31 379 CITES handhaving

Nr. 15 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 oktober 2012

Van 3 tot en met 14 maart 2013 zal in Bangkok de zestiende Conferentie van Partijen bij het CITES verdrag plaatsvinden. Het CITES verdrag reguleert de handel in bedreigde dieren en planten. Tot 4 oktober 2012 konden landen soorten aanmelden voor plaatsing op de CITES lijsten. Deze lijsten leggen de mate van bescherming en het handelsregime vast. Het overzicht met ingediende voorstellen is nu beschikbaar en kunt u vinden op http://www.cites.org/eng/cop/16/doc/index.php.

Ik hecht er aan te melden dat dit overzicht slechts voorstellen bevat om de CITES-lijsten te wijzigen. De volledige agenda van de Conferentie van Partijen zal begin januari definitief worden vastgesteld. Naast de soortenvoorstellen zullen ook zaken als implementatie en handhaving van de Conventie besproken worden.

De komende tijd zal het CITES-Secretariaat zich buigen over de voorstellen om te kijken of deze aan de formele regels voldoen en dan een definitieve lijst opstellen. IUCN zal traditiegetrouw de wetenschappelijke onderbouwing van de voorstellen beoordelen. Ik hecht er zeer aan dat de voorstellen wetenschappelijk goed onderbouwd zijn om ze goed te kunnen toetsen aan de criteria voor opname in de CITES-lijsten. Naast de stand van de populatie van de soort in het wild is het effect van handel op de instandhouding binnen CITES een hard criterium voor opname op de lijsten. Ik zal zelf in contact treden met deskundigen waaronder die van maatschappelijke organisaties om hun standpunten en inzichten te vernemen. Waarschijnlijk zal de Europese Commissie begin januari 2013 met een voorstel voor het EU-mandaat komen. Dit voorstel zal dan door de lidstaten worden besproken en zal de inzet van de EU, en daarmee ook van Nederland, tijdens de CoP vormen.

De voorlopige lijst met voorstellen laat zien dat er veel mariene soorten in Bangkok besproken zullen worden. Dit verheugt mij. Zelf heeft de EU voorgesteld de haringhaai op te nemen en verder heeft de EU het voorstel van Brazilië ondersteund om hamerhaaien op te nemen.

Er liggen twee voorstellen inzake ivoor op tafel. Een voorstel om alle handel in olifantenivoor voorlopig niet toe te staan en een voorstel van Tanzania om onder strikt toezicht ruim 100 000 kg legaal ivoor uit de opslag te verkopen. Zoals ik tijdens het Kamerdebat van 21 juni jongstleden met u gedeeld heb, ben ik van mening dat het niveau van stroperij op dit moment zo hoog is, dat het toestaan van legale handel nu niet op zijn plaats is.

Kenia heeft een voorstel ingediend om een nulquotum voor jachttrofeeën van de witte neushoorn vanuit Zuid-Afrika en Swaziland in te stellen. Tijdens het Kamerdebat hebben wij uitgebreid over jachttrofeeën gesproken en ik zal me dan ook binnen de EU sterk maken voor ondersteuning van dit voorstel.

Mede in het licht van eerdere Kamerdebatten heb ik binnen mijn begroting geld gevonden om enige initiatieven, waar zowel uw Kamer als ik veel waarde aan hechten, te kunnen ondersteunen in aanloop naar de bijeenkomst in Bangkok.

Ik zal zowel aan de analyse van de voorstellen door IUCN als aan het programma om deelnemers aan de CoP vanuit ontwikkelingslanden te ondersteunen een bedrag van € 10 000 bijdragen. Hiermee levert Nederland een bijdrage aan de wetenschappelijke toetsing van de voorstellen en aan een adequate representatie van landen tijdens de Conferentie van Partijen.

Tevens zal ik € 30 000 bijdragen aan projecten die tot doel hebben de stroperij, handel en vraag naar neushoornhoorns tegen te gaan. Deze projecten worden internationaal opgepakt binnen ICCWC (International Consortium on Combating Wildlife Crime). In dit consortium werken CITES, INTERPOL, herkomst-, doorvoer- en destinatielanden naast ngo´s samen om gecoördineerd op te treden. Ik juich dit initiatief van harte toe. De Nederlandse bijdrage zal een project ondersteunen dat zich toespitst op het opleiden van rangers en douaniers.

Nederland is sinds het organiseren van de veertiende Conferentie van Partijen in Den Haag in juni 2007 één van de drijvende krachten achter het African Elephant Fund. Niet alleen heeft Nederland financieel geholpen bij het opzetten van het Fonds, het heeft ook als eerste land een bijdrage geleverd. Nederland heeft als donorland zitting in het uitvoerend comité van het Fonds. Ik vind het van groot belang dat dit project, waarin alle Afrikaanse landen samenwerken aan het beheer van hun olifantenpopulaties, internationaal ondersteuning vindt. Het Fonds telt nu verschillende donoren waaronder naast Europese landen ook China en Zuid-Afrika. In Bangkok zal een tweede tranche projecten goedgekeurd worden. Nederland zal voor januari een bijdrage van € 50 000 in het Fonds storten en aansturen op projecten die tot doel hebben de stroperij tegen te gaan en de handhaving van de bescherming van de Afrikaanse olifant te verbeteren.

Met deze inzet geef ik uitvoering aan de motie van uw Kamer (Kamerstukken II, 2011/12, 28 286, nr. 574) ingediend tijdens het VAO over het zenderen van (zee)dieren, de olifantenjacht en CITES op 4 juli 2012.

In deze motie wordt de regering verzocht om zich binnen de Convention on International Trade in Endangered Species (CITES) in te zetten voor een verbod op de olifantenjacht, trophyhunting en de handel in ivoor.

Ten aanzien van motie nr. 575 waarin de regering verzocht wordt om een importverbod in te stellen op trofeeën van dieren waaronder delen van neushoorns en olifanten zal ik in EU-verband onderzoeken in hoeverre er steun is voor het gezamenlijk uitvoering geven aan deze motie. Een dergelijk importverbod is immers alleen effectief als dit voor de gehele EU geldt.

Ik hoop u hiermee voldoende geïnformeerd te hebben. Hiermee heb ik uw

twee verzoeken van 10 oktober 2012, voor zover deze CITES betreffen, ook beantwoord.

De staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie, H. Bleker

Naar boven