nr. 89
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 december 2009
Hierbij geef ik u mijn reactie op de amendementen op het wetsvoorstel
dieren (Kamerstukken II 2009/10, 31 389) die na afloop van het debat
zijn ingediend.
Amendement nr. 80 van mevrouw Van Velzen is een gewijzigd amendement ter
vervanging van amendement nr. 35. Het amendement bevat een technische
wijziging. De strekking van het amendement is echter niet veranderd en mijn
oordeel blijft dat ik het amendement ontraad.
Amendement nr. 83 van de heer Ormel is een nader gewijzigd amendement
ter vervanging van het gewijzigde amendement onder nr. 81, ter vervanging
van amendement nr. 34. Het vernieuwde amendement laat nu private partijen
het initiatief om een registratiesysteem te ontwikkelen. Daarna kan de minister
van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zo’n privaat registratiesysteem
algemeen verbindend verklaren. Dat is naar mijn mening een verbetering van
het amendement. Ik laat het oordeel aan de Kamer.
In subamendement nr. 84 stelt mevrouw Thieme voor in het amendement
van het lid Cramer c.s. (stuk nr. 79) in het tweede onderdeel, tweede
lid, de zinsnede «dieren, zijnde wezens met gevoel in te voegen»
te vervangen door «dieren, zijnde levende wezens met bewustzijn en gevoel»
. De zinsnede uit het amendement Cramer is ontleend aan artikel 13 van het
Verdrag van Lissabon. Daarom ontraad ik het subamendement.
In subamendement nr. 85 stelt mevrouw Thieme voor in het amendement
van het lid Cramer c.s. (stuk nr. 79) in het tweede onderdeel, derde
lid, de zinsnede «voor zover zulks redelijkerwijs kan worden verlangd»
te schrappen. Ook dit subamendement ontraad ik omdat anders te zeer verantwoorde
besluitvorming in het gedrang zou kunnen komen.
Voorts vroeg mevrouw Thieme tijdens het debat van afgelopen woensdag 2 december
2009 over het wetsvoorstel dieren om een reactie op amendement
nr. 62. Mijn reactie op dat amendement heb ik schriftelijk gegeven bij
brief van 6 oktober 2009 (Handelingen II 2009/10, 31 389, nr. 65,
blz. 3).
De minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
G. Verburg