31 568 Staatkundig proces Nederlandse Antillen

Nr. 139 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 juni 2014

Tijdens het Algemeen Overleg van 15 mei over Caribisch Nederland heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties toegezegd in een brief aan uw Kamer in te gaan op de opvatting van het kabinet aangaande de mogelijkheden van het prijsbeleid voor de Bestuurscolleges in Caribisch Nederland. Met deze brief doe ik, mede namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, deze toezegging gestand.

Op grond van de Prijzenwet BES beschikken de Bestuurscolleges in Caribisch Nederland (en beschikten zij reeds voorafgaand aan de staatkundige wijzigingen) over de bevoegdheid om de prijzen van goederen en diensten te reguleren en om inzage te vereisen in de manier waarop prijzen tot stand komen. Anders dan in Europees Nederland, waar prijzen en marges veelal tot stand komen door marktwerking en concurrentie, hebben de Bestuurscolleges derhalve de algemene bevoegdheid om maximale marges te kunnen vaststellen voor bepaalde producten en diensten.

Prijsregulering kan onder omstandigheden een bijdrage leveren om de betaalbaarheid van specifieke goederen en diensten in Caribisch Nederland beter te kunnen borgen. Doordat de bevolkingsgrootte op de eilanden relatief gering is, en gelet op het insulaire karakter van Caribisch Nederland, is op veel markten weinig ruimte voor meerdere aanbieders en is het perspectief voor effectieve concurrentie zeer beperkt. Dit kan een prijsverhogend effect hebben. Tegelijkertijd voorkomt prijsregulering niet dat, als gevolg van de zeer beperkte economische schaal van de eilanden, de productiekosten voor veel goederen en diensten (per eenheid) relatief hoog zijn en dat producten of diensten moeten worden geïmporteerd vanuit nabijgelegen gebieden. Omdat ondernemingen niet redelijkerwijs kunnen worden gedwongen producten onder hun kostprijs te verkopen, is de potentieel toegevoegde waarde van prijsregulering beperkt tot situaties waarin de hoogte van prijzen niet kan worden verklaard door onderliggende kosten. Daarnaast kan prijsregulering onwenselijke neveneffecten hebben, bijvoorbeeld doordat als gevolg van maximumprijzen de kwaliteit van goederen of diensten kan afnemen.

De Bestuurscolleges in Caribisch Nederland hebben de afgelopen jaren niet of slechts zeer beperkt gebruik gemaakt van hun bevoegdheid tot prijsregulering. Wel heeft het Openbaar Lichaam Bonaire in 2013 voor een aantal specifieke producten maximumprijzen ingesteld, waaronder voor rijst, brood, koffie, groenten, fruit en suiker. Tijdens de vorige Caribisch Nederland-week is afgesproken dat de Bestuurscolleges bij het ontwerpen van de prijsregulering desgewenst een beroep kunnen doen op de inhoudelijke expertise op het terrein van marktwerking en regulering die aanwezig is bij het Ministerie van Economische Zaken. Ook tijdens de Caribisch Nederland-week van 16 tot en met 20 juni 2014 wordt gesproken over het prijsbeleid en andere onderwerpen in het kader van economische ontwikkeling.

De Minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp

Naar boven