nr. 16
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 december 2008
In mijn brief van 14 november (31 700 IXB, nr. 11) 2008, heb
ik aangegeven u voor het eind van dit jaar nader te informeren over het opdrachtgeverschap
richting GOB, het bijbehorende mandaat en het lopende gebiedsontwikkelingsproces.
Ik hecht er tevens aan u op de hoogte te stellen van mijn gesprek met
de partners in de regio en de afspraken die ik met hen heb gemaakt ten aanzien
van de gebiedsontwikkeling Twente. Over de finesses van het opdrachtgeverschap
en het mandaat ben ik nog in gesprek met mijn collega van Financiën.
Opdrachtgeverschap en positie Vliegwiel Twente Maatschappij
i.o.
De Vliegwiel Twente Maatschappij i.o. (VTM) is een samenwerkingsverband
tussen Rijk en Regio (Provincie Overijssel en Gemeente Enschedé). Het
GOB participeert namens het Rijk in de VTM. Het GOB wordt aangestuurd door
het Ministerieel Opdrachtgeversberaad, waarbinnen het opdrachtgevend ministerie
het primaire aanspreekpunt is.
Een wijziging in het opdrachtgeverschap van het GOB zal aan de positie
van de VTM niets veranderen. De VTM is opdrachtnemer voor het lopende gebiedsontwikkelingsproces,
waarin de twee vlekkenplannen, mét en zonder luchthaven, gelijkwaardig
worden onderzocht en worden uitgewerkt tot twee businesscases.
Ik heb veel waardering voor het werk dat is verzet door de VTM en heb
hen verzocht om zich in te spannen alle partijen aan tafel te houden en dit
werk volgens planning voort te zetten. Ik zal me daar ook zelf voor inzetten.
Een snelle marktverkenning voor de vlekkenplannnen, een grote intensiviteit
en spoed is komend jaar nodig om medio 2009 een afgewogen keuze te kunnen
maken, waarbij ook een beeld bestaat van de marktvraag die er onder ligt.
Strategie van marktbenadering
Om de snelheid op peil te houden heb ik met regionale partners afgesproken
dat het ministerie van Verkeer en Waterstaat, in nauw overleg met het ministerie
van Financiën, een apart traject in gang zet waarin een strategie wordt
bepaald en voorbereidingen worden getroffen om over te gaan tot verkoop, erfpacht
of een andere constructie wanneer er eind juni een keuze is gemaakt voor één
van beide vlekkenplannen.
Dit traject wordt zo ingericht dat informatie over de marktinteresse ook
bij het lopende gebiedsontwikkelingsproces, waar nodig, kan en wordt betrokken.
Ook kan deze informatie worden gebruikt bij de uitspraken in de luchtvaartnota
over het accommoderen van vliegverkeer op regionale velden, waaronder Twente.
Er wordt in samenwerking met de partners en in afstemming met het gebiedsontwikkellingsproces
binnen de VTM naar dit tussenmoment toe gewerkt.
Verdeling van kosten
Tot slot is er kort gesproken over de kosten die worden gemaakt in het
planproces. De plankosten voor het gebiedsontwikkelingsproces worden volgens
een verdeling van Rijk 40%, provincie Overijssel 20% en gemeente
Enschedé 40% gedragen. De kosten voor het tijdelijk beheer van
het gebied zijn voor kosten van het Rijk.
Deze afspraken waren reeds tussen de regionale partners en het rijk overeengekomen
en blijven wat mij betreft ongewijzigd. Er zullen wel nog nadere afspraken
worden gemaakt over de terugbetaling van de plankosten wanneer het planproces
is afgerond en de gebiedsontwikkeling wordt gerealiseerd. Bij de gebiedsontwikkeling
streef ik naar een gezonde verhouding tussen het behalen van nationale beleidsdoelen
en financiële resultaten.
Ik hoop u hiermee voldoende op de hoogte te hebben gesteld over mijn gesprek
met de partners in de regio.
De minister van Verkeer en Waterstaat,
C. M. P. S. Eurlings