31 409 Zee- en binnenvaart

Nr. 246 MOTIE VAN HET LID LAÇIN

Voorgesteld 3 juli 2019

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de rechter heeft besloten dat de Sea-Watch 3 tot 15 augustus weer mag varen;

overwegende dat de Sea-Watch 3, net als andere organisaties, voldoende tijd moet krijgen om aanpassingen aan het schip uit te voeren;

overwegende dat de Sea-Watch 3 mensen redt die vluchten voor oorlog, klimaatverandering en armoede;

van mening dat het redden van vluchtelingen helaas bittere noodzaak is;

verzoekt de regering, om samen met de Sea-Watch 3 te komen tot een redelijke overgangstermijn waar de organisatie ook akkoord mee is om de nodige aanpassingen uit te voeren aan het schip,

en gaat over tot de orde van de dag.

Laçin

Naar boven