nr. 36
AMENDEMENT VAN HET LID IRRGANG
Ontvangen 18 november 2008
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
In artikel XVIII vervalt onderdeel E.
II
Artikel XX wordt als volgt gewijzigd:
1. Het tweede lid vervalt.
2. In het derde lid wordt: «in het eerste en tweede lid bedoelde
verhogingen» vervangen door: in het eerste lid bedoelde verhogingen.
III
Na artikel XXVIII wordt een artikel toegevoegd,
luidend:
Artikel XXVIIIA
Met ingang van 1 januari 2009 worden de bedragen genoemd in artikel
23 van de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994, nadat deze zijn gewijzigd
uit hoofde van artikel XVIII, onderdeel B, van deze wet, en nadat daarop de
inflatiecorrectie uit hoofde van artikel 81a, van de Wet op de motorrijtuigenbelasting
1994 is toegepast, verhoogd met 0,1%. Daarbij wordt de nodig geachte
afronding aangebracht.
Toelichting
Door dit amendement vervalt de in dit Belastingplan opgenomen verhoging
van de motorrijtuigenbelasting voor motoren. Dit geldt zowel voor de op wetsniveau
geregelde verhoging per 1 januari 2009 als voor de verhogingen in volgende
jaren tot 2013, die door middel van een ministeriële regeling doorgevoerd
zouden worden. Het effect is dat de MRB voor motoren gelijk blijft, evenals
de BPM, zodat de motor feitelijk geheel buiten de verschuiving
uit hoofde van de «vluchtheuvelvariant» blijft. Wel blijft de
jaarlijkse aanpassing aan de inflatie van toepassing.
Het schrappen van deze verhoging werkt niet door naar de provinciale opcenten.
De wijziging heeft een budgettair verlies voor de rijksoverheid tot gevolg.
In het Belastingplan is voor de MRB verhoging € 2 miljoen structureel
geraamd. Voor deze derving wordt dekking gevonden door de MRB tarieven van
personenauto’s en bestelauto’s van particulieren te verhogen met
0,1%. In de praktijk gaat het voor lichte auto’s om een verhoging
van afgerond 0 euro. Voor zwaardere auto’s gaat het om een verhoging
van maximaal een paar euro per jaar. Met deze tariefmaatregel zijn geen administratieve
lasten of uitvoeringskosten gemoeid.
Irrgang