31 521 Taxibeleid

Nr. 107 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 maart 2019

Hierbij beantwoord ik de vragen die de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat mij bij brief van 20 februari 2019 heeft voorgelegd over taxiverzekeringen. Ten behoeve van de beantwoording is contact opgenomen met De Nederlandsche Bank (DNB) en het Verbond van Verzekeraars om uit te vragen of zij over de betreffende informatie beschikken.

1. Kunt u de ontwikkeling van het aanbod van taxiverzekeringen in de afgelopen vijf jaar inzichtelijk maken?

Deze informatie is niet bij mijn ministerie, DNB of het Verbond van Verzekeraars bekend. DNB beschikt over een sectorbreedbeeld op het niveau van aansprakelijkheidsverzekeringen voor motorrijtuigen en overige motorrijtuigverzekeringen, waaronder taxiverzekeringen vallen, maar niet specifiek t.a.v. taxiverzekeringen. Mij is bekend dat het aantal verzekeraars in de markt voor taxiverzekeringen is afgenomen. Ik heb vernomen dat er thans minimaal vier verzekeraars zijn die taxiverzekeringen aanbieden waaronder de Vereende, een verzekeraar die zich specifiek richt op moeilijk verzekerbare risico’s. Ik sluit niet uit dat ook andere verzekeraars nog taxiverzekeringen in de boeken hebben staan.

2. Kunt u de ontwikkeling van de gemiddelde premies van Wettelijke Aansprakelijkheidsverzekeringen, WA+-verzekeringen en volledige cascoverzekeringen in de afgelopen vijf jaar inzichtelijk maken?

Ook deze informatie is niet bij mijn ministerie, DNB of het Verbond van Verzekeraars bekend. Het Centrum voor Verzekeringsstatistiek van het Verbond van Verzekeraars houdt de ontwikkeling van de totale premievolumes voor motorrijvoertuigen generiek bij, maar niet uitgesplitst naar taxiverzekeringen.

3. Kunt u de verzekeraars vragen naar de reden(en) van de ontwikkelingen op het aanbod (zie vraag 1) en het premiebedrag (zie vraag 2)?

In beantwoording van 27 augustus 2018 van schriftelijke vragen van de het lid Van der Linde (VVD) (Aanhangsel Handelingen II 2017/18, nr. 3004) en het lid Alkaya (SP) (Aanhangsel Handelingen II 2017/18, nr. 3003) van uw Kamer ben ik op de oorzaken van gesignaleerde ontwikkelingen in de taximarkt ingegaan. Mijn recente navraag bij het Verbond heeft geen ander beeld opgeleverd. Samengevat zijn de redenen, zoals beschreven in mijn eerdere beantwoording:

  • Het gemiddelde aantal schades per polis en de gemiddelde schadelast per ongeval is toegenomen.

  • Er is sprake van een correctie op dalende winstmarges of verliezen die verzekeraars in eerdere jaren op deze portefeuille hebben gelden.

  • Auto’s bevatten duurdere elektronica en materialen die ook schadeherstel kostbaarder maken.

  • Het verzekeren van taxi’s is van oudsher een moeilijk verzekerbaar risico met een beperkt aantal aanbieders.

Met betrekking tot de eerste twee vragen heeft het Verbond van Verzekeraars aangegeven bereid te zijn een uitvraag bij haar leden te doen om meer specifieke informatie over de gevraagde ontwikkelingen te verkrijgen. Daarbij moet worden bezien of en in hoeverre het informatie-technisch en juridisch, onder meer mededingingsrechtelijk, haalbaar is om deze informatie te achterhalen en binnen welke termijn dit kan plaatsvinden. Indien ik nadere informatie van het Verbond van Verzekeraars ontvang zal ik u zo spoedig mogelijk informeren.

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra

Naar boven