31 524 Beroepsonderwijs en Volwassenen Educatie

Nr. 126 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 maart 2012

Bij dezen informeer ik u hoe ik gevolg heb gegeven aan mijn toezeggingen aan uw Kamer tijdens het Verslag Algemeen Overleg inzake de klokkenluider van het ROC Rijn IJssel d.d. 17 juni 2011 (Kamerstuk 31 524, nr. 111).

Allereerst heb ik u toegezegd de mogelijkheid na te gaan voor het geven van een aanwijzing aan de raden van toezicht in de bve-sector, conform de ho-sector. Ik heb besloten de aanwijzingsbevoegdheid voor de bve-sector mee te nemen in het wetsvoorstel kwaliteitsborging hoger onderwijs, waarin ook de aanwijzingsbevoegdheid voor het hoger onderwijs wordt voorgesteld. Het wetsvoorstel kwaliteitsborging hoger onderwijs ligt thans voor advies bij de Raad van State. Het streven is erop gericht dit wetsvoorstel vóór het zomerreces aan uw Kamer aan te bieden.

Voorts heb ik toegezegd dat ik zal nagaan welke mogelijkheden er zijn voor het certificeren van leden van raden van toezicht (ook zittende) en dat ik uw Kamer daarover zal informeren. De mogelijkheid tot certificering van toezichthouders wordt onderzocht in het kader van het wetsvoorstel kwaliteitsborging bve, zoals aangekondigd in mijn actieplan mbo «Focus op Vakmanschap 2011–2015». Ook zal de komende tijd met betrokken partijen het gesprek hierover worden aangegaan.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

Naar boven