31 560
Voorstel van wet van de leden Ten Hoopen, Slob en Van der Burg tot wijziging van het Wetboek van Strafrecht, de Leegstandwet, en enige andere wetten in verband met het verder terugdringen van kraken en leegstand (Wet kraken en leegstand)

nr. 12
AMENDEMENT VAN HET LID JANSEN

Ontvangen 8 september 2009

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel I, onderdeel B, wordt aan artikel 138a een lid toegevoegd, luidende:

4. Het in het eerste lid bedoelde feit is niet strafbaar, indien het is begaan in een gemeente waar een leegstandverordening als bedoeld in artikel 2 van de Leegstandwet van kracht is en er geen melding overeenkomstig artikel 3, eerste lid, van die wet heeft plaatsgevonden.

II

Artikel II, onderdeel F, wordt als volgt gewijzigd:

1. De aanhef komt te luiden: Artikel 17 komt te luiden:

2. Artikel 18 vervalt.

Toelichting

De wet kraken en leegstand is bedoeld om zowel kraken als leegstand te bestrijden. De indieners zien daarbij een centrale rol voor de gemeente, die de mogelijkheid krijgt om een leegstandsverordening vast te stellen, waarin een meldingsplicht geregeld wordt. Op deze wijze heeft de gemeente zicht op leegstand, kan hij met de eigenaar in overleg treden over hergebruik en vervolgens zo nodig een gebruiker voordragen als de eigenaar in gebreke blijft.

Het is duidelijk dat de effectiviteit van het gemeentelijk beleid staat of valt met de naleving van de meldingsplicht. Tijdens de hoorzitting over het wetsvoorstel is door twee deskundigen gepleit voor een koppeling van strafbaarstelling van kraken aan de naleving van de meldingsplicht.

Het amendement regelt deze koppeling en laat tegelijkertijd de mogelijkheid van een bestuurlijke boete bij niet-melding op grond van de Leegstandwet, vervallen.

Jansen

Naar boven