nr. 5
LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
De vaste commissie voor Financiën1 heeft
over het Jaarverslag 2007 van Nationale Schuld (Kamerstuk 31 444 IXA,
nr. 1) de navolgende vragen ter beantwoording aan de regering voorgelegd.
Deze vragen, alsmede de daarop op 17 juni 2008 gegeven antwoorden,
zijn hieronder afgedrukt.
De voorzitter van de commissie,
Blok
De wnd. griffier van de commissie,
Vente
1
Hoe was – in euro’s – de ontwikkeling
van de staatsschuld in de jaren 2003 t/m 2006, gelet op de afname in 2007
met 6,8 miljard?
Hieronder vindt u voor de jaren 2003 t/m 2006 een kopie van tabel 4.3
uit extra bijlage 4 bij het Financieel Jaarverslag van het Rijk 2007 (www.rijksbegroting.nl).
In deze tabel vindt u de ontwikkeling van de staatsschuld (conform EMU
definitie). De afname in 2007 bedroeg € 1,2 miljard. In het jaarverslag
van de Nationale Schuld is voor 2007 het verschil tussen de realisatie en
de raming uit de ontwerpbegroting vermeld (€ –6,8 miljard).
Tabel 4.3 Staatsschuld naar instrument (x € miljard)
| 2003 | 2004 | 2005 | 2006 | 2007 |
---|
1. Gevestigde schuld | 182,4 | 197,1 | 202,4 | 197,6 | 192,3 |
(0–5 jaar) | 95,5 | 111,2 | 119,0 | 112,8 | 102,0 |
(5–10 jaar) | 68,9 | 67,9 | 59,4 | 55,4 | 57,0 |
(10–25 jaar) | 18,0 | 17,9 | 17,9 | 21,5 | 21,3 |
(25–40 jaar) | 0,0 | 0,1 | 6,1 | 7,9 | 12,0 |
2. Vlottende schuld (DTC’s) | 20,4 | 17,8 | 18,1 | 14,0 | 16,8 |
3. Overig (o.a. munten) | 3,2 | 0,4 | 2,3 | 1,4 | 2,7 |
4. Totale staatsschuld (conform EMU-definitie) | 206,0 | 215,3 | 222,8 | 213,0 | 211,8 |
5. Gemiddeld resterende looptijd vaste schuld (in jaren) | 6,2 | 5,6 | 6,1 | 6,4 | 7,0 |
6. Gemiddelde couponrente (in %) | 5,3 | 4,8 | 4,4 | 4,1 | 4,1 |
2
Waarom nemen niet meer instellingen deel aan het geïntegreerde
middelenbeheer, terwijl dat voor die instellingen financieel voordeel oplevert?
Nagenoeg alle groei van de deelname komt uit de groep instellingen die
vrijwillig kunnen deelnemen. Het leeuwendeel van deze groep bestaat uit scholen.
De tot nu toe geringe deelname aan het geïntegreerd middelenbeheer (of
schatkistbankieren) heeft vermoedelijk een aantal oorzaken.
Deelname betekent een beperking van de beleggingsmogelijkheden. Alle publieke
middelen moeten worden aangehouden bij de schatkist. De beleggingsmogelijkheden
worden beperkt tot het aanhouden van deposito’s bij de Staat.
Ook kan het gevoel leven dat «het Ministerie van Financiën
over de schouders meekijkt». Dit «meekijken» is overigens
niet aan de orde. De afdeling Centraal Kasbeleid die verantwoordelijk is voor
de uitvoering van geïntegreerd middelenbeheer speelt alleen de rol van
bankier en geeft geen informatie aan anderen.
Wellicht speelt hierbij ook dat niet bij alle mogelijke deelnemers alle
feiten over het geïntegreerd middelenbeheer bekend zijn. Momenteel wordt
hier hard aan gewerkt. De website is verbeterd, er worden scholen bezocht
en er worden regelmatig presentaties verzorgd.
Dit jaar wordt het geïntegreerd middelenbeheer geëvalueerd.
Onder meer zal worden nagegaan hoe deelnemers en mogelijke deelnemers momenteel
denken over het schatkistbankieren. Ook zal onderzocht worden of eventuele
belemmeringen voor deelname kunnen worden weggenomen.
XNoot
1Samenstelling:
Leden: Van der Vlies (SGP), Vendrik (GL), Blok (VVD), voorzitter, Ten
Hoopen (CDA), ondervoorzitter, Weekers (VVD), Gerkens (SP), Van Haersma Buma
(CDA), De Nerée tot Babberich (CDA), Haverkamp (CDA), Dezentjé
Hamming-Bluemink (VVD), Omtzigt (CDA), Koşer Kaya (D66), Irrgang (SP),
Luijben (SP), Kalma (PvdA), Blanksma-van den Heuvel (CDA), Cramer (CU), Van
der Burg (VVD), Van Dijck (PVV), Spekman (PvdA), Heerts (PvdA), Gesthuizen
(SP), Ouwehand (PvdD), Tang (PvdA) en Vos (PvdA).
Plv. leden: Van der Staaij (SGP), Halsema (GL), Remkes (VVD), Jonker (CDA),
Aptroot (VVD), Van Gerven (SP), De Vries (CDA), Van Hijum (CDA), Mastwijk
(CDA), De Krom (VVD), De Pater-van der Meer (CDA), Pechtold (D66), Kant (SP),
Ulenbelt (SP), Van der Veen (PvdA), Smilde (CDA), Anker (CU), Nicolaï
(VVD), De Roon (PVV), Van Dam (PvdA), Smeets (PvdA), Karabulut (SP), Thieme
(PvdD), Heijnen (PvdA) en Roefs (PvdA).