Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2008-2009 | 31700-V nr. 82 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer | Datum brief |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2008-2009 | 31700-V nr. 82 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 februari 2009
Hierbij doe ik u verslag van mijn bezoek aan Singapore, Indonesië, Australië en Nieuw Zeeland, dat plaatsvond van 12 tot en met 22 januari jl.
Op 12 en 13 januari bezocht ik Singapore. Hoofddoel van mijn bezoek was het bestendigen en versterken van de goede relatie met Singapore. Er vonden consultaties met mijn ambtgenoot Minister George Yeo plaats. Daarnaast bezocht ik een nieuwjaarsreceptie van de Nederlandse gemeenschap in Singapore.
Op 13 januari vonden in Singapore consultaties plaats waarbij een uitgebreid scala aan onderwerpen op bilateraal, regionaal en internationaal gebied ter sprake kwam. Het gesprek verliep in een zeer open en vriendelijke sfeer.
Sinds november 2008 levert Singapore voor een periode van een half jaar 20 man medisch personeel aan het «Role 2» ziekenhuis op Kamp Holland in Uruzgan. Ik heb mijn waardering overgebracht voor die bijdrage en voor de goede samenwerking tussen Nederland en Singapore.
Singapore sprak de behoefte uit aan meer helder geformuleerde strategische doelstellingen van de buitenlandse inzet in Afghanistan en suggereerde een grotere betrokkenheid van niet-NAVO partners bij het vaststellen van de strategische doelstellingen van de NAVO voor de toekomst van Afghanistan. Ik heb gezegd dat de Afghanen meer nadruk moeten leggen op hun eigen verantwoordelijkheid op het gebied van goed bestuur en veiligheid, zeker in dit verkiezingsjaar. Wij deelden beiden de zorgen ten aanzien van goed bestuur.
Minister Yeo en ik hebben onze ernstige bezorgdheid over de politieke situatie en het geweld in Gaza uitgesproken. Wij waren het eens dat er zo snel mogelijk een wapenstilstand moest komen en humanitaire hulp toegang moest krijgen. Minister Yeo gaf aan dat het aantreden van president Obama nieuwe kansen zal bieden voor het vredesproces en daarom zo snel mogelijk bij het proces betrokken zou moeten worden.
Minister Yeo gaf aan dat de gevolgen van de internationale financiële crisis relatief ernstig zullen zijn voor Singapore omdat Singapore een open economie is en de inkomsten voor een groot deel afhankelijk zijn van de internationale handel. Ik heb de maatregelen die in Nederland genomen zijn en de deelname van Nederland aan de G-20 in Washington toegelicht. Mijn ambtgenoot pleitte voor een betere vertegenwoordiging van niet-westerse landen bij de volgende G-20.
Minister Yeo informeerde naar de mogelijkheden om Nederlandse kennis en expertise in te zetten op het terrein van watermanagement. Hier zal in oktober tijdens het bezoek van het innovatieplatform aandacht aan besteed worden.
Ik complimenteerde mijn ambtgenoot met de totstandkoming van het ASEAN-Charter in december 2008. Minister Yeo sprak over een mijlpaal voor ASEAN. Daarna gaf hij aan dat het proces tussen ASEAN en de EU om tot verdergaande samenwerkingsafspraken te komen erg traag verloopt vanwege het zware gewicht dat de EU hangt aan de Birma kwestie. Singapore is geen voorstander van sancties en minister Yeo gaf aan dat een politiek van engagement m.b.t. sociale en economische ontwikkeling, als onderdeel van een bredere inzet op Birma, meer ondersteuning zou verdienen.
Van 13 tot 16 januari 2009 bezocht ik Indonesië. Mede onder verwijzing naar het verslag van uw werkbezoek aan Indonesië d.d. 19 december 2008, kenmerk 31 825, kan ik u als volgt informeren. Het hoofddoel van mijn bezoek was het versterken en bestendigen van de goede bilaterale betrekkingen. Ik sprak uitgebreid met mijn ambtgenoot minister Hassan Wirajuda, met president Susilo Bambang Yudhoyono, vice-president Jusuf Kalla en de minister van justitie en mensenrechten Andi Mattalatta. De gesprekken waren hartelijk en constructief. Met minister Wirajuda werd de inhoud van het Comprehensive Partnership Mechanisme for Dialoge and Cooperation overeengekomen als formele basis voor dialoog en nauwe samenwerking op velerlei gebied tussen Indonesië en Nederland. Tevens kwam een groot aantal nationale, regionale en internationale onderwerpen aan de orde. Eveneens sprak ik met een aantal mensenrechtenorganisaties, mw. Suciwati en nabestaanden van de gebeurtenissen in Rawagedeh in 1947.
Op 14 januari 2009 vonden in Jakarta bilaterale consultaties plaats waarbij een uitgebreid scala aan onderwerpen op bilateraal, regionaal en internationaal gebied ter sprake kwam.
Comprehensive Partnership en Staatsbezoek
De parafering van het Comprehensive Partnership Mechanism for Dialogue and Cooperation (CP) is door minister Wirajuda en mijzelf zeer verwelkomd. Het CP bevestigt de uitstekende bilaterale relatie. De overeenkomst formuleert de basis voor dialoog en samenwerking op vele gebieden: buitenlandse politiek, stabiliteit en veiligheid, mensenrechten, duurzame ontwikkeling en economische samenwerking, juridische samenwerking en samenwerking op sociaal, cultureel en onderwijsgebied. Minister Wirajuda en ik spraken de hoop uit dat het CP in 2010 door de president Yudhoyono en minister president Balkenende kan worden ondertekend. Een exacte datum zal echter eerst na de algemene en presidentiële verkiezingen van later dit jaar kunnen worden bepaald.
Algemene politieke en economische ontwikkelingen in Indonesië
De Indonesische regering heeft de afgelopen jaren sterk ingezet op hervormingen. Op het gebied van democratisering, hervorming van de strijdkrachten, implementatie van het vredesakkoord in Atjeh, verbetering van goed bestuur en rechtsstaat, versterking van economie en bestrijding van armoede, is duidelijke voortgang gemaakt. De ingezette hervormingen hebben zonder meer geleid tot een stabieler en veiliger Indonesië. Met dit proces zal niettemin nog enige tijd gemoeid zijn.
Het is evident dat de hervormingsagenda een grote rol speelt bij de parlementsverkiezingen in april en de presidentsverkiezingen in juli. Een belangrijk aspect daarbij wordt gevormd door de invloed van de mondiale financiële crisis. Indonesië verwacht in 2009 een economische groei van tussen de 4 à 5 procent te kunnen realiseren, te blijven profiteren van een voedseloverschot, een stabiele Indonesische Rupiah en lagere energieprijzen. Eveneens heeft het land belangrijke voorzorgsmaatregelen getroffen door het afsluiten van financiële standby-arrangementen. Ook zullen de Indonesische autoriteiten de anticorruptie-agenda in de komende jaren verder doorvoeren. Ten aanzien van de klimaatproblematiek committeert Indonesië zich aan de Kopenhagen-agenda.
Als teken van belangrijke verdere democratisering is door Indonesië op 10 en 11 december jl. het Bali Democracy Forum gehouden. Dit forum heeft een regionaal intergouvernementeel proces in gang gezet ter bevordering van democratie in Azië en Oost-Azië. Hiertoe is het Institute for Peace and Democracy opgericht dat verdere democratie moet bestendigen, uitdragen en stimuleren. Ik heb namens Nederland aangegeven dit belangrijke proces te willen steunen met een bijdrage van euro 2,5 miljoen, technische hulp en expertise.
Ik heb mijn waardering overgebracht voor de tot nu toe succesvolle implementatie van het vredesproces in Atjeh en de reconstructie na de tsunamiramp van 2004, maar aangegeven dat blijvende vrede nog niet vanzelfsprekend is. In dit kader heb ik de EU-wens ondersteund om, op verzoek van de gouverneur van Atjeh en de Indonesische regering, verkiezingswaarnemers te willen sturen naar zowel Atjeh als Indonesië. De Indonesische regering is zich bewust van de relatie tussen het MoU in Atjeh enerzijds, en de gewekte verwachtingen met betrekking tot speciale autonomie onder de brede bevolking van Indonesië anderzijds.
Mede gezien de bijzondere plek die de Molukken inneemt binnen de Nederlandse gemeenschap is overeenstemming bereikt over een intensivering van Nederlandse samenwerkingsprogramma’s op de Molukken, vast te leggen in een Memorandum of Understanding tussen de Indonesische en Nederlandse regering. Zo zal het programma Acces to Justice worden uitgebreid naar de Molukken om de dialoog tussen bevolking en lokale overheden ten aanzien van geschillen te faciliteren en de toegang tot rechtssystemen te verbeteren. Andere aspecten van de samenwerking met de Molukken richten zich op versterking van lokale bestuurscapaciteit en maatschappelijke ondersteuning van het vredesproces, alsmede economische wederopbouw, stedelijke drinkwatervoorziening en economische ondersteuning. Het onderwijsprogramma biedt mogelijkheden voor studenten onder het NPT-programma hoger onderwijs.
Inzake Papoea heb ik mijn bezorgdheid geuit over de tot op heden gebrekkige implementatie van de Special Autonomy Law (SAL), de trage sociaal-economische ontwikkeling (armoedesituatie, HIV/aids), maar ook over de situatie van de mensenrechten en de positie van mensenrechtenactivisten. In het bijzonder heb ik mijn verontrusting uitgesproken over de extreem hoge straffen die recentelijk zijn uitgesproken voor het tonen van vlaggen, zowel in Papoea als op de Molukken.
De noodzakelijke sociaal-economische verbeteringen voor de bevolking van Papoea worden deels gecompliceerd door de zeer beperkte bestuurlijke capaciteit van de regionale overheid en in veel mindere mate door gebrek aan financiële middelen die in ruime mate door de centrale regering in Indonesië ter beschikking worden gesteld. Het is van groot belang dat verdere versterking van lokaal bestuur wordt doorgevoerd ter verbetering van de leefomstandigheden van de bevolking, alsmede de verbetering van de infrastructuur en diverse economische activiteiten.
In het kader van de dialoog over mensenrechten gaf minister Wirajuda aan de recente vrijspraak in de Munir-zaak van luitenant-generaal Muchdi te betreuren. Het Openbaar Ministerie te Jakarta heeft inmiddels beroep aangetekend tegen deze uitspraak. Nederland zal de zaak actief blijven volgen.
Ik heb tegenover minister Wirajuda en minister Mattalatta mijn bezorgdheid uitgesproken over doodvonnissen in het algemeen en gepleit minstens het moratorium op de voltrekking van de doodstraf in te stellen.
Tevens bracht ik de twee in Indonesië ter dood veroordeelde Nederlanders ter sprake. Ik heb een dringend beroep gedaan op de Indonesische autoriteiten om geen onomkeerbare beslissingen te nemen zolang delinquenten nog over juridische mogelijkheden beschikken het vonnis aan herziening te onderwerpen. In het kader van de Nederlandse principiële afwijzing van de doodstraf krijgen de twee Nederlanders juridische bijstand aangeboden ter ondersteuning van hun herzieningsverzoeken.
Ten aanzien van een Nederlandse zwakbegaafde gedetineerde heb ik bij minister Mattalatta met klem gepleit de mogelijkheid te onderzoeken voor vervroegde vrijlating op zwaarwegende humanitaire gronden, ook nu er geen verdragsrechtelijke relatie is (WOTS) waarop een beroep kan worden gedaan. Minister Mattalatta heeft toegezegd de kwestie nauwkeurig te zullen bestuderen.
Ik heb aandacht gevraagd voor de bescherming van religieuze pluriformiteit, mede naar aanleiding van kerksluitingen in 2008 en de positie van de Ahmadiyah in Indonesië. Minister Wirajuda benadrukte dat de Indonesische grondwet de religieuze vrijheid van zes godsdiensten garandeert. Indonesië is in principe een tolerant land waar de meeste mensen hun geloof in vrijheid en rust kunnen belijden. Het geweld tegen religieuze minderheden wordt in het algemeen geïnstigeerd door radicale groepen. Recent zijn leiders van het Islamitisch Verdedigerfront FPI berecht vanwege het geweld tegen een pro-pluralisme demonstratie. Met de aanvaarding van een nieuwe regeling voor de opening van gebedshuizen is de situatie inmiddels verbeterd, maar incidenten komen nog voor.
Hervorming van de juridische- en veiligheidssector, juridische samenwerking
In gesprek met minister Mattalattta heb ik Indonesië gecomplimenteerd met de gemaakte vooruitgang in de juridische- en veiligheidssector en ik heb de Nederlandse ondersteuning benadrukt voor verdere voortgang op dit terrein, gericht op bestrijding van corruptie, verbetering van het openbaar bestuur en de juridische- en veiligheidssector. Nederland heeft daartoe twee nieuwe programma’s gestart ter versterking van de Indonesische rechtsstaat: samenwerking met Hoge Raad, Openbaar Ministerie, Anticorruptie Commissie en Constitutioneel Hof en verbetering van de toegang tot recht en rechtspraak voor de Indonesische bevolking. Met beide programma’s is tot 2010 in totaal 9.4 miljoen Euro gemoeid. Minister Mattalatta dankte Nederland voor de uitstekende samenwerking op juridisch gebied en sprak de wens uit om spoedig met Nederland een Memorandum of Understanding te ondertekenen ter formalisering van de juridische samenwerking tussen onze landen.
Afschaffing visumplicht voor Benelux houders van diplo- en dienstpaspoorten
Ik verwelkomde de bevestiging van minister Mattalatta dat Indonesië heeft besloten de visumplicht voor Benelux houders van diplomatieke- en dienstpaspoorten af te schaffen.
President Yudhoyono en minister Wirajuda dankten Nederland voor de geboden technische assistentie om Indonesië te ondersteunen bij het doorvoeren van verbeteringen met betrekking tot de vliegveiligheid. Ik heb aangegeven dat de geboden technische assistentie is aangeboden met het doel spoedig over te kunnen gaan tot opheffing van het EU-vliegverbod, maar daarbij benadrukt dat de sleutel daartoe in handen lag van de Indonesische autoriteiten zelf.
Met vice-president Kalla sprak ik uitgebreid over de economische samenwerking tussen Nederland en Indonesië. De bilaterale economische betrekkingen met Indonesië waren naar ons beider mening constructief en intensief. De vice-president roemde Nederland als «gateway to Europe». Inzake de toegang van Indonesië tot de Europese markt in het algemeen, en de Indonesische export van palmolie in het bijzonder, heb ik toegezegd in Brussel te zullen pleiten voor een EU-beleid conform de WTO-regelgeving.
President Yudhoyono en minister Wirajuda benadrukte de actieve Indonesische rol binnen de G-20 en de a.s. bijeenkomst in Londen op 2 april 2009. Ik heb daarbij de actieve Nederlandse betrokkenheid bij de herformulering van een algehele mondiale financiële architectuur toegelicht en verzocht om steun voor de Nederlandse wens betrokken te blijven bij de gesprekken in G-20 kader.
In diverse gesprekken is de Indonesische en Nederlandse inzet besproken om te komen tot spoedigste afsluiting van een wapenstilstand, toegang van humanitaire hulp en beëindiging van het conflict. President Yudhoyono en minister Wirajuda gaven aan dat de frustraties van de Islamitische wereld door het geweld en grote verlies aan mensenlevens in Gaza duidelijk zijn weerslag had in Indonesië als land met de grootste moslimbevolking.
Vrede en veiligheid in Zuidoost-Azië
Ik complimenteerde Indonesië voor zijn belangrijke rol in de regio op het gebied van vrede en veiligheid. Binnen ASEAN is Indonesië een van de landen die in toenemende mate aandacht geeft aan democratie en respect voor mensenrechten. Voorts is Indonesië actief bij vredesonderhandelingen. Deze rol als bemiddelaar had Indonesië, aldus minister Wirajuda, voor een belangrijk deel te danken aan de succesvolle vredesonderhandelingen en bestendiging van de vrede in Atjeh.
Gesprek met nabestaanden Rawagedeh
Op mijn uitnodiging sprak ik op 14 januari jl. op de ambassade in Jakarta met drie weduwen van slachtoffers van de gebeurtenissen in Rawagedeh op 9 december 1947. Tijdens dit gesprek benadrukte ik namens de Nederlandse regering opnieuw diepe spijt over de gebeurtenissen destijds.
De weduwen vertelden over hun ervaringen tijdens de gebeurtenissen in Rawagedeh in en na 1947 en over hun huidige bestaan. De ontmoeting werd afgesloten met de constatering van beide kanten dat het gesprek zeer op prijs was gesteld.
Ontmoeting met mensenrechtenactivisten
In een bijeenkomst met vertegenwoordigers van mensenrechtenorganisaties heb ik het belang onderstreept dat Nederland hecht aan de verbetering van de mensenrechten wereldwijd en de inspanningen van het maatschappelijk middenveld. De Indonesische regering besteedt in toenemende mate aandacht aan de verbetering van de mensenrechtensituatie en heeft laten weten serieus werk te willen maken van hervormingen in eigen land en een grotere internationale betrokkenheid op dit vlak. In mijn gesprek met mw. Suciwati, weduwe van de omgekomen mensenrechten-activist Munir, onderstreepte ik het belang dat Nederland hecht aan voortgang in de rechtszaak tegen de mogelijk betrokkenen bij de moord op Munir. Nederland zal de verdere rechtspleging nauwlettend blijven volgen.
Op 15 januari bracht ik een bezoek aan Yogyakarta waar ik een gesprek had met de Sultan van Yogyakarta en samen met mijn collega Minister Wirajuda een bezoek bracht aan een school die bij de aardbeving van 2006 grotendeels was verwoest en met NL financiële hulp herbouwd. Tijdens dit bezoek heb ik een bijdrage toegezegd voor de aanschaf van computers, printers en boeken voor scholen in Banten en Klaten.
Van 18 tot 21 januari 2009 bezocht ik Australië als «Guest of Government». Hoofddoel van mijn bezoek was het bestendigen en verder uitbouwen van de goede bilaterale betrekkingen. Ik sprak uitgebreid met mijn ambtgenoot Minister Stephen Smith, met Premier Kevin Rudd, Minister van Defensie Joel Fitzgibbon en Staatssecretaris van Ontwikkelingssamenwerking Bob McMullan. De gesprekken verliepen in een zeer constructieve en plezierige sfeer. Met alle gesprekspartners besprak ik de Nederlandse en Australische samenwerking in Afghanistan. Met minister Smith kwamen tevens een groot aantal bilaterale, regionale en internationale kwesties aan de orde. Ik heb mijn collega uitgenodigd een bezoek te brengen aan Nederland.
In zowel Perth als Sydney had ik een ontmoeting met de aldaar wonende Nederlandse gemeenschap. In Sydney ontmoette ik tevens de Honoraire Consuls in Australië.
In de gesprekken met Premier Rudd, Minister Smith, Minister Fitzgibbon en staatssecretaris McMullan heb ik uitvoerig over de Nederlandse en Australische samenwerking in Afghanistan gesproken. Ik heb hen daarbij bedankt voor de goede en constructieve samenwerking in Uruzgan. Voorts heb ik gewezen op het belang van een grotere civiele aanwezigheid in Uruzgan van alle partners en Australië gevraagd zijn civiele inzet én activiteiten op het gebied van ontwikkelingssamenwerking met AusAID in Uruzgan te vergroten.
Gesprekspartners zeiden toe dit verzoek in overweging te zullen nemen. Overeengekomen werd dit verzoek op ambtelijk niveau met de betrokken departementen verder uit te werken. Wij waren het eens over het belang van transparante verkiezingen in Afghanistan in 2009 en 2010. Premier Rudd en minister Smith lieten weten sterk te hechten aan Australische aanwezigheid bij de komende NAVO-top in Straatsburg. Ik heb aangegeven dat Nederland voorstander is van de aanwezigheid van ISAF-Partners bij deze Top. Tevens heb ik mijn ambtgenoot Smith uitgenodigd dit jaar een gezamenlijk bezoek te brengen aan Uruzgan.
Op vragen van mijn gesprekspartners over de Nederlandse inzet in Afghanistan post 2010 heb ik aangegeven dat Nederland in ieder geval zijn positie als lead nation in Uruzgan zal beëindigen. Een eventuele militaire bijdrage aan Afghanistan na 2010 zal een separate afweging vergen. In de gesprekken kwam naar voren dat Australië hoopte de samenwerking in Afghanistan te kunnen continueren.
In mijn gesprek met minister Fitzgibbon heb ik de verkoop van Nederlandse houwitsers onder de aandacht gebracht. Minister Fitzgibbon antwoordde dat eerst het Australische Defense White Papermoest worden afgerond, alvorens een beslissing kon worden genomen.
Op 19 januari 2009 vonden in Perth bilaterale consultaties plaats met Minister Smith waarbij een uitgebreid scala aan onderwerpen op regionaal en internationaal gebied ter sprake kwam.
Ik heb Minister Smith geïnformeerd over mijn bezoek aan Indonesië. Voorts stond ik stil bij de relaties die Nederland historisch had met Indonesië en de relatie die Australië had met dit land als buurland. Wij beiden spraken de wens uit te onderzoeken of er gezamenlijk meer met Indonesië zou kunnen worden samengewerkt.
Het één-China beleid van de Australische regering werd tijdens de consultaties door minister Smith benadrukt. Indien de Dalai Lama Australië wil bezoeken wordt hij ontvangen als religieus leider. Ten aanzien van China benadrukte Smith dat de betrokkenheid van de Verenigde Staten essentieel blijft.
Minister Smith verwelkomde de Nederlandse wens lid te worden van de Group of Friends of Pakistan en benadrukte de noodzaak van coördinatie van de internationale gemeenschap.
Ik heb Minister Smith ingelicht over mijn bezoek aan Singapore en gewezen op de cruciale rol van Singapore in ASEAN ten aanzien van Birma. Minister Smith benadrukte de goede economische ontwikkeling in ASEAN en het succes van de Free Trade Agreement tussen Australië en ASEAN. Hij sprak zijn waardering uit voor de Nederlandse steun inzake de Australische kandidatuur bij de ASEM aan Aziatische zijde. Ik heb toegezegd hem op de hoogte te houden van eventuele andere kandidaturen.
Ik kwam met Minister Smith overeen dat Nederland en Australië als partners meer zouden kunnen samenwerken in de VN, ook daar waar het gaat om hervormingen van de VN.
Vanwege de ernst van de financiële crisis heb ik aandacht gevraagd voor de Nederlandse wens aanwezig te zijn bij de komende G-20 bijeenkomst in Londen op dezelfde basis als in Washington. Premier Rudd en Minister Smith lieten weten geen bezwaar tegen te hebben tegen de Nederlandse aanwezigheid en zich actief daarvoor te zullen inzetten.
In mijn gesprek met Minister Smith heb ik mijn dank uitgesproken voor het opnemen van oud-Minister Hans van den Broek in de Adviesraad van de Australische/Japanse Non-proliferatie en Ontwapeningscommissie. Minister Smith zei Australische deelname toe aan de vijfde plenaire bijeenkomst van het Global Initiative, welke in juni 2009 in Den Haag zal plaatsvinden.
Minister Smith vroeg aandacht voor de Nederlandse betrokkenheid als vlaggenstaat bij het Japans-Australische conflict over de walvisvaart in het Antarctisch gebied. Ik heb daarbij gewezen de strafrechtelijke bepalingen inzake de veiligheid op zee en toegezegd dat Nederland zal ingrijpen indien zich illegale handelingen voordoen. Voorts zal door de verantwoordelijke autoriteiten beoordeeld moeten worden of disciplinaire maatregelen gerechtvaardigd zijn.
Desgevraagd heb ik mijn collega een toelichting gegeven op het Nederlandse mensenrechtenbeleid en mijn waardering uitgesproken voor de toegenomen aandacht voor mensenrechten door de Australische regering. Ik heb daarbij het belang onderstreept dat Nederland hecht aan verbetering van de mensenrechten wereldwijd. De verontschuldiging van de Australische regering voor al het leed dat de oorspronkelijke bewoners van Australië is aangedaan noemde ik een historische stap. Het is voor de hand liggend dat de verbetering van de sociale omstandigheden van de Aboriginal-gemeenschappen nog de nodige tijd zal vergen.
Op 22 januari 2009 bezocht ik Nieuw-Zeeland als «Guest of Government». Hoofddoel van mijn bezoek was het consolideren van de samenwerking tussen Nederland en Nieuw-Zeeland en het onderstrepen van de uitstekende bilaterale relaties. Ik sprak uitgebreid met mijn ambtgenoot Murray McCully en de Minister van Handel, Tim Groser. De gesprekken verliepen in een informele en constructieve sfeer. Tijdens de consultaties besprak ik een groot aantal bilaterale, regionale en internationale kwesties. Tijdens mijn bezoek bracht ik een bezoek aan het Nederlandse bejaardentehuis «Ons Dorp» in Auckland, alwaar vele Nederlandse emigranten uit de jaren 50 en 60 verblijven.
Op 21 januari 2009 vonden in Auckland bilaterale consultaties plaats met Minister McCully waarbij een uitgebreid scala aan onderwerpen op bilateraal, regionaal en internationaal gebied ter sprake kwam. ’s Avonds werden de consultaties vervolgd, waarbij naast minister McCully tevens Minister Groser aanwezig was.
Mijn ambtsgenoot McCully en ik prezen de goede staat van de bilaterale relatie. Ik heb mijn dank uitgesproken voor de wijze waarop de Nieuw-Zeelandse autoriteiten de recente roof en verkrachtingszaak van Nederlandse toeristen heeft ondersteund. Daarnaast heb ik aandacht gevraagd voor zorgen van de in Nieuw-Zeeland verblijvende rechthebbenden op Nederlandse sociale zekerheidspremies die in mindering worden gebracht op de in Nieuw-Zeeland te ontvangen «superannuation». Overeengekomen is dat de effecten van de huidige afspraken nogmaals door de relevante autoriteiten zullen worden bekeken.
EU – Nieuw-Zeeland betrekkingen:
Minister McCully hechtte aan een spoedig bezoek van EC president Barroso aan Nieuw-Zeeland. Een bezoek werd gezien als een mogelijkheid de door Nieuw-Zeeland gewenste uitbreiding van de huidige Joint Declaration verder onder de aandacht te brengen. Ik heb aangegeven dat Nederland instemt met het voeren van inleidende consultaties om de mogelijkheid te onderzoeken of Nieuw-Zeeland en de EU kunnen komen tot een formeel verdrag. Nieuw-Zeeland dient wel duidelijk te maken wat de meerwaarde van een formeel verdrag is en welke elementen van belang worden geacht voor opname hierin.
Daarnaast sprak Minister McCully de hoop uit dat innovatieve elementen inzake emissies in de luchtvaart in een luchtvaartverdrag tussen Nieuw-Zeeland en de EU zouden worden opgenomen. Wij waren het eens dat een multilaterale aanpak ten aanzien van emissies het meest effectief is.
Tot slot wees mijn ambtgenoot op het Nieuw-Zeelandse voorstel om de onderhandelingen over een wijnovereenkomst met de EU te heropenen.
Ik heb mijn waardering uitgesproken over de rol die Nieuw-Zeeland vervult in Bamyan en de Nieuw-Zeelandse focus op ontwikkeling en veiligheid. Wij deelden de zorgen ten aanzien van goed bestuur en de effectiviteit en bereidwilligheid van de Afghaanse regering ten aanzien van diverse benoemingen. Het belang van een rustig en democratisch verloop van de presidentiële en parlementaire verkiezingen werd onderstreept. Minister McCully sprak zijn dank uit voor de plezierige samenwerking met Nederland ten aanzien van NAVO-bijeenkomsten.
Minister McCully liet zich kritisch uit over de Mensenrechtenraad. Ik heb er op gewezen dat een actieve participatie van gelijkgezinde landen, zoals Nieuw-Zeeland, nodig was om goede initiatieven, zoals de Nederlandse rol in de totstandkoming van het Universal Periodic Review-proces en de inzet van de Mensenrechtenambassadeur, in bilateraal en multilateraal verband te bewerkstelligen. Ik heb daarom gevraagd om blijvende steun van Nieuw-Zeeland voor en deelname aan de Mensenrechtenraad.
Minister McCully deelde zijn zorgen over de ontwikkeling van de Pacific regio. Hij constateerde dat het beleid van de afgelopen 20 jaar niet goed had gewerkt en enkele staten tot falende staten zijn verworden. Met name de politieke situatie op Fiji was zorgwekkend. Minister McCully sprak zijn dank uit voor Europese druk op Fiji om terug te keren naar democratische principes via de opschorting van de EU suikersubsidies. Daarnaast maakte Minister McCully duidelijk hoe nauw Nieuw-Zeeland is verweven met de Pacific staten vanwege de aanwezigheid van de grote meerderheid van verscheidene bevolkingsgroepen in Nieuw-Zeeland. Minister McCully deelde mij mee de ontwikkelingssamenwerking ten aanzien van de Pacific regio te willen intensiveren, waarbij het accent zou komen te liggen op duurzame economische ontwikkeling.
Minister Groser sprak zijn dank uit voor het Nederlandse standpunt ten aanzien van de herintroductie van EU exportsubsidies op zuivel en benadrukte hoe belangrijk de zuivelindustrie was voor Nieuw-Zeeland. Hij nodigde daarbij via mij de Nederlandse Minister van LNV uit een bezoek te brengen aan Nieuw-Zeeland.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-31700-V-82.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.