31 568 Staatkundig proces Nederlandse Antillen

Nr. 108 MOTIE VAN HET LID ORTEGA-MARTIJN

Voorgesteld 5 juli 2012

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat mede ter uitvoering van de motie-Ortega-Martijn over de stem van de BES-eilanden in het staatsbestel in het bestuursakkoord tussen Nederland en Bonaire is afgesproken te voorzien in een vertegenwoordiging van Bonaire in het Europees deel van Nederland, zodat Bonaire de ontwikkeling van beleid en de totstandkoming van wet- en regelgeving in Den Haag kan volgen, voor zover die voor Bonaire relevant is;

overwegende dat een dergelijke vertegenwoordiging ook voor Sint-Eustatius en Saba een cruciale rol kan vervullen bij het overbruggen van de afstand tussen het Caraïbische en het Europees deel van Nederland;

constaterende dat deze vertegenwoordiging tot nu toe niet op adequate wijze gerealiseerd is en vanuit de eilanden wederom met kracht is aangedrongen op een gemeenschappelijke vertegenwoordiging voor de eilanden Bonaire, Sint-Eustatius en Saba;

verzoekt de regering, in overleg met Bonaire, Sint-Eustatius en Saba voor het einde van 2012 te voorzien in een adequate vertegenwoordiging; bijvoorbeeld in de vorm van een liaisonkantoor,

en gaat over tot de orde van de dag.

Ortega-Martijn

Naar boven