31 568 Staatkundig proces Nederlandse Antillen

Nr. 125 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 december 2012

In het Algemeen Overleg over Caribisch Nederland met uw Kamer op 30 januari van dit jaar1 heeft de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie u toegezegd u nog voor het eind van het jaar te informeren over de contouren voor een nieuw regulerend kader voor de elektriciteitsvoorziening op Bonaire, Saba en Sint Eustatius.

Hierbij doe ik u de resultaten toekomen van een onderzoek naar een regulerend kader voor de elektriciteitsvoorziening in Caribisch Nederland1. Ik heb hier met belangstelling kennis van genomen en stel vast dat het goed houvast biedt voor de uitwerking van een nieuw regulerend kader. Het geeft mij aanleiding een wetgevingstraject te starten met het oogmerk om per begin 2014 de wet in werking te laten treden waarbij de vigerende Wet Elektriciteitsconcessies BES zal worden ingetrokken. In het bestuurlijk overleg met Caribisch Nederland in oktober jl. hebben de gedeputeerden desgevraagd ingestemd met de geschetste contouren. Bij de nadere uitwerking zullen zij nauw betrokken worden.

Enkele belangwekkende bevindingen uit het rapport zijn:

  • Uitgaande van belangrijke doelen van het energiebeleid als een betrouwbare levering, betaalbaarheid en duurzaamheid, laten de voorzieningen op alle eilanden te wensen over.

  • De huidige Wet Elektriciteitsconcessies BES biedt noch het primair verantwoordelijke lokale bestuur noch de politiek bestuurlijk verantwoordelijke minister van Economische Zaken de juiste en noodzakelijke bevoegdheden om de respectievelijke verantwoordelijkheden waar te maken.

  • De kwaliteit van de organisatie van de elektriciteitsvoorziening door het Water en Elektriciteitsbedrijf van Bonaire schiet te kort. Deze bevinding wordt bevestigd door een audit die de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie heeft laten doen bij WEB (Water en Energiebedrijf Bonaire N.V.).

  • Zonder steun van de zijde van de ministers van Infrastructuur en Milieu en Economische Zaken is niet te verwachten dat de water- en elektriciteitsbedrijven renderend zullen kunnen opereren, waarbij de tarieven op een maatschappelijk verantwoord niveau kunnen worden vastgesteld.

Het afgelopen jaar is zowel door de lokale besturen als door medewerkers van de ministeries het nodige ondernomen om tot verbetering van de situatie te komen en perspectief te bieden voor leveringszekerheid, betaalbaarheid en duurzaamheid. Met het oog op de plaatsing van een aantal windturbines voor mijn rekening op Saba en Sint Eustatius is onderzoek gedaan naar geschikte locaties en worden binnenkort windmetingen uitgevoerd. Onderzoek is gestart naar de noodzakelijke verplaatsing van de elektriciteitscentrale en de uitbreiding van de brandstofopslag op Saba in verband met de veiligheid. Een interim manager is actief om de transitie van het huidige gemeenschappelijke energiebedrijf GEBE naar een tweetal elektriciteitsbedrijven voor Saba en Sint Eustatius vorm te geven.

Op Bonaire hebben het lokaal bestuur en onze departementen gezamenlijk inspanningen geleverd om te zorgen dat de situatie rond WEB wordt genormaliseerd. Een interim-bestuurder heeft er orde op zaken gesteld. In arbitrage is een uitspraak gedaan in het langslepende conflict tussen WEB en Ecopower. WEB is op meer afstand geplaatst van de Bonaire Holding Maatschappij. Een nieuwe CEO en CFO zijn met betrokkenheid van beide departementen geworven. Een audit door de Rijksauditdienst heeft duidelijk gemaakt dat WEB in een vrijwel failliete staat verkeert. De toenmalige minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en zijn collega van Infrastructuur en Milieu hebben een financiële bijdrage toegezegd om noodzakelijke tariefsverhogingen voor elektriciteit en water tot maatschappelijke proportie terug te brengen. Het vorige kabinet heeft ingestemd met een structurele voorziening met het zelfde oogmerk. De directie van WEB heeft met Ecopower een betalingsregeling getroffen voor achterstallige betalingen en de noodzakelijke externe financiering is goed geregeld.

In de mogelijkheid om als verantwoordelijke ministers gezamenlijk een commissaris voor WEB voor te dragen is ten slotte, inmiddels met instemming van het bestuurscollege, in de nieuwe statuten van de N.V. voorzien. Het beoogde reguleringskader vormt het sluitstuk.

De minister van Economische Zaken, H.G.J. Kamp


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

Naar boven