nr. 33
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID TEN HOOPEN TER VERVANGING
VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 23
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Artikel I, onderdeel A, artikel 25m, komt te luiden:
Artikel 25m
1. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere
regels gesteld inzake de toepassing van de artikelen 25i en 25j.
2. De in het eerste lid bedoelde nadere regels hebben in elk geval
betrekking op de kosten die bij de in artikel 25i, eerste lid, bedoelde kostendoorberekening
in aanmerking worden genomen en op beginselen voor de toerekening van indirecte
kosten.
3. De nadere regels op grond van het eerste lid worden gesteld na
overleg met:
a. de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor
zover de regels betrekking hebben op gemeenten of provincies, en
b. de Minister van Verkeer en Waterstaat voor zover de regels betrekking
hebben op waterschappen.
Toelichting
Dit procedurele amendement beoogt gemeenten, provincies en ondernemingen
rechtszekerheid te bieden en legt de verantwoordelijkheid voor regelgeving
waar deze thuishoort, namelijk bij de wetgever. Volgens het wetsvoorstel ’kunnen’
nadere regels worden gesteld met betrekking tot de bepaling dat lagere overheden
voor producten in diensten de integrale kostprijs in rekening moeten brengen
en de norm dat bestuursorganen overheidsbedrijven niet mogen bevoordelen.
Doordat door de minister regels kunnen worden gesteld en daartoe geen
verplichting bestaat, ontstaat er rechtsonzekerheid en bestaat de kans dat
niet de wetgever, maar de NMa door middel van beleidsregels regelgeving gaat
opstellen. Met dit amendement wordt voorkomen dat de NMa zelf beleid gaat
maken. Omdat beide gevolgen onwenselijk zijn, bewerkstelligt deze wetswijziging
dat de minister altijd nadere regels ter uitwerking van de open
normen van artikel 25i en 25j stelt. Voordat de nadere regels worden opgesteld,
dient de minister in overleg te treden met eventuele betrokken ministers.
Ten Hoopen