31 409 Zee- en binnenvaart

Nr. 425 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 november 2023

Op 26 oktober jl. is de accreditatie van het Nederlands Bureau Keuringen Binnenvaart (NBKB) door de Raad voor Accreditatie (RvA) geschorst. Het NBKB is een keuringsinstantie in de binnenvaart. Vanaf datum van schorsing mag het NBKB geen keuringen aan schepen uitvoeren. Dit heeft implicaties voor de binnenvaart, waaronder ook de historische zeilvaart, waar ik de Kamer over wil informeren. De ILT is vanaf het moment dat duidelijk werd dat het NBKB zou worden geschorst in gesprek gegaan met betrokken partijen om te zoeken naar oplossingen.

Direct gevolg van de schorsing van het NBKB

Het NBKB is geschorst en heeft de mogelijkheid de schorsing op te laten heffen door het nemen van maatregelen die de reden van de schorsing opheffen. De RvA beoordeelt instanties op hun competenties, consistentie in de bedrijfsuitoefening en onpartijdigheid en onafhankelijkheid. De reden van deze schorsing vloeit voort uit gebreken in de borging van de onpartijdigheid en gebreken in de bedrijfsuitoefening.

Het NBKB heeft meermaals de mogelijkheid gehad de gebreken op te lossen, maar is hier niet tijdig in geslaagd. Hierop heeft de RvA een bestuurlijk gesprek gehad met de directie van het NBKB, waarna het bestuur van de RvA heeft besloten het NBKB te schorsen voor een maximale termijn van zes maanden. In deze periode van zes maanden heeft het NBKB eenmalig de mogelijkheid bewijzen aan te leveren die de gebreken oplossen. Indien het NBKB er niet tijdig in slaagt de schorsing op te laten heffen, volgt intrekking van de accreditatie.

Sinds 26 oktober jl. mag het NBKB geen onderzoek meer uitvoeren in de binnenvaart. Daarmee treft dit alle schippers die op dit moment in een certificeringstraject zitten bij het NBKB of hier in de komende 6 maanden mee hadden willen starten.

Het hebben van een geldige accreditatie is voorwaarde om aangewezen te worden voor het verrichten van onderzoek ten behoeve van certificering. Artikel 3.32 van de Binnenvaartregeling zegt dat de Minister de aanwijzing kan intrekken op het moment dat niet meer aan deze voorwaarden wordt voldaan.

Het gaat hier nadrukkelijk om een kan-bepaling waar ik op dit moment in het belang van de binnenvaartschippers geen gebruik van zal maken. Het schorsen door de RvA zorgt er namelijk al voor dat het NBKB haar belangrijkste werkzaamheden (het doen van keuringen) niet meer kan uitvoeren. Door het niet intrekken van aanwijzing en mandaat zal de markt ook direct weer door het NBKB bediend kunnen worden op het moment dat de RvA de schorsing van de accreditatie intrekt.

Situatie in de markt

Het NBKB heeft een marktaandeel van 62%; 7940 binnenvaartschepen vallen onder hun keuring. De overige keuringsinstanties (Register Holland 18% en Bureau Scheepvaart Certificering 7%), hebben op dit moment onvoldoende capaciteit om alle schepen die op zoek moeten naar een andere partij volledig op te vangen.

Naast de 3 keuringsinstanties zijn er ook 3 klassenbureaus (samen goed voor 13% van de markt) actief in de binnenvaart. Deze certificeren doorgaans alleen schepen die (verplicht) onder klasse gecertificeerd moeten worden. Zij hebben aangegeven niet of nauwelijks extra capaciteit beschikbaar te hebben.

Vervolgtraject

Doordat het NBKB aangewezen blijft als keuringsinstantie kunnen zij zelf nog enkele werkzaamheden voortzetten. Het gaat hier nadrukkelijk om administratieve werkzaamheden die geen keuring meer op een schip vragen zoals het aanpassen van eigenaar of adres. Ook wordt het NBKB in staat gesteld om schepen waar de volledige keuring van is afgerond nog wel te kunnen certificeren. Hiermee wordt voorkomen dat deze schippers het schip opnieuw moeten aanbieden bij een andere partij en daardoor vertraging oplopen in hun certificering. De ILT zal op deze dossiers een risicogerichte check uitvoeren, waarbij wordt gekeken of NBKB haar onderzoek juist en volledig heeft uitgevoerd.

Schippers waar het schip nog in onderzoek was bij NBKB of waar het plan was dit schip in de komende maanden bij het NBKB aan te bieden voor onderzoek wordt aangeraden zich te melden bij de andere keuringsinstanties. De ILT gaat hierover met de andere instanties in gesprek. Hierbij wordt ook de mogelijkheid bekeken om in bijzondere gevallen op basis van de binnenvaartregeling, het certificaat voor een periode van 6 maanden te verlengen.

Het streven is om de scheepvaart op een veilige manier door te laten varen. Daarnaast zullen de komende maanden worden gebruikt om (onafhankelijk van accreditatie van het NBKB) te werken aan een duurzaam stelsel voor de binnenvaart.

De Minister van Infrastructuur en Waterstaat, M.G.J. Harbers

Naar boven