31 293 Primair Onderwijs

Nr. 85 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 16 december 2010

Persoonsgebonden nummer in het primair onderwijs succesvol ingevoerd

Aan het einde van dit jaar zijn alle scholen in het primair onderwijs aangesloten op het basisregister onderwijs (BRON). De scholen kunnen nu hun leerlinggegevens op veilige wijze elektronisch uitwisselen met de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). Hiermee is het persoonsgebonden nummer, na het beroepsonderwijs en het voortgezet onderwijs, ook in het primair onderwijs met succes ingevoerd. De scholen hebben de afgelopen periode een forse inspanning geleverd om zich een nieuwe manier van werken eigen te maken. En ook de komende tijd zullen nog veel scholen extra aandacht moeten besteden aan de eisen die deze nieuwe wijze van administreren aan hen stelt. DUO werkt er, met de PO-Raad en de softwareleveranciers, hard aan om de scholen hierbij zo goed mogelijk te ondersteunen.

In toenemende mate zal de nieuwe werkwijze het komend jaar onderdeel worden van de administratieve routine van de scholen. Zij zullen als gevolg van de gezamenlijke inspanningen lagere administratieve lasten bij de leerlingtellingen voor de bekostiging ondervinden. De verschillende tellingen voor de reguliere bekostiging, de groeibekostiging en de leerlinggebonden financiering (lgf) zullen worden gebaseerd op de leerlingenstand in BRON. Scholen kunnen op efficiënte en veilige wijze hun leerlinggegevens direct vanuit hun geïntegreerde leerlingadministraties naar DUO versturen. Bovendien kunnen derden (zoals Inspectie, gemeenten) de gegevens in BRON benutten zonder dat de scholen hiervoor nog apart bevraagd hoeven te worden. Dit «eenmalig leveren, meervoudig gebruik» zal de scholen eveneens ontlasten. Ten slotte komt betere beleidsinformatie beschikbaar over de gehele doorlopende leerlijn. Ik ben voornemens om de komende jaren relevante beleidsgegevens uit BRON over de kwaliteit en prestaties van basisscholen aan de sector terug te geven als transparante benchmark-informatie. Dit kan het opbrengstgericht werken en de dialoog met ouders en andere belanghebbenden in belangrijke mate ondersteunen en versterken.

In het vervolg van deze brief evalueer ik het invoeringstraject gedurende de afgelopen twee jaar. Het doel dat we ons begin 2009 stelden (zie Kamerstuk 31 293, nr. 29) was: «de scholen hoeven vanaf 1 oktober 2010 geen telformulieren ten behoeve van de bekostiging meer in te vullen».

Bekostiging op basis van BRON

In de periode 2009–2010 vond de laatste en belangrijkste fase plaats van de invoering van het persoonsgebonden nummer in het primair onderwijs: de aansluiting van elke school op de elektronische uitwisseling van leerlinggegevens met BRON. Elke school heeft in deze periode een, door DUO begeleid, individueel traject van gemiddeld 10 weken doorlopen om te beoordelen of de school klaar is voor bekostiging op basis van het persoonsgebonden nummer. Tijdens dit traject heeft elke school op proef gegevens met BRON uitgewisseld. Door de school en DUO werd bezien of de stand in BRON een correcte weergave was van de situatie op een school, zowel kwantitatief (staan alle leerlingen in BRON?) als kwalitatief (staan de gegevens van de leerlingen correct in BRON, zodat dit leidt tot een rechtmatige bekostiging?).

Inmiddels hebben nagenoeg alle scholen in het primair onderwijs dit traject succesvol en binnen de planning doorlopen. Deze scholen houden voortaan een actuele registratie van hun leerlingen bij in BRON. Tot nu toe vulden de scholen jaarlijks ten behoeve van de telling van de leerlingen voor de bekostiging een formulier in, dat zij van DUO ontvingen en ingevuld retourneerden. Deze telprocedure kan vervallen nu vrijwel alle scholen aangesloten zijn op BRON. In de nieuwe situatie bepaalt DUO aan de hand van de gegevens die de scholen op basis van het persoonsgebonden nummer BRON hebben geregistreerd, hoeveel leerlingen voor bekostiging in aanmerking komen.

Dit invoeringsjaar was 15 november 2010 de uiterste datum waarop de scholen voor de eerste keer hun leerlingen met peildatum 1 oktober konden registeren in BRON ten behoeve van de berekening van de materiële instandhouding 2011 (de zogenoemde 1-oktobertelling). Op 15 november bleek dat ruim 98% van de scholen in het primair onderwijs (7361 scholen) hun gegevens hadden aangeleverd via BRON. Deze scholen hoefden dus geen telformulier meer in te sturen. Daarmee beschouw ik de centrale doelstelling voor het invoeringstraject als behaald.

De overige 123 scholen (1,6% van het totaal) hadden nog niet alle leerlinggegevens volledig in BRON geregistreerd. Deze scholen hebben wel een telformulier ingevuld, waarbij de reeds in BRON geregistreerde leerlingen door DUO op het formulier waren ingevuld. Via deze alternatieve telprocedure werd ook de bekostiging van deze scholen met minimale extra administratieve lasten gewaarborgd. Op dit moment hebben ook bijna al deze scholen hun aansluiting op BRON afgerond. Zeven scholen zijn medio december nog bezig met het aansluittraject. Zij ontvangen begeleiding van de helpdesk BRON.

Een punt van aandacht is de volledige administratie van gegevens voor de bepaling van de lgf. Nog niet alle scholen leveren de gegevens over ambulant begeleide leerlingen via BRON. Daarom is sinds augustus 2010 een telefonische helpdesk door DUO ingericht om deze scholen te ondersteunen bij het administreren van deze leerlingen. Inmiddels melden 5163 scholen de lgf op de nieuwe wijze via BRON. Ook de overige circa 1350 scholen met leerlingen die ambulant worden begeleid, zullen de komende periode door de helpdesk worden benaderd. Naar verwachting zal per februari 2011 de lgf-bekostiging voor alle scholen via BRON verlopen.

Complimenten

De afgelopen periode is door de scholen, DUO en de PO-Raad hard gewerkt aan de invoering van het persoonsgebonden nummer in het primair onderwijs. Graag wil ik de scholen in het primair onderwijs complimenteren voor hun inzet. De leerlingadministraties op de scholen zijn nu up-to-date. Er vindt een veilige registratie plaats bij DUO van de gegevens van de leerlingen ten behoeve van bekostiging, toezicht en beleid. Dat zijn waardevolle resultaten. De komende jaren kunnen we van deze moderne infrastructuur de vruchten plukken.

De minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

J. M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

Naar boven