31 532 Voedingsbeleid

Nr. 57 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 juni 2011

De vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie heeft mij verzocht een reactie te geven op het «Duurzaamheidskompas» van Schuttelaar & Partners en MarketResponse en met name op de stelling dat consumenten een duurzame basis verwachten.

Uit het Duurzaamheidskompas van maart 2011 blijkt dat 29% van de geënquêteerde Nederlanders voorkeur heeft voor duurzame producten, terwijl 71% de prijs laat prevaleren. Negentig procent van de respondenten geeft aan het onverminderd belangrijk te vinden dat bedrijven zich met duurzaamheid bezighouden en legt de verantwoordelijkheid ook bij het bedrijfsleven.

Uit de Monitor Duurzaam Voedsel (zie bijlage)1 blijkt dat de omzet van duurzame voedselproducten met bijna 30% is gestegen. Dit zijn producten die een onafhankelijk keurmerk dragen. Daarnaast zijn veel bedrijven met verduurzamingsprocessen bezig die zich niet laten vertalen in een keurmerk, zoals het gebruik van duurzame energie, milieuvriendelijke productiewijzen, afbreekbare verpakkingen en inzet van hernieuwbare grondstoffen.

Ik concludeer hieruit dat het bedrijfsleven zijn verantwoordelijkheid op het gebied van verduurzaming neemt, hetgeen ook voor hun marktpositie en concurrentiekracht van groot belang is.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

H. Bleker


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven