31 317 Wijziging van de Wet maatschappelijke ondersteuning en de Wet werk en bijstand in verband met het verstrekken van een uitkering aan mantelzorgers

D BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 augustus 2010

Op 31 maart 2009 is in uw Kamer gesproken over de Regeling waardering mantelzorgers. Tijdens dit overleg heeft – in haar reactie op een vraag van mevrouw Goyert – de toenmalige Staatssecretaris aangegeven dat zij rond de zomer van 2009 de Tweede Kamer zou informeren over de stand van zaken ten aanzien van de kabinetsbrief «Voor elkaar» (Kamerstukken II 2007/08, 30 169 nr. 11). Daarbij zou zij haar visie geven op een aantal punten rond mantelzorg en vrijwilligerswerk. Deze toezegging aan de Tweede Kamer is uitgevoerd door middel van de brief «Naast en met elkaar» van 27 oktober 2009 (Kamerstukken II, 2009–2010, 30 169 nr 20). In deze brief wordt met name ingegaan op de relatie tussen de professionele zorg en de zorg door mantelzorgers en vrijwilligers. Tot mijn spijt moet ik constateren dat deze brief u niet als afschrift heeft bereikt. Mijn excuses daarvoor. Bijgaand treft u de brief1 alsnog aan.

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

A. Klink

XNoot
1

Ter inzage gelegd op de afdeling Inhoudelijke ondersteuning onder griffie nr. 146 969.

Naar boven