31 371 Kredietcrisis

Nr. 339 BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 mei 2010

Tijdens het Algemeen Overleg met de commissie Financiën op 19 mei jl. heb ik toegezegd uw Kamer deze week te berichten over de verdere planning van de totstandkoming van het rapport door de Commissie Scheltema.

De Commissie Scheltema heeft mij het volgende laten weten: vanaf 21 mei jl. zijn de betrokken partijen (waaronder de curatoren en de voormalige leden van de raad van bestuur en de raad van commissarissen van DSB Bank) door de Commissie in de gelegenheid gesteld vertrouwelijk kennis te nemen van een voor hen relevant deel van het conceptrapport teneinde daarop hun reactie te kunnen geven.

Mij is bekend dat de advocaat van enkele voormalig DSB-bestuurders heeft geweigerd de conceptteksten in ontvangst te nemen. De overige betrokkenen partijen, waaronder als genoemd de voormalig leden van de raad van commissarissen en de curatoren, hebben daarentegen de conceptteksten in ontvangst genomen en maken voor zover mij bekend wel degelijk gebruik van de gelegenheid die de Commissie hen biedt om hierop te reageren.

Van de Commissie Scheltema heb ik voorts begrepen dat uiterlijk 31 mei a.s. de opmerkingen bij haar dienen te worden aangeleverd. Nadien kan de Commissie een inschatting maken van de tijd die zij nodig heeft voor het beoordelen van de opmerkingen en de afronding van het rapport. Vervolgens word ik op 2 juni a.s. door de Commissie over de verdere planning bericht waarna ik per omgaande uw Kamer zal informeren.

Graag vraag ik nogmaals uw aandacht voor het feit de Commissie Scheltema onafhankelijk is en derhalve zelfstandig haar werkwijze bepaalt. Er is bij het instellen van de Commissie onder andere door de vaste Kamercommissie voor Financiën aangedrongen op een onderzoek door een onafhankelijke commissie. Dit is gerealiseerd en vastgelegd in het Instellingsbesluit commissie van onderzoek DSB Bank (Stcrt. 2009, 20474). De procedure die de Commissie toepast ten aanzien van een zorgvuldige verzameling van informatie wordt dan ook door de Commissie zelf bepaald.

Ik hoop dat ik u in dit stadium voldoende heb geïnformeerd.

De minister van Financiën,

J. C. de Jager

Naar boven