nr. 15
DERDE NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 26 november 2009
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
1
In de beweegreden wordt «ter verbetering van de bestaande regeling
voor de medezeggenschap van pensioengerechtigden in de besturen van pensioenfondsen»
vervangen door: met name om een evenwichtige samenstelling van de besturen
van pensioenfondsen te bevorderen en daartoe de medezeggenschap van de belanghebbenden
in de pensioenfondsbesturen beter te regelen.
2
Artikel I, onderdeel A, komt te luiden:
A
Artikel 99 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het eerste lid komt te luiden:
1. In het bestuur van een bedrijfstakpensioenfonds zijn de belanghebbenden
op een evenwichtige wijze vertegenwoordigd met dien verstande dat:
a. de vertegenwoordigers van werknemersverenigingen ten minste evenveel
zetels bezetten als de vertegenwoordigers van werkgeversverenigingen in de
betrokken bedrijfstak of bedrijfstakken; of
b. indien vertegenwoordigers van pensioengerechtigden zetels bezetten,
zij tezamen met de vertegenwoordigers van werknemersverenigingen ten minste
evenveel zetels bezetten als de vertegenwoordigers van de werkgeversverenigingen.
2. Het derde lid komt te luiden:
3. In het bestuur van een ondernemingspensioenfonds zijn de belanghebbenden
op een evenwichtige wijze vertegenwoordigd met dien verstande dat:
a. de werknemersvertegenwoordigers ten minste evenveel zetels bezetten
als de werkgeversvertegenwoordigers; of
b. indien vertegenwoordigers van pensioengerechtigden zetels bezetten,
zij tezamen met werknemersvertegenwoordigers ten minste evenveel zetels bezetten
als de werkgeversvertegenwoordigers.
3
In artikel I, onderdeel C, komt artikel 101, eerste lid, te luiden:
1. In het bestuur van een pensioenfonds zijn de belanghebbenden op
een evenwichtige wijze vertegenwoordigd met dien verstande dat de verdeling
van de zetels van vertegenwoordigers van werknemersverenigingen of werknemersvertegenwoordigers
en vertegenwoordigers van pensioengerechtigden plaats vindt op basis van de
onderlinge getalsverhoudingen. Van deze verdeling kan worden afgeweken indien
de betrokken partijen daarmee akkoord zijn.
4
Artikel I, onderdeel D komt te luiden:
D
Aan artikel 109 wordt een nieuw lid toegevoegd, luidende:
8. Het bedrijfstakpensioenfonds is gehouden om op verzoek van werknemers
of een werknemersvereniging mee te werken aan de verstrekking van informatie
aan de werknemers van het fonds over het voornemen tot oprichting, of over
het bestaan, van een werknemersvereniging. Het bedrijfstakpensioenfonds is
tevens gehouden om op verzoek van pensioengerechtigden of een vereniging van
pensioengerechtigden mee te werken aan de verstrekking van informatie aan
de pensioengerechtigden van een fonds over het voornemen tot oprichting, of
over het bestaan, van een vereniging van pensioengerechtigden.
5
In artikel I, onderdeel E, komt het tweede onderdeel te luiden:
2. Een nieuw lid wordt toegevoegd, luidende:
7. Het ondernemingspensioenfonds is gehouden om op verzoek van werknemers
of een werknemersvereniging mee te werken aan de verstrekking van informatie
aan de werknemers van het fonds over het voornemen tot oprichting, of over
het bestaan, van een werknemersvereniging. Het ondernemingspensioenfonds is
tevens gehouden om op verzoek van pensioengerechtigden of een vereniging van
pensioengerechtigden mee te werken aan de verstrekking van informatie aan
de pensioengerechtigden van het fonds over het voornemen tot oprichting, of
over het bestaan, van een vereniging van pensioengerechtigden.
Toelichting
De meeste fracties hebben bij de plenaire bespreking van het wetsvoorstel
in de Tweede Kamer aangegeven dat zij naast de vertegenwoordiging van pensioengerechtigden
in de pensioenfondsbesturen ook een ander probleem zagen, namelijk de totstandkoming
van representatieve fondsbesturen waarvan de samenstelling een grotere diversiteit
vertoont dan thans. Zij vonden dat in het algemeen de samenstelling van de
besturen beter behoort aan te sluiten bij de aanwezige deelgroepen binnen
het verzekerdenbestand. De indieners onderschrijven deze zienswijze en zijn
op die grond bereid hun wetsvoorstel aan te passen en een ruimere
strekking te geven. In deze nota van wijziging is de aanhef van artikel 99,
eerste en derde lid, alsmede van artikel 101, eerste lid, ten opzichte van
het huidige wetsvoorstel gewijzigd (onderdelen A en C). Vastgelegd wordt dat
in de besturen van bedrijfstak- en ondernemingspensioenfondsen de belanghebbenden
op een evenwichtige wijze vertegenwoordigd dienen te zijn. Onder een evenwichtige
vertegenwoordiging van de belanghebbenden wordt verstaan dat het bestuur van
een pensioenfonds wat betreft de samenstelling moet aansluiten bij de diversiteit
van het verzekerdenbestand. In verband met deze wijziging is ook de formulering
van de beweegreden aangepast. Voorts zijn de teksten van artikel 109, achtste
lid, en artikel 110, zevende lid, gewijzigd (onderdelen D en E). Ter bevordering
van de diversiteit binnen de besturen is de beoogde informatieplicht van pensioenfondsen
ten aanzien van belangenorganisaties uitgebreid naar de geleding van de werknemers.
Koşer Kaya
Blok