31 324 (R 1844)
Wijziging van de Paspoortwet in verband met het herinrichten van de reisdocumentenadministratie

nr. 21
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 februari 2009

Inleiding

Bij de plenaire behandeling in de Tweede Kamer van het voorstel tot wijziging van de Paspoortwet1 heb ik in antwoord op vragen van het TK-lid Heijnen (PvdA) gezegd dat het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) de apparatuur en programmatuur (aanvraagstations) aan het testen was die, later dit jaar, de uitgevende instanties van de Nederlandse reisdocumenten moeten gaan gebruiken als gevolg van de invoering van de vingerafdrukken. Ik heb toegezegd de Kamer nader te informeren over:

• de periode waarin de aanvraagstations ter beschikking zullen komen;

• de tijd die het neemt om vingerafdrukken op te nemen en te verifiëren (op basis van de uitkomsten van de uitgevoerde testen).

Met deze brief kom ik deze toezegging na.

Aanvraagstations

Als gevolg van de door de Europese Unie verplicht gestelde invoering van de vingerafdrukken in de reisdocumenten moeten de uitgevende instanties van deze documenten nieuwe apparatuur en programmatuur krijgen. Het ministerie van BZK heeft deze apparatuur en programmatuur, in casu de aanvraagstations, verworven via een Europese aanbesteding. De afgelopen maanden zijn de aanvraagstations ontwikkeld door de leverancier en sinds november 2008 zijn daarop door het ministerie van BZK een groot aantal testen uitgevoerd.

De planning is om medio maart 2009 te starten met de distributie van de aanvraagstations. De planning is zodanig dat alle gemeenten begin juni 2009 over de aanvraagstations zullen kunnen beschikken.

Zoals ik al eerder in de Kamer heb gezegd, bevatten de aanvraagstations oefenopdrachten zodat ambtenaren, buiten het echte aanvraag- en uitgifteproces, vertrouwd kunnen raken met het werken met het aanvraagstation. Bovenop deze oefenmogelijkheden geeft het ministerie van BZK de mogelijkheid om een opleiding te volgen. De opleiding bestaat uit een theoriedeel dat digitaal (e-learning) gevolgd kan worden via het internet en een praktijkdeel waarin het werken met het aanvraagstation centraal staat. Naar mijn mening biedt dit afdoende mogelijkheden om zich voor te bereiden op het werken met de aanvraagstations én het opnemen van de vingerafdrukken.

Opnemen en verifiëren van de vingerafdrukken

Bij het testen van de aanvraagstations is gemeten hoeveel tijd het gemiddeld neemt om vingerafdrukken op te nemen en te verifiëren. De uitkomsten hiervan treft u hieronder aan.

• Het opnemen van een vingerafdruk duurt gemiddeld 3 seconden;

• Het uitvoeren van een verificatie van een vingerafdruk vergt gemiddeld 2 seconden.

Ook is gemeten hoeveel tijd het digitaliseren van de foto en de handtekening met het aanvraagstation duurt. Dat is gemiddeld 7 seconden. De huidige praktijk, waarin het aanvraagformulier waar de foto en handtekening op staat wordt gescand (in de «back-office), komt bij de invoering van het aanvraagstation te vervallen.

Tenslotte is gemeten hoe lang het duurt om, bij het uitreiken van het reisdocument, de chip in het reisdocument uit te lezen om de gegevens in de chip te controleren en indien gewenst aan de aanvrager te kunnen tonen. Het elektronisch uitlezen van een reisdocument vergt ongeveer 7 seconden.

Invoeringsdatum vingerafdrukken

Ik heb goede nota genomen van de zorg die zowel in uw Kamer als bij de gemeenten leeft over de samenloop van de invoering van de vingerafdrukken en de zogenaamde piekperiode. Van eind april tot en met begin juli worden immers veel meer reisdocumenten aangevraagd dan in de andere maanden van het jaar.

Ik verken daarom de mogelijkheden om de samenloop tussen de piekperiode en de invoeringsdatum van de vingerafdrukken te voorkomen. Ik zal u nader informeren over de uitkomsten hiervan.

De staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

A. Th. B. Bijleveld-Schouten


XNoot
1

Handelingen der Kamer II, vergaderjaar 2008–2009, nr. 24, blz. 2000-2020.

Naar boven