31 449 (R 1857)
Goedkeuring van de op 8 juli 2005 te Wenen tot stand gekomen Wijziging van het Verdrag inzake de fysieke beveiliging van kernmateriaal

nr. 5
NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

Ontvangen 8 oktober 2008

1. Algemeen

De regering constateert dat de leden van de fracties van het CDA en de SP met belangstelling kennis hebben genomen van het onderhavige voorstel van rijkswet.

Op de vragen die door de leden van deze fracties zijn gesteld, ga ik hieronder in. Deze nota naar aanleiding van het verslag wordt mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister van Justitie aangeboden.

2. Koninkrijkspositie

In antwoord op de vraag van de leden van de CDA-fractie kan ik melden dat de regering van Aruba thans medegelding van het verdrag wenselijk acht. De bekrachtiging van het verdrag voor Aruba is echter afhankelijk van het tot stand brengen van de noodzakelijke uitvoeringswetgeving.

In antwoord op de vragen van de leden van de SP-fractie merk ik het volgende op. De regeringen van de Nederlandse Antillen en van Aruba wensen medegelding van het verdrag, doch ratificatie voor de Nederlandse Antillen en Aruba kan waarschijnlijk eerst later plaatsvinden aangezien er nog uitvoeringswetgeving tot stand gebracht moet worden. De stem van de Nederlandse Antillen en Aruba telt in zaken als gelding en medegelding van verdragen op grond van het Statuut voor het Koninkrijk evenredig mee. Van een weigering tot ratificatie is in het algemeen geen sprake, en in casu dus ook niet.

De minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

J. M. Cramer

Naar boven