Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 mei 2012
Hierbij ontvangt u, conform het verzoek van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur
en Wetenschap, mijn reactie op een brief die de commissie heeft ontvangen van het
College van Bestuur van de Aeres Groep met betrekking tot de mbo-4 opleiding Biologisch
Dynamisch en de exameneis Nederlands. Gelet op de bestuurlijke verantwoordelijkheid
voor deze onderwijsinstelling, heb ik mijn reactie afgestemd met het ministerie van
EL&I.
Aan de brief aan uw commissie heeft de Aeres Groep de twee brieven toegevoegd die
deze instelling eerder dit jaar aan mij heeft gestuurd. De inhoud van de brief aan
uw commissie komt overeen met de twee brieven die aan mij is gericht. Kern van de
brieven betreft het verzoek om de exameneisen Nederlandse taal te laten vervallen
voor de internationale studenten die aan de mbo-4 opleiding Biologisch Dynamisch deelnemen.
In mijn beantwoording van de brieven van de Aeres Groep (zie bijlage)1 heb ik het verzoek afgewezen. Ik vind het onwenselijk om aan een specifieke groep
buitenlandse studenten het mbo-diploma uit te reiken zonder dat deze aan de exameneisen
Nederlandse taal hebben voldaan.
Ik wil benadrukken dat ik de ambities van de internationaliseringsagenda mbo nog steeds onderschrijf. Een van de punten daarin is de bevordering van mobiliteit.
Daarbij heb ik uitwisselingsprogramma’s voor ogen, waarbij Nederlandse studenten opleidings-
en stageprogramma’s in andere landen kunnen volgen en omgekeerd.
Er zijn echter verschillende redenen om aan specifieke groepen buitenlandse studenten
geen ontheffing te verlenen van de taaleisen. Ten eerste zou dit haaks staan op mijn
beleid met betrekking tot de versterking van de taal- en rekenvaardigheden in het
primair onderwijs, het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs. Ik
heb bewust geen uitzondering gemaakt voor studenten die moeite hebben om aan de exameneisen
Nederlandse taal te voldoen. Ook voor hen, waaronder studenten van allochtone herkomst,
gelden dezelfde exameneisen. Een tweede reden is dat een dergelijke ontheffing de
civiele waarde van het mbo-diploma zou aantasten. Voor werkgevers en het vervolgonderwijs
moet duidelijk zijn waar het mbo-diploma voor staat; zij moeten erop kunnen rekenen
dat met een mbo-diploma de Nederlandse taal wordt beheerst op het niveau dat nodig
is voor beroep, vervolgonderwijs en samenleving. Ten derde is het in uitvoeringstechnische
zin lastig om passende criteria te vinden voor het verlenen van dergelijke ontheffingen.
Het criterium «nationaliteit» is bijvoorbeeld niet geschikt, omdat dit zou doorwerken
naar een veel grotere groep studenten waarvoor een ontheffing ongewenst is. Bijvoorbeeld
voor allochtone mbo-studenten met een tweede, buitenlandse, nationaliteit en voor
buitenlandse studenten die na diplomering de Nederlandse arbeidsmarkt betreden.
In de brief aan uw Kamer vraagt het College van Bestuur van de Aeres groep aandacht
voor de gevolgen van de exameneisen Nederlandse taal en de 30+ maatregel voor de opleiding
Biologisch Dynamisch. De Aeres Groep geeft aan dat als gevolg van deze beide maatregelen
het volume in studentenaantallen dusdanig is afgenomen dat het voortbestaan van de
opleiding in gevaar is gekomen.
Het is begrijpelijk dat een afname in studentenaantallen de Aeres Groep zorgen baart.
Ik ben echter van mening dat het voortbestaan van een mbo-opleiding niet afhankelijk
mag zijn van het aantal buitenlandse studenten dat vanwege internationaliseringsdoelen
aan deze opleiding deelneemt. Het bestaansrecht van van een met overheidsgelden bekostigde
mbo-opleiding wordt primair ontleend aan de behoeften van de Nederlandse arbeidsmarkt.
Verder kan de terugloop in studentenaantallen naar mijn mening niet worden verklaard
vanuit de «30+ maatregel». Deze maatregel is nog in voorbereiding, en maakt deel uit
van een wetsvoorstel dat inmiddels ter behandeling is aangeboden aan de Tweede Kamer.
Ik vertrouw erop dat ik u hiermee voldoende heb geïnformeerd.
De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart