31 700 XVI
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2009

nr. 126
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 januari 2009

Tijdens het overleg over het elektronisch patiëntendossier is door het lid Omtzigt (CDA) de casus aan de orde gesteld van een in het Medisch Spectrum Twente werkzame neuroloog die niet-bestaande diagnoses bij patiënten zou hebben gesteld, en desondanks door heeft kunnen werken in zijn hoedanigheid van arts. Deze kwestie dateert al van enige jaren terug. Tijdens dit overleg heb ik aangegeven dat ik wil onderzoeken hoe dit destijds precies gelopen is.

Omdat de IGZ in het verleden bij deze kwestie betrokken is geweest, heb ik IGZ verzocht om mij nadere informatie hierover te verstrekken en daarbij ook in te gaan op de rol van de IGZ en de destijds door IGZ genomen besluiten omtrent vervolgacties, zoals het nemen tuchtrechtelijke stappen. Met dit onderzoek komt ook de informatie beschikbaar die nodig is voor de Kamervragen gesteld door lid Uitslag (CDA).

Zodra de bevindingen van IGZ aan mij bekend worden gemaakt, zal ik de Kamer daarvan in kennis stellen. De resultaten zullen zoals het er nu naar uitziet medio februari beschikbaar kunnen zijn.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink

Naar boven