nr. 11
AMENDEMENT VAN HET LID DE WIT
Ontvangen 14 januari 2009
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
In artikel I, onderdeel G, wordt na «of een ander bijbrengt,»
een zinsnede ingevoegd, luidende: in de wetenschap dat beoogd wordt de gelegenheid,
middelen, inlichtingen, kennis of vaardigheden in te zetten voor een misdrijf
als bedoeld in dit artikel,.
Toelichting
Met dit wetsvoorstel wordt strafbaar gesteld degene die een ander kennis
of vaardigheden bijbrengt tot het plegen van een terroristisch misdrijf, zoals
het geven van een training. Artikel 7 van het Europees Verdrag ter voorkoming
van terrorisme verplicht tot het strafbaar stellen van «het geven van
instructie voor het vervaardigen of gebruiken van explosieven, vuurwapens
of andere wapens of schadelijke of gevaarlijke stoffen, of voor andere specifieke
methoden of technieken, met als doel het plegen van of bijdragen aan het plegen
van een terroristisch misdrijf, in de wetenschap dat beoogd wordt de verstrekte
vaardigheden daarvoor in te zetten.» In de voorgestelde delictsomschrijving
ontbreekt het laatste gedeelte van deze zin, en wordt de wetenschap dat beoogd
wordt de verstrekte vaardigheden in te zetten voor een terroristisch misdrijf
niet genoemd.
Dit amendement beoogt duidelijker tot uitdrukking te brengen dat de opzet
van degene die een ander, de uiteindelijke terrorist, op wat voor manier dan
ook behulpzaam is, mede gericht moet zijn op de kwade bedoelingen van deze
uiteindelijke pleger van een terroristisch misdrijf. De formulering van het
Europees Verdrag ter voorkoming van terrorisme is duidelijker dan door de
regering wordt voorgesteld, en is in dit amendement dan ook overgenomen.
De Wit