31 567
Bundeling van het WWB-werkdeel, budgetten voor inburgeringsvoorzieningen en de middelen voor volwasseneneducatie (Wet participatiebudget)

nr. 9
NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 8 oktober 2008

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In de alfabetische opsomming wordt ingevoegd: IOAW: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers; IOAZ: Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen;.

2. In de definitie van «participatievoorziening» wordt na «inburgeringsvoorziening» ingevoegd: , taalkennisvoorziening.

3. Onder vervanging van de punt aan het slot van de definitie van «regionaal opleidingencentrum» door een puntkomma wordt een definitie toegevoegd, luidende: taalkennisvoorziening: taalkennisvoorziening als bedoeld in artikel 19, tweede lid, van de Wet inburgering.

B

Artikel 3 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt na «inburgeringsvoorzieningen» ingevoegd

«, taalkennisvoorzieningen» en wordt na «aanbieden» ingevoegd: respectievelijk ten behoeve van personen uit de doelgroep inburgeringsvoorzieningen of taalkennisvoorzieningen vaststellen.

2. In het derde lid, onderdeel b, wordt «een inburgeringsvoorziening aanbiedt» vervangen door: een inburgeringsvoorziening of een taalkennisvoorziening aanbiedt of vaststelt.

3. Het derde lid, onderdeel d, komt te luiden:

d. een re-integratievoorziening aanbiedt aan een persoon als bedoeld in artikel 7, eerste lid, onderdeel a, of derde lid, tweede zin, van de Wet werk en bijstand, artikel 34, eerste lid, onderdeel a, van de IOAW, of artikel 34, eerste lid, onderdeel a, van de IOAZ, is de Wet werk en bijstand, de IOAW, respectievelijk de IOAZ, van toepassing.

4. In het vierde lid wordt na «inburgeringsvoorzieningen» ingevoegd: , taalkennisvoorzieningen.

C

In de artikelen 8, onderdeel J, en 12, derde lid, wordt na «inburgerings-» ingevoegd: , taalkennis-.

D

In artikel 9, onderdeel D, wordt «artikel 19 en 20» vervangen door: de artikelen 19 en 20.

E

Aan artikel 11 wordt na het tweede lid een lid toegevoegd, luidende:

3. Het tweede lid is niet van toepassing voor zover de uitkering wordt gebruikt ter bekostiging van een re-integratievoorziening indien die onderdeel uitmaakt van een participatievoorziening die een combinatie is van een inburgerings- en een re-integratievoorziening.

Toelichting

Onderdelen A, onder 1, en B, onder 3

In onderdeel B, onder 3, wordt geregeld dat de regels uit de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) en de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ) gelden voor zover er een re-integratievoorziening wordt aangeboden aan een persoon die onder de doelgroep van de IOAW, respectievelijk de IOAZ, valt. In verband hiermee worden met onderdeel A, onder 1, de termen IOAW en IOAZ gedefinieerd in artikel 1 van het wetsvoorstel.

Onderdelen A, onder 2 en 3, B, onder 1, 2 en 4, en C

Bij de Eerste Kamer is een wijziging van de Wet inburgering aanhangig die mede voorziet in de introductie van de zogenoemde taalkennisvoorziening (Kamerstukken I 2007/08, 31 318, A). Het is de bedoeling dat de taalkennisvoorziening deel uitmaakt van de participatievoorzieningen die op basis van de voorgestelde Wet participatiebudget kunnen worden aangeboden.

Voorts is het wetsvoorstel aangepast aan het voorgestelde artikel 19a van de Wet inburgering (onderdeel van de hiervoor genoemde wijziging van de Wet inburgering) dat gemeenten de mogelijkheid geeft om inburgeringsvoorzieningen vast te stellen zonder voorafgaand aanbod en aanvaarding daarvan.

Onderdeel D

Dit betreft een redactionele verbetering.

Onderdeel E

In artikel 11, tweede lid, van de Wet participatiebudget wordt geregeld dat het deel van de uitkering dat de G31-gemeenten in 2009 krijgen, namelijk het deel dat door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is ingebracht, niet mag worden aangewend voor het voldoen aan de prestatieafspraken voor educatie of inburgering die de G31-gemeenten met het Rijk zijn overeengekomen in het kader van het grote stedenbeleid. Dit wil zeggen dat educatie en inburgering wel kunnen worden gefinancierd uit het participatiebudget, maar dat de prestaties die worden behaald middels financiering uit het participatiebudget niet mogen worden gebruikt bij de verantwoording van prestaties in het kader van het grote stedenbeleid. Voor zover inburgerings- en educatievoorzieningen worden ingezet om prestatieafspraken na te komen in het kader van het Besluit brede doeluitkering sociaal, integratie en veiligheid, kunnen deze voorzieningen niet ten laste worden gebracht van het participatiebudget.

Hierop wordt met deze bepaling een uitzondering gemaakt voor de gevallen waarin er sprake is van een combinatietraject van een inburgeringsvoorziening en een re-integratievoorziening. In geval van een participatievoorziening die een combinatie is van een inburgeringsvoorziening en een re-integratievoorziening mag de re-integratievoorziening ten laste van het participatiebudget gebracht worden en de combinatievoorziening tegelijkertijd als prestatie worden aangevoerd bij de verantwoording van prestaties in het kader van de prestatieafspraken grote stedenbeleid.

De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A. Aboutaleb

Naar boven