nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is basistarieven
vast te stellen voor de huishoudelijke verzorging in het kader van de Wet
maatschappelijke ondersteuning om daarmee de kwaliteit van die verzorging
te bevorderen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goed gevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
In de Wet maatschappelijke ondersteuning wordt na artikel 21 een paragraaf
ingevoegd, luidende:
§ 6a. Basistarieven huishoudelijke verzorging
Artikel 21a
1. Onze Minister stelt jaarlijks, gehoord de Nederlandse Zorgautoriteit,
de basistarieven vast voor het verrichten van huishoudelijke verzorging.
2. De basistarieven worden vastgesteld op basis van de reële
kostprijzen van de onderscheidenlijke vormen van huishoudelijke verzorging.
3. Het college van burgemeesters en wethouders neemt bij het aangaan
van overeenkomsten over het verrichten van huishoudelijke verzorging de vastgestelde
basistarieven in acht.
4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere
regels gesteld omtrent de vaststelling van de in het eerste lid bedoelde basistarieven.
ARTIKEL II
Aan artikel 16 van de Wet marktordening gezondheidszorg wordt, onder vervanging
van de punt aan het slot van onderdeel e door een puntkomma, een onderdeel
toegevoegd, luidende:
f. het adviseren over de basistarieven voor de huishoudelijke verzorging,
bedoeld in artikel 21a van de Wet maatschappelijke ondersteuning.
ARTIKEL III
Deze wet treedt in werking met ingang van de eerste dag van de derde kalendermaand
na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat,
aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,