31 700 VIII
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2009

nr. 132
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 december 2008

Tijdens het mondelinge vragenuur d.d. 3 juni 2008 (Handelingen der Kamer II, vergaderjaar 2007–2008, nr. 91, blz. 6429–6431) heb ik u, naar aanleiding van vragen van het lid Van Dijk (CDA), toegezegd aan het JOB en de MBO Raad een rapportage te vragen hoe de ROC’s met de stakingen van het openbaar vervoer zijn omgegaan en dit aan Uw Kamer te doen toekomen (Handelingen 2007–2008, nr. 91, Tweede Kamer, pag. 6429–6431). Met deze brief kom ik deze toezegging na.

Rapportage van JOB over de stakingen

JOB heeft aangegeven niet gelukkig met de stakingen te zijn geweest. Veel mbo-studenten waren op het moment van de stakingen bezig met het afsluiten van hun studiejaar middels examens, toetsen en eindgesprekken. Door de stakingen konden veel studenten niet op hun ROC komen en hun jaar afsluiten. JOB heeft via de media partijen opgeroepen snel rond de tafel te gaan en het conflict op te lossen. Ook heeft JOB, met meerdere partijen waaronder LAKS, een kort geding aangespannen. Hierdoor werden de bussen verplicht weer in de spits te rijden. Een aantal scholen heeft zelf bussen voor hun studenten ingezet zodat zij op school konden komen.

Een aantal mbo-studenten heeft klachten ingediend bij het Klachten- en Informatiecentrum van JOB over hun ROC. Deze klachten betroffen de (afwezigheid van) flexibiliteit van ROC’s ten aanzien van het moment van afnemen van examens. De directies van de scholen zijn door JOB hierop aangesproken, met wisselend resultaat.

Rapportage MBO Raad over de stakingen

In de periode van de stakingen in het streekvervoer heeft steeds een deel van de mbo-studenten en daarmee de instellingen hinder ondervonden van de stakingen. Dat komt doordat de instellingen zelf bepalen wanneerde mbo-examens plaatsvinden. In de eerste periode liftten de studenten mee op het succes van LAKS in de aanpak richting streekvervoer. Omdat de streekvervoerders toen op aandringen van LAKS niet meer staakten in de spits, konden ook de mbo-studenten die met het openbaar vervoer reizen, gewoon naar en van school.

Bij de tweede stakingsgolf lag dat anders aangezien toen het héle streekvervoer plat ging. Onze schatting is dat ongeveer 10 000 leerlingen daardoor een alternatief moesten zoeken om op school te komen voor het volgen van lessen en kunnen doen van examens. Een paar scholen heeft laten weten dat zij zelf bussen in hebben gezet. Het ging daarbij uiteraard om een voorlopige voorziening; voor het bekostigen van deze service hebben de scholen hun reserves moeten aanspreken.

Het Noorderpoortcollege (Groningen) was vanwege de vele sublocaties niet in staat om bussen te laten rijden. De noordelijke provincies hebben vervolgens een kort geding aangespannen tegen het streekvervoer om gedaan te krijgen dat in de spits niet zou worden gestaakt. Argument daarvoor was onder andere dat mbo-studenten onevenredig werden getroffen door de stakingen. De MBO Raad heeft dit geding met een verklaring ondersteund. De rechter heeft de stakingen in de noordelijke provincies conform de eis inderdaad verboden.

Dat was voor de regio Amsterdam een reden om ook een kort geding voor te bereiden. De MBO Raad heeft aangeboden ook dat geding te steunen middels een verklaring. De streekvervoerders kozen echter eieren voor hun geld en besloten de acties niet meer gedurende de spits te laten plaatsvinden.

De staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

Naar boven