31 340
Wijziging van de Wegenverkeerswet 1994 op een aantal punten van uiteenlopende aard en wijziging van de Wet bereikbaarheid en mobiliteit op een technisch punt

nr. 4
VERSLAG

Vastgesteld 10 maart 2008

De vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat1, belast met het voorbereidend onderzoek, brengt als volgt verslag uit van haar bevindingen omtrent dit wetsvoorstel.

Onder het voorbehoud dat de regering de in dit verslag opgenomen vragen en opmerkingen afdoende beantwoordt, acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

Inleiding

De leden van de CDA-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het onderhavige wetsvoorstel. De leden zien het belang van de verschillende en uiteenlopende wijzigingen in, maar vragen zich in sommige gevallen af waarom voor de voorgestelde benadering gekozen is.

De leden van de PvdA-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het onderhavige wetsvoorstel. De leden van de PvdA-fractie zouden enkele punten echter nog wat nader toegelicht willen zien.

De leden van de SP-fractie hebben met interesse kennisgenomen van deze wijziging van de Wegenverkeerswet. Over de wijzigingen ten aanzien van de geld- en waardetransporten hebben deze leden nog enkele twijfels.

De leden van de ChristenUnie-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van het wetsvoorstel. Ten aanzien van het Mobiele Objecten Register hebben deze leden nog enkele vragen.

Verkeersregelaars

De leden van de CDA-fractie verzoeken de regering toe te lichten in welke gevallen de huidige situatie ten aanzien van verkeersregelaars in de praktijk tot problemen leidt. Is de(ze) praktijk reden voor aanvullende regels of komt de voorgenomen wijziging voort uit een theoretische probleemstelling?

De leden van de PvdA-fractie kunnen zich vinden in de voorgenomen wijziging, die het mogelijk maakt om, indien noodzakelijk, onbekwame verkeersregelaars de taken neer te laten leggen.

Het mobiele objectenregister

Het Mobiele Objecten Register (MOB) heeft inmiddels zijn maatschappelijk nut bewezen, met het oog op het verbeteren en versnellen van de informatieverwerking rond vermissingen en diefstallen van gekentekende voortuigen. Met het voorliggende voorstel wil de regering het register met resterende categorieën objecten een juridische basis geven. De leden van de CDA-fractie vragen de regering in dit kader een opsomming te maken van de resterende objecten en aan te geven of er alternatieven zijn voor een formeel wettelijke regeling.

Als het gaat om alternatieven wijzen de leden van de CDA-fractie op eigen verantwoordelijkheid, zelfregulering en uniformering binnen sectoren. Zou zelfregulering niet de voorkeur kunnen verdienen boven nieuwe wetten en regels? Kan de regering gemotiveerd aangeven waarom voor de voorgestelde benadering gekozen is?

De leden van de CDA-fractie hechten er in beginsel aan dat er voor de burger geen verplichting van overheidswege bestaat om een object te registreren in het MOB. Voor de registratie van een object zijn kenmerken nodig. Kan de regering aangeven aan welke kenmerken gedacht kan worden en hoe uniformering bevorderd kan worden?

Naast het feit dat een registratie in het MOB goed kan dienen als landelijke informatiebron voor de politie, kan deze ook dienen om burgers een instrument te geven om te controleren of een object als gestolen of vermist geregistreerd staat. De leden van de CDA-fractie vragen de regering of de huidige wijziging daar voldoende grondslag voor geeft en dringen er bij het kabinet op aan om dit zo nodig verder te faciliteren en te promoten.

De leden van de PvdA-fractie achten het positief dat het MOB met de voorgestelde wijziging een juridische basis wordt gegeven. Het MOB heeft haar maatschappelijk nut bewezen. De leden van de PvdA-fractie willen graag weten op welke wijze op dit moment het MOB geraadpleegd wordt. Daarnaast zijn de leden van mening dat het diefstalsignaal van de MOB aan het publiek zonder al te veel ingrepen mogelijk zou moeten kunnen worden gemaakt. De leden zouden graag van de regering vernemen welke mogelijkheden zij ziet om het diefstalsignaal op eenvoudige wijze en binnen afzienbare tijd aan het publiek ter beschikking te stellen.

Voorts willen de leden van de PvdA-fractie weten of het gebruik van het MOB op Europees niveau (al) mogelijk is. Op deze wijze zou met het MOB het probleem van gestolen voertuigen en sloopauto’s – die in Nederland worden gestolen om in het buitenland verkocht te worden en vice versa – kunnen worden aangepakt.

De PvdA-fractie ziet in dat het succes van het MOB door de deelnemers wordt bepaald. De voorgenomen wijziging voorziet in een mogelijkheid een tarief in rekening te brengen. Daarom vragen de leden zich af op welke wijze het toekomstige tarief wordt bepaald en ten laste van welke partijen/instanties dit tarief kan worden gebracht.

Tenslotte vragen de leden van de PvdA-fractie welke wijzigingen en maatregelen te voorzien zijn voor het geval dat in de toekomst landbouwvoertuigen worden gekentekend.

De leden van de ChristenUnie-fractie vragen welke kosten er gemoeid zijn met het registreren van vermiste objecten en het in stand houden van het MOB. Zij verwijzen daarbij naar eerdere schriftelijke vragen van de ChristenUnie-fractie over kentekening van landbouwvoertuigen. Zijn aparte registers nog nodig als shovels, kranen, heftrucks, landbouwvoertuigen en lichte aanhangwagens worden gekentekend? In hoeverre sluiten de registers aan op vergelijkbare registers in omliggende landen? Zijn voertuigen uit genoemde voertuig-categorieën in omliggende landen voorzien van een kenteken?

Airco’s

Met de voorgenomen wijziging wordt het mogelijk gemaakt om regels te stellen ter zake van het onderhoud van voertuigen, voor zover dit voortvloeit uit internationaalrechtelijke verplichtingen. Nadere uitwerking zal geschieden in het Voertuigreglement. De leden van de CDA-fractie verzoeken de regering om niet verder te gaan in haar uitwerking dan strikt noodzakelijk wordt geacht in het kader van eerder genoemde internationaalrechtelijke verplichtingen. Kan de regering deze lijn onderschrijven?

De leden van de PvdA-fractie vragen of de voorgenomen wijziging van artikel 71 ook zijn beslag krijgt in de APK. De leden van de PvdA-fractie maken van de gelegenheid gebruik om te informeren naar de stand van zaken omtrent de herziening van de APK, met name ten aanzien van de milieukenmerken en de aanscherping van de milieueisen.

Kosten van onderzoeken in het kader van de vorderingsprocedure

In sommige gevallen kan het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen onderzoeken of een rijbewijshouder nog beschikt over de vereiste rijvaardigheid of geschiktheid. De aanleiding hiervoor kan zijn geweest dat een houder veroordeeld is voor het rijden onder invloed. De leden van de CDA-fractie ondersteunen het voorstel om de kosten van deze onderzoeken door te berekenen aan de houder.

De leden van de PvdA-fractie vragen of het doorberekenen van de kosten in de praktijk concreet alleen gaat gelden voor bestuurders aan wie door alcohol- en drugsgebruik een onderzoek naar geschiktheid is opgelegd. De leden kunnen zich vinden in de voorgestelde wijziging, maar verzoeken de regering duidelijkheid te verschaffen over wanneer de kosten wel of niet worden doorberekend, om verwarring en willekeur te voorkomen. Bij ministeriële regeling zullen de kosten van het onderzoek worden vastgelegd en de wijze van betaling van die kosten. Wat de leden van de PvdA-fractie betreft dienen de nadere regels helder te zijn ten aanzien van wanneer welke doelgroep moet gaan betalen voor onderzoek. De leden van de PvdA-fractie streven op dit punt naar een eenvoudige en uniforme situatie.

De leden van de PvdA-fractie verzoeken de regering eveneens enige nadere toelichting te geven op de administratieve lasten. De regering stelt dat het voorstel geen administratieve gevolgen heeft, terwijl verondersteld mag worden dat de inning en betaling van de kosten van onderzoeken in het kader van de vorderingsprocedure voor burgers administratieve lasten met zich zal brengen.

Geld- en waardetransport

De leden van de CDA-fractie kunnen instemmen met het voorstel om waardetransporten vrij te stellen van lagere regelgeving, met als doel toegang tot het winkelgebied te reguleren. Hierdoor ontstaat een betere doorstroming van waardetransporten, met een verminderde voorspelbaarheid en daarmee een lager overvalrisico tot gevolg. Tevens leidt deze landelijke regeling tot minder administratieve lasten voor bedrijven en lagere overheden. Kan de regering aangeven of er nog andere categorieën gebruikers zijn die onder deze of vergelijkbare regelingen (kunnen) vallen?

De leden van de PvdA-fractie zijn het eens met het voorstel om landelijk de voertuigen waarmee geld- en waardetransporten worden verzorgd, uit te zonderen van beperkingen. Daarmee wordt de onvoorspelbaarheid van het transport vergroot, neemt het risico op overvallen af en wordt op deze manier een bijdrage geleverd aan de openbare veiligheid.

De leden van de SP-fractie steunen het streven om de administratieve lasten terug te brengen voor het waardetransport en tevens de veiligheid te vergroten. Wel vragen deze leden of een algemene toestemming om winkels te bereiken haalbaar is. Op welke wijze kan nog opgetreden worden tegen waardetransporteurs die in een overvolle winkelstraat rijden? Ook willen de leden nader geïnformeerd worden over de wijze waarop de regering de gemeenten wil helpen om de infrastructuur aan te passen zodat fysieke belemmeringen voor waardetransport weggenomen kunnen worden.

De leden van de SP-fractie zijn verheugd dat de regering erkent dat het waardetransport nationaal geregeld dient te worden, om zodoende duidelijke regels te stellen en administratieve lasten terug te dringen. Echter, zou het motto «centraal te regelen wat moet, decentraal wat kan» dan ook niet zou moeten betekenen dat op andere terreinen ook (weer) nationale regie wordt gevoerd? Hierbij denken deze leden bijvoorbeeld aan de regels rondom invalideparkeren. Hier bestaan tussen gemeenten veel verschillen, hetgeen leidt tot veel uitzoekwerk en relatief hoge administratieve lasten. De leden van de SP-fractie stellen daarom ook voor om het verkeersbeleid nog eens grondig tegen het licht te houden en te bekijken wat nog meer beter centraal geregeld zou kunnen worden.

Wijziging van de Wet bereikbaarheid en mobiliteit

De leden van de fractie van het CDA vragen de regering om uiteen te zetten wat de invloed is van de bepalingen uit de genoemde Richtlijn op het kabinetsvoornemen om in 2011 te starten met de kilometerheffing voor vrachtverkeer.

De leden van de PvdA-fractie vragen de regering aan te geven of de conclusie juist is, dat het versnellingstarief niet geldt voor zware vrachtauto’s die al voor een Eurovignet betalen. Indien deze conclusie niet juist is, willen de leden van de PvdA-fractie graag verduidelijking op dit punt. Verder willen de leden graag weten of het versnellingstarief ook moet worden gedifferentieerd naar Euro-emissienormen.

Artikel I, onderdeel B

De kosten, die gemoeid zijn met de uitoefening van de taak van de Rijksdienst voor het Wegverkeer om toezicht op de «recalls» te houden, komen ten laste van het tarief voor de aanvraag van een kentekenbewijs (deel IA). De leden van de PvdA-fractie vragen de regering aan te geven of dat een tariefverhoging voor de burger betekent.

De voorzitter van de commissie

Kortenhorst

De waarnemend griffier van de commissie

Sneep


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Van der Staaij (SGP), Snijder-Hazelhoff (VVD), Mastwijk (CDA), Duyvendak (GL), Kortenhorst (CDA), Voorzitter, Koopmans (CDA), Gerkens (SP), Van der Ham (D66), Nicolaï (VVD), Haverkamp (CDA), De Krom (VVD), Samsom (PvdA), Boelhouwer (PvdA), Roefs (PvdA), Jansen (SP), Cramer (CU), Roemer (SP), Koppejan (CDA), Vermeij (PvdA), Madlener (PVV), Ten Broeke (VVD), Ondervoorzitter, Ouwehand (PvdD), Polderman (SP), Tang (PvdA) en De Rouwe (CDA).

Plv. leden: Van der Vlies (SGP), Boekestijn (VVD), Bilder (CDA), Van Gent (GL), Hessels (CDA), Jager (CDA), Van Bommel (SP), Koşer Kaya (D66), Neppérus (VVD), Van Gennip (CDA), Aptroot (VVD), Dijsselbloem (PvdA), Jacobi (PvdA), Besselink (PvdA), Vacature (algemeen), Anker (CU), Van Leeuwen (SP), Knops (CDA), Depla (PvdA), Agema (PVV), Verdonk (Verdonk), Thieme (PvdD), Lempens (SP), Waalkens (PvdA) en Van Heugten (CDA).

Naar boven