31 371
Kredietcrisis

nr. 22
BRIEF VAN DE MINISTER PRESIDENT, MINISTER VAN ALGEMENE ZAKEN EN DE MINISTER VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 oktober 2008

In aanvulling op onze brief van 10 oktober jl. (FM/2008/2508 M) hebben wij het genoegen om u, mede namens de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, in te lichten over de resultaten van de topbijeenkomst van landen in de Eurozone d.d. 12 oktober 2008 en u te informeren over de aanvullende maatregelen die de Nederlandse overheid naar aanleiding daarvan zal nemen.

1. Verslag topbijeenkomst van landen in de Eurozone d.d. 12 oktober 2008

Op 12 oktober vond op initiatief van de Franse president Sarkozy in Parijs een bijeenkomst plaats van de staatshoofden en regeringsleiders van de landen van het Eurogebied, de voorzitter van de Europese Commissie en de president van de Europese Centrale Bank over een gezamenlijk actieplan voor de financiële markten.

Op de top werd een omvangrijk, onderling samenhangend en dekkend pakket maatregelen overeen gekomen dat deze lidstaten tot uitvoer zullen brengen. Het betreft maatregelen ter versterking van de kredietwaardigheid van de financiële instellingen (solvabiliteit) en maatregelen om het geldverkeer naar de instellingen en tussen de instellingen weer op gang te brengen (liquiditeit). Ook is gedurende de topbijeenkomst overeengekomen dat het gegeven de uitzonderlijke situatie, aan financiële instanties moet worden toegestaan hun activa te waarderen op basis van «default assumptions», in plaats van tegen de actuele marktwaarde. Momenteel wordt bezien in hoeverre daarvoor binnen de internationale accounting standards ruimte is dan wel geschapen kan worden. Tot slot zijn er afspraken over betere informatie-uitwisseling en afstemming gemaakt. Ze zijn een aanvulling op de eerder in EU-verband overeengekomen bescherming van het spaargeld van burgers (depositogarantiestelsels).

De maatregelen zijn in lijn met de inzet van de Nederlandse regering in de afgelopen weken voor een gecoördineerde Europese aanpak van de herkapitalisatie van financiële instellingen. Zij sluiten nauw aan bij de op donderdag 9 oktober aangekondigde beleidsmaatregelen van het kabinet zoals die in onze brief van 10 oktober jl. aan uw Kamer nader zijn toegelicht (Kamerstuk 31 371, nr. 18). Ze geven met name uitvoering aan het daarin opgenomen voornemen om actief te werken aan een internationale aanpak om de financieringsmarkt voor financiële ondernemingen vlot te trekken.

Reden om met deze specifieke groep EU-landen bijeen te komen is dat een deel van de verstrekkende maatregelen die voor lagen, nauw verband houden met het monetaire beleid en daarom bijzondere afstemming vergden tussen de landen van de muntunie onderling en met de Europese Centrale Bank.

Voorafgaand aan de top van Eurogroeplanden vond een korte bijeenkomst plaats met de Britse minister-president Gordon Brown. Zo werd zeker gesteld dat goede afstemming plaatsvond tussen alle Europese landen met een grote, internationaal opererende financiële sector. Minister-president Brown gaf een toelichting op het pakket maatregelen dat de Britse regering op 5 oktober aankondigde.

Met deze topbijeenkomst werd een periode afgesloten waarin lidstaten, gedwongen door de verslechterende situatie binnen hun financiële sector, op verschillende momenten uiteenlopende maatregelen ter stabilisering van het financiële stelsel moesten aankondigen. Hoewel eenieder onderkent dat er aanzienlijke onderlinge verschillen zijn tussen de financiële sectoren van de individuele lidstaten, en het in te zetten beleidsinstrumentarium grotendeels tot de nationale bevoegdheden behoort, was duidelijk dat een steeds grotere noodzaak is ontstaan om gezamenlijk en gecoördineerd op te treden. Er is nu een samenhangend internationaal kader voor die maatregelen. Alleen zo kan een voldoende krachtig signaal worden afgegeven dat de Europese overheden de stabiliteit van het financiële stelsel zullen waarborgen en zullen verhinderen dat burgers hun spaargeld kwijtraken.

De Ecofin Raad van 7 oktober maakte reeds een begin met een betere onderlinge afstemming van de nationale maatregelen door het aangeven van een hoofdroute (rekapitalisatie) en de goedkeuring van de randvoorwaarden voor dergelijke maatregelen. De topbijeenkomst van de Eurolanden verbreedde het instrumentarium en werd het eens over de concrete opzet van de maatregelen die de lidstaten gaan nemen.

De top verwelkomde de inspanningen van de Europese Centrale Bank en nationale centrale banken om te zorgen voor een zo ruim mogelijke liquiditeitsvoorziening, rekening houdend met de huidige uitzonderlijke marktomstandigheden.

Een belangrijke nieuwe maatregel die de landen van de Eurogroep aankondigden is het onder voorwaarden en tegen een reële prijs garanderen van nieuwe middellange leningen aan banken. Oogmerk van deze maatregel, te treffen door de nationale overheden, is het oplossen van de ernstige liquiditeitsproblemen waarmee het bankwezen zich geconfronteerd ziet.

Er is een aantal belangrijke voorwaarden vastgelegd, zoals:

• Het voorkomen van concurrentievervalsing, door het rekenen van een reële prijs voor de garantie;

• De maatregel staat alleen open voor banken die aan de door de toezichthouder vastgestelde solvabiliteitseisen voldoen;

• Het tijdelijke karakter van de maatregel;

• Het nauwkeurig toezicht door de financiële autoriteiten.

Voor de volledige voorwaarden en de precieze formulering daarvan zij verwezen naar de bijgevoegde verklaring.1

Wat betreft maatregelen om de solvabiliteit van de financiële instellingen weer op een verantwoord niveau te brengen, eveneens essentieel voor het herstel van het vertrouwen, is de grote winst van de bijeenkomst van Parijs dat alle Eurogroep landen zich nu bereid hebben verklaard om kapitaalinjecties te verschaffen aan financiële instellingen die al gevolg van de huidige uitzonderlijke omstandigheden in moeilijkheden geraken. Ook hier gelden duidelijke voorwaarden, zoals beschreven in de conclusies van de Ecofin Raad van 7 oktober jl.. Deze voorwaarden moeten onder meer zeker stellen dat de belangen van de belastingbetalers zijn gewaarborgd, concurrentieverstoring wordt voorkomen en er geen onterecht voordeel ontstaat voor aandeelhouders en bestuurders van de betrokken instellingen.

De topbijeenkomst, in zeer korte tijd maar buitengewoon kundig voorbereid door het Franse voorzitterschap, werd gekenmerkt door een grote eendracht tussen de lidstaten. Algemene opvatting was dat nu gecoördineerd en substantieel preventief ingrijpen noodzakelijk was. Lidstaten die in de afgelopen twee weken, nadat Nederland de eerste suggesties had gedaan voor een gecoördineerde aanpak, nog grote reserves hadden gehad, zijn door de zich snel verscherpende omstandigheden in korte tijd van de noodzaak van vergaande maatregelen overtuigd geraakt. Een belangrijk aantal lidstaten, waaronder Duitsland, Frankrijk en Italië, kondigde op de top aan dat reeds in het begin van deze week nationale uitvoeringsmaatregelen bekend zullen worden gemaakt. De Nederlandse regering, die voor wat betreft de herkapitalisatie reeds op 9 oktober maatregelen aankondigde, heeft inmiddels ook besluiten genomen ten aanzien van de garanties op leningen aan banken (zie hieronder).

Speciale vermelding verdient de interventie van de Finse minister-president Vanhanen. Finland onderging in de eerste helft van de jaren negentig een ernstige bankencrisis. In antwoord daarop nam de Finse regering een pakket maatregelen, met grote overeenkomsten met de thans afgesproken maatregelen. Alle Finse financiële instellingen werden in aanmerking gebracht voor herkapitalisering en tevens werden garanties op middellange liquiditeitsverstrekking afgegeven. Hierdoor werd het vertrouwen in de financiële sector hersteld. Nadat het Finse financiële stelsel weer gestabiliseerd was, heeft de overheid stapsgewijs de deelnemingen in de financiële instellingen weer van de hand gedaan.

2. Nederlandse uitwerking van de staatsgaranties voor leningen aan banken

In de mededeling van de Nederlandse autoriteiten op 9 oktober jongstleden werd reeds gemeld dat de Nederlandse autoriteiten actief zouden deelnemen aan internationaal overleg over een gezamenlijke aanpak om de financieringsmarkt voor financiële instellingen vlot te trekken. Regeringen van de eurolanden hebben nu afgesproken staatsgaranties te zullen afgeven voor zogenaamde senior unsecured leningen. Dit zijn (niet-achtergestelde) leningen aan banken, zonder onderpandvereiste. De maatregel adresseert de liquiditeitsproblemen bij financiële instellingen die zijn ontstaan doordat de markt voor niet gegarandeerde leningen is opgedroogd. Fundamenteel gezonde en levensvatbare financiële instellingen konden hierdoor zichzelf niet meer financieren. Met de maatregel verwacht de regering dat het financiële verkeer tussen financiële instellingen weer op gang komt, opdat de kredietverlening aan bedrijven en gezinnen gewaarborgd blijft.

De Nederlandse autoriteiten zullen deze week de concrete invulling van het garanderen van de financiering van banken nader uitwerken langs de volgende lijnen.

De garantiestelling is van tijdelijke aard. Het gaat om nieuwe (unsecured) senior leningen die ter herfinanciering uitgegeven worden tot en met 31 december 2009, met een looptijd van maximaal 36 maanden.

De garantiestelling is beschikbaar voor banken met hoofdzetel en operaties in Nederland, en dochterondernemingen van buitenlandse banken met substantiële operaties in Nederland. Banken die gebruik willen maken van de garantieverlening dienen op continue basis voldoende gekapitaliseerd te zijn op niveaus die de toezichthouder nodig acht. Indien nodig kunnen banken een beroep doen op de overheid voor risicodragend kapitaal, conform de mededeling van de Nederlandse autoriteiten op 9 oktober 2008. Het Ministerie van Financiën beslist hierover en kan hieraan extra voorwaarden verbinden.

De regeling zal binnen enkele dagen operationeel zijn. Het kabinet hecht aan de gezamenlijkheid met andere EU-landen en zal proberen daarop aan te sluiten, niet in de laatste plaats om grote verschillen in de uitvoeringsvoorwaarden en daarmee arbitragemogelijkheden te voorkomen.

De prijsstelling van de garanties zal zo worden vormgegeven dat deze zoveel mogelijk aansluit bij de tarieven van de Europese partners om marktverstoring en verstoring van het internationale gelijke speelveld te voorkomen. Daarnaast dient de premie een prikkel te bevatten die het voor banken bij herstel van de markten minder aantrekkelijk maakt een beroep te doen op deze regeling.

De omvang van het beroep op de regeling is mede afhankelijk is van de marktontwikkelingen de komende maanden. De Nederlandse Staat houdt ermee rekening dat hij leningen met een omvang van 200 mrd zal dienen te garanderen en zal de behoefte en noodzaak nauwgezet volgen. Garanties vallen buiten het budgettaire kader. Nadere verwerking zal plaatsvinden bij najaarsnota.

De uitvoering zal ter hand worden genomen door het Agentschap van het ministerie van Financiën, dat vanwege zijn kerntaak – het beheer van de staatsschuld – beschikt over de noodzakelijke infrastructuur en het netwerk voor dit soort operaties.

De regeling voor staatsgaranties betreft een aanvulling op de maatregel van kapitaalverstrekking, waarvan het Kabinet heeft aangegeven dat daarvoor 20 mrd beschikbaar is.

Tot besluit

Het Kabinet is zeer ingenomen met de besluiten van de Eurolanden. Zij betekenen een geloofwaardige invulling van de gecoördineerde aanpak van maatregelen om de stabiliteit van het financiële stelsel te borgen waar het Kabinet in Europees verband op heeft aangedrongen. Op 10 oktober werd Uw Kamer geïnformeerd over de maatregelen met betrekking tot herkapitalisatie. Thans wordt daaraan toegevoegd de regelingvoor staatsgaranties op middellange bancaire leningen.

De inzet van het Kabinet is dat bij de Europese Raad van 15–16 oktober ook de andere EU-lidstaten besluiten tot het treffen van soortgelijke maatregelen, zodat een gecoördineerde aanpak à 27 tot stand komt. Ook is het van groot belang dat in het kader van de Ecofin Raad intensieve informatie-uitwisseling over, en afstemming van de uitvoering van de maatregelen plaatsvindt.

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken,

J. P. Balkenende

De minister van Financiën,

W. J. Bos


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven