nr. 86
BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 6 februari 2009
De uitzending van het SBS 6 programma «Undercover in Nederland»
van zondag 12 oktober 2008 liet zien dat medewerkers van het programma
zich onbevoegd toegang hadden weten te verschaffen tot locaties en materieel
van Defensie. Naar aanleiding van de uitzending heeft de Beveiligingsautoriteit
van Defensie een onderzoek uitgevoerd om vast te stellen hoe deze incidenten
zich hebben kunnen voordoen en of er maatregelen genomen moeten worden om
de beveiliging te verbeteren. Zoals toegezegd tijdens het algemeen overleg
van 30 oktober 2008, informeer ik u hierbij over de uitkomsten van dit
onderzoek.
Defensie beveiligingsbeleid
Zoals ook is gesteld in antwoorden op vragen van de leden Diks en Halsema
van 13 oktober 2008 (TK 2008–2009, nr. 281), berust de bewaking
en beveiliging van militaire objecten op een gelaagd stelstel met een indeling
in vier categorieën. Hoe groter het belang van het object, des te zwaarder
de eisen waaraan de bewaking en beveiliging moeten voldoen. Voor deze opzet
is gekozen omdat het vanwege het grote aantal defensielocaties en objecten
en de omvang daarvan ondoenlijk is alle locaties en objecten volgens de hoogste
beveiligingscategorie te bewaken en te beveiligen. Defensie is een weerbare
organisatie maar geen vesting. Locaties en objecten zoals kazerneterreinen,
kantines en legeringsgebouwen behoren tot de laagste beveiligingscategorie,
waarvoor binnen vooraf gestelde grenzen een zeker risico acceptabel is.
Uitkomsten onderzoek
Uit het onderzoek is gebleken dat het beveiligingsbeleid van Defensie
in orde is. De afgelopen jaren is het beleid, mede op grond van aanbevelingen
van de Algemene Rekenkamer, aangescherpt en versterkt. Wel heeft de Beveiligingsautoriteit
geconstateerd dat de uitvoering op een aantal punten verder kan worden verbeterd.
Gebleken is dat, onder meer als gevolg van reorganisaties en doelmatigheidsmaatregelen,
op verscheidene defensieonderdelen de beoogde verbetering van
de beveiliging nog niet volledig is bereikt. Overdag, bijvoorbeeld, is de
detectie van te beschermen defensieobjecten in de hogere categorieën
vaak uitgeschakeld en wordt van het personeel ter plaatse verwacht dat het
de beveiligingstaak overneemt. Deze verwachting wordt in de praktijk niet
altijd waargemaakt en ook leidinggevenden geven helaas nog niet altijd het
goede voorbeeld.
Op grond van de geconstateerde tekortkomingen zou kunnen worden verondersteld
dat de aanscherping van de regels en de controle daarop zullen leiden tot
verbetering van het beveiligingsbewustzijn. Deze benadering alleen zal echter
niet tot het gewenste resultaat leiden. Om het gedrag van personeel te verbeteren,
dient namelijk ook de houding van het personeel tegenover beveiliging te worden
aangepakt. En de verandering van gedrag en houding vergt aanhoudende aandacht
en een lange adem. In eerste instantie zal dit aspect nader worden geconcretiseerd
als onderdeel van de verdere versterking van het beveiligingsbewustzijn bij
commandanten, beveiligingsmedewerkers en al het overige personeel. Het recente
plan van aanpak is daar nadrukkelijk op gericht.
Voorts zullen defensieonderdelen op grotere locaties de uitvoering van
het beveiligingsbeleid nadrukkelijker op elkaar afstemmen. Na de SBS 6-uitzending
zijn de bewaking en de beveiliging zichtbaar verscherpt bij de toegang- en
uitgangcontrole op tijdstippen en plaatsen waar het afbreukrisico en het uitstralingseffect
het grootst zijn. Voortzetting van deze tijdelijke maatregelen is niet noodzakelijk
voor de structurele versterking van de beveiliging en daarom worden ze dan
ook met ingang van heden stopgezet.
Incidenten
Op de vliegbasis Woensdrecht werken dagelijks ongeveer 2500 personen voor
52 verschillende (defensie)organisaties. Medewerkers van SBS 6 hebben zich
onbevoegd toegang verschaft tot de basis en een onderhoudshangaar. In algemene
zin kan worden geconcludeerd dat dit mede het gevolg is van onvoldoende alertheid
bij beveiligingspersoneel en overige medewerkers op de vliegbasis Woensdrecht.
Ook was de uitvoering van het beveiligingsbeleid niet altijd in overeenstemming
met de regelgeving. Wel is duidelijk geworden dat medewerkers van SBS 6 hulp
van binnenuit hebben gekregen die hen in staat stelden de beveiliging te omzeilen.
Het onderzoek heeft de identiteit van betrokken defensiemedewerkers echter
niet kunnen vaststellen.
Ook op de Johannes Post Kazerne werken dagelijks ongeveer 2500 personen.
Een medewerker van SBS 6 heeft zich in de bagageruimte van een auto onbevoegd
toegang verschaft tot deze kazerne en heeft een vrachtwagen verplaatst. Op
grond van de algemene bezoekersregeling kan iemand op uitnodiging van een
defensiemedewerker een bezoekerspas krijgen waarmee hij elektronisch toegang
heeft tot een defensiecomplex in de laagste beveiligingscategorie, zoals de
Johannes Post kazerne. Er is geconstateerd dat de beveiliging van de Johannes
Post Kazerne op dit punt niet heeft gefaald. Wel zal worden nagegaan in hoeverre
onrechtmatig gebruik van militaire voertuigen kan worden voorkomen door het
beheer en de administratie van sleutels te verbeteren en door de controle
van rijopdrachten bij het verlaten van militaire objecten.
De minister van Defensie,
E. van Middelkoop