Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 januari 2024
Op 17 augustus 2022 heeft de inspectie van het onderwijs (hierna: inspectie) een rapport
vastgesteld waarin wanbeheer wordt geconstateerd bij het bestuur van Stichting Islamitische
Scholen Amsterdam (hierna: ISA). Het toezichttraject is daarop geëscaleerd naar fase
E, wat betekent dat de inspectie het dossier en de regie over interventies aan mij
heeft overgedragen. Zoals gebruikelijk in deze fase informeer ik uw Kamer met deze
brief over de recente ontwikkelingen.
Onvoldoende herstel bij ISA
Vrijdag 5 januari jl. heeft de inspectie een specifiek onderzoek naar het bestuur
van ISA gepubliceerd met de resultaten van het tweede herstelonderzoek. Het rapport
vindt u ook als bijlage bij deze brief. De conclusie van het onderzoek is dat weliswaar
geen wanbeheer meer wordt vastgesteld, maar dat er nog steeds onvoldoende sprake is
van herstel van de wettelijke tekortkomingen die sinds november 2021 zijn vastgesteld.
Eerder ingezet herstel is op een aantal cruciale onderdelen niet doorgezet. Er is
geen werkend systeem van kwaliteitszorg en de bestuurlijke situatie is door hoogoplopende
conflicten zelfs verslechterd ten opzichte van eerdere onderzoeken van de inspectie.
Sanctie na niet opvolgen aanwijzingen
Op 4 november 2022 is een aanwijzing opgelegd om het bestuur orde op zaken te laten
stellen. Het bestuur van ISA heeft de aanwijzing onvoldoende opgevolgd en de problemen
zijn niet opgelost. Daarom heb ik op maandag 8 januari jl. een bekostigingssanctie
opgelegd. Dit is een zwaar middel dat niet zomaar wordt ingezet. Op dit moment kan
ik er juridisch gezien niet verder op ingaan. Zodra ik meer kan delen over de inhoud
van het besluit, zal ik u uiteraard nader informeren.
Tot slot
Net als de inspectie heb ik grote zorgen over de ontstane situatie. Ik roep het bestuur
van ISA op om de bestuurscrisis op te lossen en zo snel mogelijk orde op zaken te
stellen.
Dat is in het grootste belang van de leerlingen en medewerkers op deze scholen. Daar
zijn ook al mijn inspanningen op gericht.
De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul