31 532 Voedingsbeleid

Nr. 168 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 oktober 2016

Met deze brief bied ik u het rapport van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) over de zout-, jodium- en kaliuminname in 2015 aan1.

Op mijn verzoek heeft het RIVM onderzocht hoeveel zout, jodium en kalium volwassenen dagelijks binnenkrijgen. Dit onderzoek is in 2015 uitgevoerd onder 289 personen tussen de 19 en 70 jaar uit Doetinchem. Hun inname van zout, jodium en kalium is bepaald via een 24-uurs urine-verzameling. Dit geeft een indicatie van de zout-, jodium- en kaliuminname van de Nederlandse bevolking. Een vergelijkbaar onderzoek is eerder in 2006 en 2010 uitgevoerd.

Mijn beleid is gericht op het bevorderen van een adequate inname van vitamines en mineralen (niet te weinig, niet te veel) door de Nederlandse bevolking. Bij jodium is het van belang dat mensen er voldoende van binnenkrijgen. Uit het onderzoek blijkt dat de inname van jodium is gedaald, maar dat het risico op een tekort klein is. Gezien de belangrijke rol van jodium blijf ik de jodiumvoorziening monitoren. De inname van kalium is over de periode 2006–2015 nagenoeg gelijk gebleven. Kalium kan als (gedeeltelijke) vervanger van zout worden gebruikt, waardoor de kaliuminname zou kunnen stijgen. Uit dit onderzoek komt dit niet naar voren.

Natrium is een mineraal waar we niet te veel van moeten binnen krijgen. Natrium zit als natriumchloride in zout. Een te hoge zoutinname kan een verhoogde bloeddruk veroorzaken, wat het risico op hart- en vaatziekten vergroot.

Ik vind het belangrijk dat mensen niet te veel zout binnen krijgen. De hoeveelheid zout in levensmiddelen verlagen staat daarom al jaren hoog op mijn agenda.

Ik ben dan ook teleurgesteld dat uit dit RIVM-onderzoek geen duidelijke verlaging van de zoutinname zichtbaar wordt, ondanks alle inspanningen van uit onder andere het Akkoord Verbetering Productsamenstelling. Uit monitoring op productniveau blijkt wel dat het zoutgehalte in de productcategorieën die bron zijn van een groot deel van de dagelijkse zoutinname, brood, kaas en vleeswaren, is gedaald.

Zoals afgesproken in het Akkoord Verbetering Productsamenstelling blijft het bedrijfsleven inzetten op sectorbrede afspraken om de hoeveelheid zout te reduceren in samengestelde producten zoals soepen, sauzen, vleesconserven, hartige droge snacks en vers vleesbereidingen en -producten. Dit wordt de komende jaren uitgebreid naar meer productcategorieën (pizza’s, snacks, kant- en klaarmaaltijden, etc.). Voor de productcategorieën waar al afspraken over zijn gemaakt, worden waar mogelijk verdergaande reducties gesteld.

Ik heb samen met de stuurgroep van het Akkoord de Wetenschappelijke Adviescommissie gevraagd een advies te geven op waar nog grotere winst is te behalen en stappen mogelijk zijn.

In de catering zijn ook acties ondernomen. Zo zijn de zoutzakjes verkleind en op een minder prominente plaats aanwezig, zijn de zoutvaatjes van de tafels verdwenen en wordt veel aandacht besteed aan zoutreductie in de receptuur. Voor een verbeterde samenstelling van broodjes en maaltijden in de catering hanteren meerdere cateringbedrijven criteria. Daarnaast maken horeca en catering natuurlijk ook gebruik van de producten waarin het zoutgehalte al gereduceerd is. Ook in de horeca moet het minder vanzelfsprekend zijn dat standaard het zoutvaatje op tafel staat. Dit helpt de consument bewuster keuzes te maken.

Ook de supermarkten vestigen steeds meer aandacht op een gezonde keuze. Individuele supermarkten publiceren hierover in hun magazines, stellen aanvullende eisen rond bijvoorbeeld kidsmarketing en sorteren het winkelschap op productsamenstelling. Ze merken ook een toegenomen interesse voor en vraag naar gezondere producten bij de consument.

Op grond van de nieuwe Richtlijnen goede voeding van de Gezondheidsraad is de Schijf van Vijf van het Voedingscentrum aangepast. Door volgens de nieuwe Schijf van Vijf te eten en zelf weinig zout aan voeding toe te voegen zal de consument niet te veel zout consumeren. Het Voedingscentrum heeft een grote campagne over de Schijf van Vijf opgezet. Het doel van deze massamediale campagne is de consument te helpen handelingsperspectief te bieden om de gezonde keuze te maken. Hierbij vestigt het Voedingscentrum de aandacht op het lezen van de voedingswaarde op een etiket.

Er zijn steeds meer innovatieve mogelijkheden om consumenten, op eenvoudige wijze, hierover informatie te geven. Zo werkt het Voedingscentrum aan de ontwikkeling van een «Voedings-app». Met deze app kan de consument producten vergelijken en zo een gezondere keuze maken. Ik verwacht de Voedings-app begin 2017 te kunnen presenteren.

Met de bovengenoemde gezamenlijke en ketenbrede inzet proberen we de gezonde keuze de makkelijke keuze te maken en zo te werken aan de gezondheid van de Nederlandse bevolking. Waarmee ik ook verwacht dat we gaan zien dat de inname van zout zal afnemen.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven