31 293 Primair Onderwijs

31 289 Voortgezet Onderwijs

Nr. 702 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR PRIMAIR EN VOORTGEZET ONDERWIJS

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 september 2023

Het ontwikkelen van sociale en emotionele vaardigheden draagt bij aan het versterken van de positie van jongeren voor hun verdere toekomst. Met deze vaardigheden leren jongeren zich breed te ontwikkelen en zijn ze beter voorbereid op het vervolgonderwijs en de arbeidsmarkt.

Op 16 mei jl. hebben jongerenorganisaties CNV Jongeren, LAKS, DWARS, ExpEx, FNO GeestKracht, Augeo Jongerentaskforce, Jeugdwelzijnsberaad, JOB MBO, Jonge Democraten, PINK!, Jongerenraad Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond, JongPIT, Lieve Mark, NJR en UNICEF Jongerenpanel de petitie «Neem sociale en emotionele vaardigheden op in het curriculum» ondertekend en aangeboden aan de Tweede Kamer. Ik dank de jongerenorganisaties voor hun (gezamenlijke) inzet en het is mooi om te zien dat ze hun krachten omtrent deze petitie bundelen. Uw Kamer heeft mij tijdens het debat Curriculum Funderend Onderwijs en Masterplan basisvaardigheden van 22 mei jl. gevraagd om voor het zomerreces een schriftelijke reactie op de petitie. Het is helaas niet gelukt om voor het zomerreces een reactie op deze petitie te geven. Vandaar dat ik nu mijn reactie op deze petitie geef.

In deze petitie wordt aandacht gevraagd voor het versterken van de sociaal-emotionele ontwikkeling van de jongeren. De jongerenorganisaties zijn van mening dat «versterken van sociale en emotionele vaardigheden leidt tot toename van leerprestaties, meer kansengelijkheid, beter welbevinden van jongeren en leerkrachten, betere voorbereiding op werk, maatschappelijke en economische winst en een sterke basis om andere gezondheids- en sociaal maatschappelijke thema’s te bespreken». Zij stellen voor om de sociale en emotionele vaardigheden op te nemen in het curriculum.

Alle scholen hebben de wettelijke taak om zorg te dragen voor de ontwikkeling van hun leerlingen. In de Wet op het voortgezet onderwijs staat onder andere beschreven dat «het onderwijs zich in ieder geval herkenbaar richt op ontwikkelen van de sociale en maatschappelijke competenties die de leerling in staat stellen deel uit te maken van en bij te dragen aan de pluriforme, democratische Nederlandse samenleving». De scholen hebben hiermee dus een wettelijke opdracht om sociale vaardigheden binnen de scholen herkenbaar in te richten. Dat uit zich zowel in schoolcultuur, als in de lesstof. Momenteel zijn er verschillende initiatieven om de jongeren hierin te ondersteunen. Ik zal deze initiatieven hieronder verder toelichten.

De veilige schoolcultuur en sterk pedagogisch klimaat

Leerkrachten zijn dagelijks bezig om uitvoering te geven aan deze wettelijke opdracht. Zij hebben regelmatig contact met leerlingen en daarbij zijn leerkrachten bij uitstek degene die sociale en emotionele vaardigheden in de praktijk met leerlingen kunnen oefenen en hen feedback kunnen geven. Dat is op het juiste moment een arm om de schouder, maar soms ook in overleg met ouders een zetje in de goede richting.

Scholen moeten dit naar eigen inzicht doen, passend bij hun pedagogische visie. Wel vind ik het belangrijk dat scholen dit weloverwogen doen. In het kader van effectieve interventies kijk ik daarom met leraren en wetenschappers welke maatregelen op het vlak van motivatie, zelfvertrouwen en planningsvaardigheden, een plek verdienen op de interventiekaart verbetering basisvaardigheden van het masterplan.

Vanuit verschillende programma’s worden scholen op dit moment aangemoedigd om te werken aan de sociaal-emotionele ontwikkeling en het welbevinden van jongeren. Vanuit het NP Onderwijs en de programma’s Gezonde School en Welbevinden op school zijn middelen beschikbaar gesteld voor scholen om aan deze aspecten van de ontwikkeling te werken in het kader van herstel na corona.

Het leren binnen een veilige schoolcultuur, met een sterk pedagogisch klimaat zou als opbrengst moeten hebben dat leerlingen zich ontplooien, zichzelf en de ander leren kennen, daarover in gesprek kunnen gaan, begrip kunnen opbrengen voor anderen en relaties tussen mensen begrijpen. Voor dat soort zaken moet ook het curriculum aanknopingspunten bieden.

Curriculum

Voor het ontwikkelen van sociaal-emotionele vaardigheden in het funderend onderwijs is het ten eerste van belang dat de jongeren basisvaardigheden goed beheersen. Tijdens het debat van 22 mei jl. over het Curriculum Funderend Onderwijs en Masterplan Basisvaardigheden heb ik benadrukt dat het aanleren van deze vaardigheden fundamenteel is om de huidige en toekomstige generatie een kans te geven een plek in deze maatschappij te verwerven. Daar heeft de samenleving een belangrijke rol in, maar scholen moeten daar ook oog voor hebben. Taal is bijvoorbeeld een krachtig middel om emoties uit te drukken en om sociale contacten aan te gaan. In de bijstelling van het curriculum is het dus essentieel dat basisvaardigheden goed worden verankerd waardoor iedereen zo goed mogelijk kan meedoen in de samenleving.

Natuurlijk moet in het curriculum ook aandacht zijn voor specifiek sociale en emotionele vaardigheden. Maar wel altijd in de context van vakinhoud. Geen losse vaardigheden zoals «discussiëren», maar wel «een discussie voeren over historische gebeurtenissen». In het vernieuwde curriculum ga ik de verwachtingen die ik heb van scholen op dit vlak scherper maken. Als dat niet via een beheersingsdoel kan, dan wil ik dat wordt beschreven dat leerlingen ergens een ervaring in kunnen hebben. Dit zijn belangrijke bouwstenen voor leerlingen om hun sociale-emotionele ontwikkeling te versterken. Zo biedt de ontwikkeling van burgerschap een mooie kans voor leerkrachten om aandacht te besteden aan vaardigheden zoals delen wat er in je omgaat, luisteren naar de ander en respect hebben voor elkaar.

Tot slot, sociale en emotionele vaardigheden staan niet op zichzelf, en dus is er niet één goede oplossing. Ze zijn voor leerlingen een randvoorwaarde om tot leren te komen. Ik ben er van overtuigd dat juist dit gehele pakket aan maatregelen op het vlak van sociaal-emotionele vaardigheden leidt tot een toename van leerprestaties, meer kansengelijkheid, beter welbevinden van jongeren en leerkrachten, betere voorbereiding op werk, maatschappelijke en economische winst en een sterke basis om andere gezondheids- en sociaal maatschappelijke thema’s voor de jongeren in onze samenleving.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul

Naar boven