan wel worden uitgebreid. Of blijft de inhoud van de onderhavige voorschriften exact hetzelfde en krijgen de voorschriften alleen een ander jasje? Graag krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de regering.

3. Artikelsgewijs

Artikel I (wijziging Woningwet)

De leden van de VVD-fractie constateren dat in de memorie van toelichting wordt opgemerkt dat het de bedoeling is dat technische voorschriften omtrent standplaatsen op termijn niet meer zullen worden gegeven. In het kader van de Wabo zal het oprichten van een standplaats ook niet langer als «bouwen» worden beschouwd. Toch wordt het bij het voorliggende wetsvoorstel raadzaam gevonden om de mogelijkheid open te houden om technische voorschriften omtrent standplaatsen te kunnen geven. De leden van de VVD-fractie vragen de regering dit nader te motiveren. Waarom deze mogelijkheid nu opengehouden als op termijn deze voorschriften niet meer zullen gelden? Waarom worden deze voorschriften thans niet geschrapt? Graag krijgen de leden van de VVD-fractie een reactie van de regering.

Het voorstel beoogd onder meer te komen tot een uniformering van de voorschriften over het brandveilig gebruik van bouwwerken. De leden van de VVD-fractie vragen of het de regering bekend is dat er gemeenten zijn die nadere voorwaarden stellen in een pseudo-gebruiksvergunning. Deze leden vragen in hoeverre dit past binnen de doelstellingen van een uniforme regeling via het Gebruiksbesluit. Voorts vragen deze leden of het toegestaan is om middels een aanschrijving (artikel 13 Woningwet) aanvullende bouwtechnische voorschriften te doen in de vorm van een soort lokaal bouwbesluit om nadere eisen te stellen t.a.v. bouwkundige brandveiligheid.

De voorzitter van de commissie,

Van Gent

Griffier van de commissie,

Van der Leeden


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Van de Camp (CDA), Van Gent (GL), voorzitter, Van der Staaij (SGP), Kamp (VVD), Arib (PvdA), Poppe (SP), Weekers (VVD), ondervoorzitter, Dijsselbloem (PvdA), Depla (PvdA), Van Bochove (CDA), Van der Ham (D66), Vietsch (CDA), Sterk (CDA), Verdonk (Verdonk), Jansen (SP), Ortega-Martijn (CU), Wolbert (PvdA), Van der Burg (VVD), Van Heugten (CDA), Bouchibti (PvdA), Van Dijk (SP), Thieme (PvdD), Fritsma (PVV), Van Toorenburg (CDA) en Vacature (SP).

Plv. leden: Bilder (CDA), Dibi (GL), Vacature (SGP), Vacature (VVD), Timmer (PvdA), Kant (SP), Blok (VVD), Bouwmeester (PvdA), Kraneveldt-van der Veen (PvdA), Willemse-van der Ploeg (CDA), Pechtold (D66), Blanksma-van den Heuvel (CDA), Vacature (CDA), Neppérus (VVD), De Wit (SP), Voordewind (CU), Heijnen (PvdA), Zijlstra (VVD), Sterk (CDA), Leerdam (PvdA), Ulenbelt (SP), Vacature (PvdD), Madlener (PVV), Vacature (CDA) en Karabulut (SP).

XNoot
1

28 325, nr. 78.

Naar boven