31 311 Zelfstandig ondernemerschap

Nr. 74 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN, LANDBOUW EN INNOVATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 mei 2011

Hierbij zend ik u mijn reactie op het verzoek van de vaste commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie te reageren op het artikel «Overheid focust te veel op starters» dat mij 12 april 2011 is toegezonden1. In dit artikel stelt dr. Lex van Teeffelen van de Hogeschool Utrecht dat het kabinet zich te veel richt op startende ondernemers, «terwijl ondernemers die een bedrijf overnemen («overnemers») een veel belangrijkere rol spelen voor onze economie». Dit zou blijken uit de literatuurstudie die dr. Van Teeffelen in opdracht van de Kamer van Koophandel (KvK) heeft verricht naar overnemers, opvolgers en starters.

Het ondernemerschapsbeleid is gericht op alle ondernemers: van starters, snelle en innovatieve groeiers tot overnemers. Om een voorbeeld te geven van het beleid voor overnemers: één op drie borgstellingen voor het MKB (BMKB) wordt gebruikt voor de financiering van een bedrijfsovername.

Nederland doet het internationaal gezien steeds beter als ondernemersland, maar er valt wat groei en innovatie betreft nog een wereld te winnen. Daarom moeten we meer inzetten op betere en ambitieuzere ondernemers. Het kabinet heeft de ambitie om ondernemers de ruimte te geven, om te ondernemen en te groeien. Dit doen we door de regeldruk te verminderen, door ondernemers -met name kleine en innovatieve ondernemers- een eerlijkere kans te geven bij aanbestedingen en door in het belastingstelsel meer prikkels voor groei in te bouwen.

Ik deel de opvatting van dr. Van Teeffelen dat ondernemers die een bedrijf overnemen om verder te groeien, veel bijdragen aan onze economie. Sinds 2009 wijst de KvK (potentiële) ondernemers erop dat het kopen van een bedrijf een succesvolle wijze van starten, groeien en innoveren is. De KvK heeft met het onderzoek van dr. Van Teeffelen nuttig materiaal in handen om deze campagne «Kopen» nog gerichter en zorgvuldiger in te zetten.

De minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,

M. J. M. Verhagen


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven